Cholesterolverlager atorvastatine straks geschorst als medicijn

Medicijnautoriteit CBG is van plan de handelsvergunningen van 21 generieke ( dat wil zeggen merkloze) medicijnen te schorsen. Daarbij gaat het onder meer om cholesterolverlager atorvastatine. Het Indiase bedrijf Synchron Research Services deed voor fabrikanten van medicijnen onderzoeken met proefpersonen. Deze onderzoeken vormen de basis voor toelating van deze generieke medicijnen. Deze onderzoeken zijn niet volgens de regels uitgevoerd, constateert CBG dinsdag. Vooralsnog zijn er overigens geen aanwijzingen dat de medicijnen onveilig zijn, aldus CBG. Voor de betreffende medicijnen zijn alternatieven voorhanden, behalve voor twee medicijnen tegen epilepsie, die dan ook niet uit de markt genomen worden (clobazam en clonazepam).

EMA adviseert schorsing

Het CBG neemt een advies van Europees medicijnagentschap EMA over. Een schorsing betekent dat een medicijn niet meer op de Nederlandse markt mag komen. Handelsvergunninghouders hebben nog de mogelijkheid om bezwaar in te dienen.

CBG heeft twijfels over de kwaliteit van de onderzoeken. Fabrikanten moeten nu met nieuwe bio-equivalentiestudies laten zien dat een generiek (merkloos) medicijn hetzelfde werkt als het originele medicijn.

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) ziet vooralsnog geen reden om deze medicijnen nu actief terug te roepen. Dat kan veranderen als de schorsingen na de bezwaarperiode definitief zijn.

Overzicht medicijnen

Het EMA heeft een overzicht gepubliceerd van betrokken medicijnen. Niet al deze medicijnen zijn ook in Nederland goedgekeurd of op de markt. Download hier de actuele lijst van medicijnen waar het in Nederland om gaat.

Voor een uitleg van de merknamen klik hier.

Van levenslust naar levensbang

Sinds de bevalling van haar dochter in 2009 heeft Nolie (35) hartklachten. Vele ziekenhuisbezoeken, operaties en medicijnen later is er nog steeds van alles onduidelijk over haar gezondheid. Ondertussen houdt haar hart Nolie in z’n greep.

Dertien jaar geleden kreeg Nolie voor het eerst last van heftige hartoverslagen. Na veel onderzoek kwam vier jaar later de diagnose: RVOT. Dat wil zeggen dat de hartslag van Nolie uit het niets omhoog kon schieten en ze soms wel 16.000 overslagen op een dag had. “Wat ze me konden vertellen, was dat het vanuit mijn rechterhartkamer kwam en voornamelijk voorkomt bij vrouwen tussen de dertig en vijftig jaar. Een oorzaak kon niet worden gevonden, maar ik kreeg wel te horen dat het niet gevaarlijk was en dat ik er honderd mee kon worden.”

Ablatie

Nolie wilde graag meer onderzoek laten doen en ging naar het Maastricht UMC+ voor een second opinion. Daar werd haar een ablatie geadviseerd. De klachten hadden namelijk veel invloed op haar dagelijks leven en medicatie hielp niet voldoende. “Ik heb die ablatie telkens uitgesteld, omdat ik dacht: als mijn klachten niet gevaarlijk zijn, moet ik het misschien maar gewoon accepteren. Toch heb ik ervoor gekozen om die ablatie uiteindelijk wel te doen, maar tot drie keer toe mislukte dit. De artsen kregen mijn ritmestoornissen niet opgewekt, waardoor ze dus ook niet verholpen konden worden. Dat is kenmerkend voor wat ik heb: de ritmestoornissen laten zich niet zien als ze zich moeten laten zien, maar vervolgens heb je er thuis wél weer last van. De teleurstelling was groot.”

Afwijkend gen

Uit een genetisch onderzoek bleek vervolgens dat Nolie een mutatie heeft in een bepaald gen: Felamine-C. Wat dit betekent, is onduidelijk. De artsen kunnen niet zeggen of dit voor haar klachten zorgt of niet. “Niemand kan me vertellen of dit afwijkende gen er iets mee te maken heeft en wat het op de langere termijn gaat doen. Dat is het moeilijke. Daarnaast heb ik er sinds een paar jaar nog iets anders bij: VT’s (ventrikeltachycardie). Mijn hartslag schiet dan in rust ineens van zestig naar tweehonderdveertig. Als dit doorschiet, kun je een hartstilstand krijgen. Tot nu toe herstelt het zich nog vanzelf, maar wat als dat het op een gegeven moment niet meer doet?”

Ziek

Ook in het ziekenhuis in Maastricht kwam Nolie op den duur niet verder. Opnieuw vroeg ze een second opinion aan, dit keer in België. Hier werd afgelopen september weer een ablatie uitgevoerd. In eerste instantie met succes. “Ik had nog maar negenentwintig overslagen in een dag tijd. Een heel groot verschil met wat het voorheen was. Het leek dus veelbelovend, maar vervolgens ben ik elke maand ziek geweest: in oktober had ik een flinke griep, in december een heftige nierbekkenontsteking en in januari kreeg ik corona. Sindsdien zijn mijn hartritmestoornissen weer helemaal terug.”

DNA-onderzoek

Inmiddels heeft Nolie een onderhuidse recorder bij haar borst, een klein apparaatje dat haar hartritme 24 uur per dag registreert en bijhoudt. Dit zal moeten uitwijzen wat er aan de hand is. “Naast het apparaatje wordt er ook extra DNA-onderzoek ingezet om te kijken of de mutatie invloed gaat hebben op de functie van mijn hart en het verloop van mijn klachten. Het afwijkende gen kán er namelijk voor zorgen dat ik op de langere termijn een hartspierziekte krijg die niet te genezen is. Het kán gevaarlijk zijn, maar ook dat is nu niet te achterhalen. Dat is het frustrerende. Wanneer komt er een einde aan?”

Angst

De wilskracht is er. De levenslust ergens ook nog wel. Toch zegt Nolie door de jaren heen steeds meer van levenslust naar levensbang te zijn gegaan. Haar leven wordt geregeerd door angst. “Je hart is de motor van je lichaam. Daar kun je geen pleister op plakken. Mijn grootste angst is dat het een keer écht misgaat. Dat het einde verhaal is en ze er niet snel genoeg bij zijn. Dat ik een hartstilstand krijg en weg ben. Er is zoveel onzekerheid. Dat zal de komende tijd ook nog wel zo blijven, maar ondertussen moet ik er wel mee leren leven. Dat vind ik heel moeilijk.”

Snel moe

Ook de aanvallen zelf zijn nog niet weg. “Als mijn hartslag omhoog schiet, gaat mijn hart enorm tekeer. Ik word dan naar en heb het heel warm. Ik krijg last van duizeligheid en zie zwarte vlekken voor mijn ogen. Het is heel beangstigend. Na zo’n aanval slaap ik slecht en durf ik weinig inspanning te leveren.” Hoewel Nolie het liefst net als ieder ander wil kunnen meedraaien, is dat door haar hartproblemen simpelweg geen optie. “Mijn hart moet extra hard werken. Daardoor ben ik heel snel moe. Als ik een trap op loop, moet ik al bijkomen. Conditie heb ik niet meer. Ik kan absoluut niet doen wat een ander op mijn leeftijd doet.”

Alert

Nolie zegt dat haar gezondheid haar mindset heeft veranderd. Ze heeft een ander gevoel bij het leven gekregen. “Ik ben constant alert en daardoor kan ik niet meer onbegrensd leven. Ik stap niet meer zomaar in een vliegtuig, ga niet zomaar een berg beklimmen. Niets is meer vanzelfsprekend. Zelfs tijdens een wandeling denk ik: wat gebeurt er in mijn lichaam? Wat als ik te ver het bos in loop en er dan iets gebeurt? Ik denk in de toekomst, en dat heb ik ook al bij dagelijkse dingen als stofzuigen of de was doen. Het beheerst mijn leven. Voor mijn hart kan ik nu eenmaal niet weglopen. Ik heb pas rust als er eindelijk duidelijkheid komt.”

Waarom dit interview met Nolie?

Wij bieden de ruimte om bijzondere verhalen te delen. Ieder van ons kent de angst die je misschien hebt doorgemaakt. De moeite die het soms kost om het te accepteren. Stuur je eigen verhaal in en wij publiceren het op onze website of nodigen je uit voor een interview.

Tekst: Laura van Horik
Beeld: Nolie Schattevoet

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

 

Beter om hartoperatie bij zwangere vrouwen uit te stellen tot na de bevalling

Het is beter om, waar het kan, een openhartoperatie bij een zwangere vrouw, uit te stellen tot na de bevalling. Dit verlaagt de risico’s voor het ongeboren kind. Indien dit niet mogelijk is, kan een keizersnede direct voorafgaand aan de ingreep de overlevingskansen van de ongeboren baby aanzienlijk vergroten. Dit laat een studie van het Radboudumc zien, waarvan de resultaten nu gepubliceerd zijn in European Heart Journal.

Een zwangerschap heeft grote impact op het hart- en vaatsysteem van vrouwen. Tijdens de zwangerschap werkt het hart van de moeder voor twee mensen, terwijl ook hormonen tijdens de zwangerschap van invloed zijn op onder meer de bloeddruk en bloedvaten. Soms komt het voor dat een vrouw tijdens de zwangerschap een operatie moet ondergaan, bijvoorbeeld vanwege een aangeboren hartafwijking of omdat er spontaan een scheur in de aorta (dissectie) ontstaat of infectie aan een hartklep (endocarditis) optreedt. Een intensieve operatie, veel vrouwen moeten tijdens een ingreep aan de hartlongmachine.

Lees hier verder.

Overzicht meldingen overlijdens na coronavaccinatie

Dit overzicht gaat over 662 meldingen met een overlijden tot 18 februari 2022. In totaal ontving Bijwerkingencentrum tot nu toe 683 meldingen met een overlijden. Overlijden ná vaccinatie betekent niet dat de oorzaak van overlijden een bijwerking is. In de meldingen met voldoende informatie, is bij een groot deel een andere oorzaak de meest voor de hand liggende verklaring voor het overlijden. Naast de overlijdens als gevolg van de ernstige bekende bijwerking TTS (trombose met trombocytopenie syndroom) zijn er geen nieuwe patronen gevonden van klachten die wijzen op nieuwe ernstige bijwerkingen. Soms kunnen bekende bijwerkingen bijgedragen hebben aan het verslechteren van een al kwetsbare gezondheidssituatie.

Lareb ontving tot 18 februari in totaal 662 meldingen met een overlijden na ongeveer 33,5 miljoen gegeven coronavaccins. Er waren 471 meldingen na het Pfizer/BioNTech vaccin (Comirnaty). Dit is het meest gebruikte coronavaccin, vooral ook in de oudere populatie. Na AstraZeneca vaccinatie (Vaxzevria) waren er 77 meldingen, na Moderna (Spikevax) 71 en na Janssen 20. Bij 23 meldingen was het vaccin onbekend.

Leeftijdsgroep Aantal gemelde overlijdens na coronavaccinatie tot 18 februari 2022
Ouder dan 80 jaar 309
61 t/m 80 jaar 274
41 t/m 60 jaar 57
20 t/m 40 jaar 17
Jonger dan 20 jaar 0
Leeftijd onbekend 5

Trombose en een laag aantal bloedplaatjes
Drie patiënten overleden vrijwel zeker aan de zeldzame bijwerking van uitgebreide trombose in combinatie met een laag aantal bloedplaatjes na AstraZeneca vaccinatie. Bij twee andere overledenen was het niet duidelijk, maar wel mogelijk dat het deze bijwerking betrof.

Myocarditis en pericarditis
Ontsteking van de hartspier (myocarditis) en ontsteking van het hartzakje (pericarditis) zijn bekende zeldzame bijwerkingen van het Pfizer/BioNTech en Moderna vaccin. Drie mensen zijn overleden aan hartproblemen, na een ontsteking van de hartspier of van het hartzakje na vaccinatie met het Pfizer/BioNTech vaccin. In deze meldingen kunnen ook infecties of andere hartaandoeningen een rol hebben gespeeld. Dat myocarditis ná vaccinatie optreedt, betekent niet dat het vaccin altijd de oorzaak is. Het kan ook een andere oorzaak hebben.

Capillair leksyndroom
Het capillair leksyndroom is een zeldzame ernstige bijwerking van het AstraZeneca en Janssen vaccin. Eén patiënt overleed met een zeer gecompliceerd ziektebeeld, waarbij er waarschijnlijk ook sprake was van een capillair leksyndroom. Deze patiënt was gevaccineerd met het Janssen vaccin. 

Verslechteren kwetsbare gezondheidssituatie
Bij 22 meldingen hebben bekende bijwerkingen mogelijk bijgedragen aan het verslechteren van een al kwetsbare gezondheidssituatie of sluimerende onderliggende conditie, al dan niet door een hoge leeftijd. Het gaat hier om veel voorkomende bijwerkingen van de coronavaccins zoals koorts, misselijkheid en algemene malaise.

Bekijk hier het overzicht van de meldingen.

Bron: Lareb

Afspraken over verantwoord wisselen medicijnen rond

Patiëntenfederatie Nederland, NHG, LHV en de FMS, KNMP en Zorgverzekeraars Nederland zijn gezamenlijk werkafspraken overeengekomen over het verantwoord wisselen van medicijnen met dezelfde werkzame stof, sterkte, toedieningsvorm en afgiftepatroon. Het regelmatig wisselen van medicijnen leidde de afgelopen jaren tot klachten en vragen van patiënten. De nieuwe afspraken maken een einde aan de onduidelijkheid. En moeten leiden tot veilig, doeltreffend en betaalbaar medicijngebruik.

De afspraken borgen vanaf nu de voorspelbaarheid en begeleiding van patiënten bij het wisselen van medicijnen. Het onbeperkt wisselen van medicijnen wordt tegengegaan. De wisselingen die wel mogelijk zijn, worden goed begeleid. Ook over het niet-wisselen, bijvoorbeeld bij medische noodzaak, zijn heldere afspraken gemaakt.

Dianda Veldman, directeur-bestuurder Patiëntenfederatie: ‘Geweldig voor patiënten dat dit resultaat samen is bereikt. Hiermee voorkomen we onnodig gedoe en verwarring, en kunnen arts, apotheker en patiënt samen werken aan optimaal medicijngebruik en goede farmaceutische zorg’.

De nieuwe werkafspraken zijn beschreven in de leidraad ‘verantwoord wisselen van medicijnen’. Het is een praktisch handvat voor alle betrokken partijen en professionals hoe in de dagelijkse praktijk medicijnen verantwoord gewisseld kunnen worden.

De komende periode worden de afspraken uitgewerkt in de praktijk. Daarnaast gaan betrokken partijen een gezamenlijke monitorings- en evaluatiestructuur inrichten om de effecten van de werkafspraken te monitoren, en indien nodig bij te sturen.

Bron: Patiëntenfederatie Nederland

On-Site Promotie Jens J.N. Posma

“Coagulation Factor Xa as Driver of Cardiovascular Diseases”

Sinds tientallen jaren worden antistollingsmedicijnen gebruikt om een overactief stollingssysteem te remmen en daarmee trombose te voorkomen. Steeds meer dierstudies tonen echter aan dat het stollingssysteem ook het verloop bij hart- en vaatziekten kan beïnvloeden via directe communicatie met cellen. In dit proefschrift is aangetoond dat remming van het stollingssysteem verschillende hart- en vaatziekten vermindert; onder andere is er sprake van schadevermindering aan het hart na een hartinfarct. Daarnaast laat het onderzoek zien dat de ontwikkeling van aderverkalking gereduceerd kan worden door antistollingsmedicijnen; zelfs vergevorderde aderverkalking kon worden verminderd nadat muizen behandeld werden met antistolling. Vervolgonderzoek moet deze processen die bijdragen aan dit beschermend effect verder achterhalen, zodat hart- en vaatziekten in de toekomst gerichter behandeld kunnen worden.

Klik hier voor de live stream.

Bron: www.maastrichtuniversity.nl

On-Site Promotie Robert J. Holtackers

“VISUALISING THE INVISIBLE: Dark-blood late gadolinium enhancement MRI for improved detection of subendocardial scar”

Bij een verstopping van de kransslagaders, ook wel bekend als een hartaanval, sterven de hartspiercellen langzaam af door een gebrek aan zuurstof. Deze afgestorven spiercellen dragen niet langer bij aan de pompfunctie van het hart en worden uiteindelijk vervangen door fibreus littekenweefsel. Met behulp van een MRI techniek, genaamd ‘late gadolinium enhancement’ (LGE), kunnen deze regio’s van fibreus littekenweefsel worden afgebeeld. Echter, omdat fibreus littekenweefsel vrijwel even helder wordt weergegeven als het bloed, is het detecteren en beoordelen van kleine infarctjes die zich direct naast het bloed bevinden, zogenaamde subendocardiale infarcten, momenteel erg lastig. Omdat de aanwezigheid, grootte, en verspreiding van het littekenweefsel belangrijke parameters zijn voor het bepalen van de (vervolg)behandeling, is een nauwkeurige detectie en beoordeling hiervan cruciaal. Zogenaamde ‘donker-bloed’ LGE-methoden zijn in staat het beperkte contrast tussen het littekenweefsel en bloed te verhogen voor een betere visualisatie van dit littekenweefsel. De ontwikkeling en evaluatie van een nieuwe, direct beschikbare, donker-bloed LGE-methode staan centraal in dit proefschrift.

Studies in zowel proefdieren als in een groep van 300 patiënten lieten zien dat deze nieuwe methode in staat is subendocardiaal littekenweefsel beter af te beelden en te kwantificeren dan de huidige referentie standaard, en zelfs regio’s te detecteren die met de huidige methode onopgemerkt bleven. Deze nieuwe methode is daarnaast verder geoptimaliseerd zodat het littekenweefsel ook in 3D afgebeeld kan worden. Tenslotte zijn diverse nieuwe toepassingen voor deze nieuwe methode met succes onderzocht, alsook direct in de praktijk gebracht zoals beschreven in twee ‘case reports’. Dit proefschrift beschrijft daarom het volledige ‘bench to bedside’ traject van de ontwikkeling, evaluatie, en validatie van een nieuwe, verbeterde MRI-techniek die direct en wijdverspreid beschikbaar is, en reeds in diverse centra wereldwijd dagelijks gebruikt wordt.

Klik hier voor het volledige proefschrift.

Klik hier voor de live stream.

Bron: www.maastrichtuniversity.nl

On-Site Promotie Liliane Said

“Sahtak bi Sahnak: Your Health On Your Plate; The Development, Implementation, And Evaluation Of A Nutrition Programme For Lebanese Adolescents”

Goethe zei ooit: “Weten is niet genoeg, we moeten het toepassen. Willen is niet genoeg, we moeten het doen”. Met betrekking tot obesitas bij kinderen weten we dat dit een ernstig gezondheidsprobleem is dat wereldwijd meer dan 340 miljoen kinderen en adolescenten treft. Ook in de Arabische wereld is obesitas bij kinderen een probleem. Het doel van dit proefschrift was het ontwikkelen, implementeren en evalueren van de eerste voedingsinterventie gericht op Libanese adolescenten op middelbare scholen.

Sahtak bi Sahnak (wat ‘Je gezondheid op je bord’ betekent) is een op theorie gebaseerde, school-geïntegreerde, cultureel passende en goedkope voedingsinterventie. De primaire doelstellingen van deze interventie zijn het verbeteren van de kennis over en de naleving van voedingsgewoonten, en bijgevolg het voorkomen van obesitas onder 15-18-jarige adolescenten in Libanon. Zo hoopt dit proefschrift bij te dragen aan de verbetering van de gezondheid van Libanese adolescenten.

Klik hier voor het volledige proefschrift.

Klik hier voor de live stream.

Bron: www.maastrichtuniversity.nl

Het grijze gebied genaamd prediabetes

Prediabetes is de fase die voorafgaat aan diabetes type-2. In dit voorstadium merk je niks van de schade die er al aan je lichaam wordt toegebracht. Maastrichts onderzoek toonde recentelijk aan dat ook de schade aan zenuwen en bloedvaten al meetbaar is bij prediabetes. Prof. dr. Coen Stehouwer leidt de Maastricht Studie en de afdeling Interne Geneeskunde van MUMC+. Zijn werk en daarmee MUMC+ behoort tot de absolute wereldtop op dit gebied.

Zo’n vijftig jaar geleden werd de diagnose diabetes pas gesteld als je er als patiënt last van had, vertelt prof. dr. Stehouwer. De te hoge bloedsuikerwaardes leiden bijvoorbeeld tot veel plassen en dorst. “Maar als je daar last van hebt, is de waarde al verre van normaal. Daarom werden de diagnosecriteria naar beneden bijgesteld. De diagnose diabetes werd gekoppeld aan het risico op ziekte. Je kunt zeggen dat het grijze gebied tussen normaal, oftewel wit, en diabetes, oftewel zwart, kleiner werd met die nieuwe criteria. Dat grijze gebied noemen we ‘prediabetes’.”

Sterretje in de ruit

Doorgaans merk je zelf niks van licht verhoogde bloedsuikerwaardes en dus prediabetes. De organen worden al aangetast, maar nog niet zo erg dat je er last van hebt. “Vergelijk het met een sterretje in de voorruit van je auto. Het menselijk lichaam kan heel lang heel veel hebben. Zo wordt de lever  beschadigd door alcohol, maar duurt het een tijd voordat dat zo ernstig wordt dat je er klachten van krijgt.” Gemiddeld heeft iemand tien jaar prediabetes voordat het stadium diabetes type-2 bereikt wordt. “Het is een langzaam voortschrijdende ziekte die steeds ernstiger wordt. En uit ons onderzoek is gebleken dat ook de schade aan de zenuwen, in benen, hart, ogen en hersenen, meetbaar is. Hoe ‘donkerder grijs’ de prediabetes is, dus hoger de bloedsuikerwaarde, hoe groter die schade.”

Monnikenwerk

Wat de Maastrichtse studie bijzonder maakt is het grote aantal mensen dat onderzocht is: zo’n negenduizend. Met behulp van onderzoekstechnieken die deels pas tien jaar bestaan, konden de onderzoekers het monnikenwerk klaren. “Dankzij de omvang van de bestudeerde groep, kun je ook zeggen dat het representatief is voor de hele bevolking.” De bevindingen hebben impact op de manier waarop wereldwijd naar prediabetes wordt gekeken. Want is het niet verstandiger het ‘grijze gebied’ op te heffen en al bij de eerste verhoogde bloedsuikerwaardes te spreken van ‘diabetes type-2’? “In Amerika zijn de richtlijnen al aangepast in die zin dat actief opsporen en behandelen van prediabetes aanbevolen wordt. Dat heeft natuurlijk flinke consequenties, want waar 10% van de Nederlanders diabetes type-2 heeft, heeft 25% prediabetes. De groep patiënten die je moet gaan behandelen groeit dus in één klap enorm als je prediabetes actief wilt gaan opsporen en behandelen.”

Investeren in preventie

In Nederland is het dan ook nog niet zover en gebaseerd op de terughoudende aard hier verwacht Stehouwer dat het nog minstens vijf jaar duurt voor ‘die draai gemaakt is’. “Pas dan zullen patiënten er iets van gaan merken. Afhankelijk van de bereidheid van de overheid om te investeren in preventie kun je dan kiezen voor screening, waarbij een bepaalde groep wordt uitgenodigd, zoals het bevolkingsonderzoek darmkanker voor 55-plussers. Gemakkelijker in te voeren is ‘case finding’, wat betekent dat de huisarts je bloedsuikerwaarde meet als je voor iets anders komt en vervolgens behandeling start als je waardes verhoogd zijn. Op dit moment wordt in dat laatste geval nog niet of nauwelijks actie ondernomen.”
In de nabije toekomst gaat de Maastricht Studie verder onderzoek doen naar zenuw- en bloedvatschade door verhoogde suikerwaardes. Hoe snel verergert de schade bijvoorbeeld? En zijn er mensen aan te wijzen die een groter risico lopen op schade dan anderen, waardoor je gerichter kunt behandelen?

Hoe verklein je het risico?

Om het risico op (pre)diabetes te verkleinen, komen de bekende leefstijladviezen weer om de hoek kijken. “Ook dit is een leefstijlziekte. Tachtig procent van de mensen met diabetes type-2 heeft overgewicht, maar de meeste mensen met overgewicht krijgen geen diabetes. Bij die laatste groep slaagt de alvleesklier erin voldoende insuline aan te blijven maken. Hoe goed dat lukt, is ook erfelijk bepaald. Dus de falende alvleesklier in combinatie met met overgewicht vormt de tweetrapsraket die leidt naar diabetes. Als je daarop tijdig ingrijpt, liefst zo vroeg mogelijk in het grijze stadium als je het mij vraagt, is er nog veel gezondheidswinst te behalen.”

Bron: www.mumc.nl

Alyshia mist een long en heeft haar hart rechts

Bij de twintig weken echo zat het hartje van Alyshia (6) een beetje gedraaid. Althans, dat was wat de artsen dachten. Later werd duidelijk dat dat het niet was. Moeder Priscilla Holleman (27) en de rest van het gezin werden geconfronteerd met iets veel groters: het hart van Alyshia zat aan de verkeerde kant en ze miste haar rechterlong.

Het was een schok voor Priscilla toen ze hoorde wat er met Alyshia aan de hand was. Wat de kansen van haar dochter waren, was ook de artsen onduidelijk. Kort nadat de ontdekking werd gedaan, moesten Priscilla en haar man daarom een knoop doorhakken. “We hadden zes dagen de tijd om te kiezen of we de zwangerschap wilden voortzetten of afbreken. Dat was een héél heftig moment. We hadden geen idee waar we goed aan deden. Daarom hebben we op een gegeven moment gezegd: we gaan wel zien wat ze kan. In principe valt er met het hart aan de verkeerde kant te leven, net als met één long. We besloten haar een kans te geven.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.