Keuzes maken

Ons hele bestaan zijn we bezig met keuzes maken. Vaak gebeurt dit onbewust, denken we geen keus te hebben in een bepaalde situatie, de andere keer is het zeer bewust en breken we ons hoofd met de vraag wat nu de beste keuze is. Dit laatste is de oorzaak van vele slapeloze nachten.

Ik hoop u met deze column bewust te maken van het feit dat we altijd een keuze hebben, ook al lijkt dat soms niet  zo en dat we, als we bewust kiezen, geen slechte keuze kunnen maken. Daar zijn wel een aantal stappen bij nodig;

  • ten eerste, wees je bewust van het feit dat je een keuze hebt,
  • ten tweede, maak de keus in eerste instantie voor jezelf (is dit echt wat ik wil),
  • ten derde, vraag je af of deze keuze niet ten koste gaat van anderen, het milieu, de aarde etc. Als alles klopt, ga dan volledig achter de keuze staan (ook dat is een keuze).

Ik hoop deze stappen te verduidelijken met de volgende voorbeelden.

Het nieuwe jaar is begonnen en misschien heeft u wel een of meerdere goede voornemens bedacht of zelfs uitgesproken, voor het nieuwe jaar. Daarmee heeft u een of meerdere keuzes gemaakt. Heeft u deze keuze gemaakt voor uzelf, of voor een ander? Dit is van groot belang, omdat u in het eerste geval meer gemotiveerd zal zijn en beter bestand tegen verleidingen. Heeft u bijvoorbeeld besloten 10 kilogram af te vallen in 2015, vooral omdat uw arts gezegd heeft dat het moet en uw omgeving u ook graag langer gezond wil zien. Misschien zegt u, ik moet wel, ik heb geen keuze! U heeft echter, zoals eerder ook gezegd, altijd een keuze en vaak nog meerdere.

U kunt er voor kiezen te zeggen dat u geen keuze heeft, waarmee u eigenlijk uitspreekt dat het maar moet, maar dat u er eigenlijk niet achter staat. U vindt dat het leven zonder gebakjes en lekker eten veel te saai is. Dan wordt het extreem moeilijk om achter het voornemen te blijven staan. Hier worden u en uiteindelijk ook uw omgeving, niet gelukkiger van.

U kunt ook de keuze maken dat het leven met weinig bewegen en lekker eten zo belangrijk is voor uw geluk, dat het aantal jaren dat u er misschien mee wint  hier niet tegen opweegt. Dit kan een weloverwogen keus zijn, en als u daarmee een gelukkig mens bent, straalt u dat ook af op de omgeving.

Mocht u de keus maken om te streven naar een lang en gelukkig leven, maak dan deze keuze zeer bewust, met hart en hoofd. Het hart heeft u verteld dat deze keuze u gelukkig maakt en dat het ook goed is voor anderen, het hoofd helpt u standvastig achter uw keus te blijven staan.

Als we keuzes maken vanuit het hart, zonder daarbij ons hoofd te verliezen, zijn deze keuzes voor het Hoogste Goed van ons zelf en iedereen die er bij betrokken zijn.

Column door: Jan Chin

Het hart, de motor van ons lichaam: geweldig fascinerend!

Onlangs kreeg ik de unieke kans om een hartoperatie bij te wonen. Eerder had ik al eens meegekeken met een dotterbehandeling en een pacemakerimplantatie in het MC Haaglanden, dat vond ik ook al zeer fascinerend om te zien. Voor mij is het leerzaam om dergelijke ingrepen eens van dichtbij te zien, omdat ik natuurlijk veel mensen spreek die dit moeten ondergaan of reeds hebben ondergaan.

Op donderdag 14 augustus was het zover: ik mocht me om 7.00 uur ’s morgens melden in de operatiekamer van het Radboud Ziekenhuis in Nijmegen en meekijken bij een paar hartoperaties. Van tevoren werd ik gewaarschuwd door diverse hartchirurgen en anesthesisten, omdat het vaak gebeurt dat mensen misselijk worden of flauwvallen als ze zo’n operatie van dichtbij zien. Maar ik keek er niet tegenop en had gelukkig goed ontbeten (op advies van de hartchirurg).

Ik stond er versteld van wat voor geweldig team er klaarstaat voor één operatie: een achtkoppig team van hartchirurgen, anesthesisten, OK-assistenten en een perfusionist (die de hart-longmachine bedient) staan paraat om de operatie uit te voeren. Mooi om te zien hoe iedereen op elkaar was ingespeeld en hoe ze een geheel vormen. Zo’n operatie vergt ongelofelijk veel concentratie en duurt gemiddeld minimaal 3 à 4 uur. Hartchirurgen voeren er meestal dagelijks twee achter elkaar uit. Wat een mooi beroep. En hoe onmisbaar is de rest van het team!

Eerst was ik aanwezig bij een kransslagaderoperatie met diverse omleidingen en daarna heb ik nog meegekeken met een vervanging van de aortaklep. Wat ik het meest indrukwekkend vond, was het moment dat je het hart ziet liggen, ‘open en bloot’, terwijl het hard aan het kloppen is. In één woord: ‘Wauw!’. Dat is bijna niet te beschrijven zo mooi, ik voelde me oprecht bevoorrecht dat ik dit mocht zien. Op zo’n moment realiseer je je dat dit écht de motor van ons lichaam is en hoe ontzettend belangrijk dit orgaan is.

Tenslotte wil ik nog een positief bericht delen met u. In de vorige uitgave van Hartbrug-Magazine vertelde ik over Emmanuela, het vijfjarige hartpatiëntje uit Ghana dat een levensreddende hartoperatie nodig had. Ik kan u melden dat zij inmiddels geopereerd is en dat de operatie goed is verlopen! We zijn hier uiteraard heel blij om, en we willen nogmaals iedereen ontzettend bedanken voor alle steun en bijdragen! Door succesverhalen zoals deze blijkt weer eens hoe belangrijk het Fonds Buitenlandse Kinderen is. Uiteraard hopen we op deze manier nog vele levens te redden, mede dankzij u!

Column door: Marly van Overveld

Een nieuwe rol

Dit zijn voor mij maanden vol overpeinzingen, mijmeringen en  zelfberaad. Het gaat daarin over doelloos dwalen en verdwalen, over jezelf hervinden, naarstig op zoek zijn naar een houvast, een horizon. En aan het eind daarvan – op de splitsing van het pad dat je eindelijk hebt gevonden – een besluit nemen welke richting je op wilt.

Wat is er veranderd? Nu ja, eigenlijk álles sinds mijn vrouw Cris ruim een jaar geleden overleed. Maar waar sta ik nu, wat is er over van het landschap vanuit mijn ruïne, wat is nu het uitzicht – en: wát wil ik?

Een periode van rouw blijkt een leerzaam proces, het ‘reset’ je denken, herijkt je kijk op het leven, jouw leven, en dat van de mensen om je heen; zij die dichtbij zijn of iets verder weg van je staan.

Een nieuwe rol, is dat misschien wat je wilt? Je bent hier toch op aarde met een opdracht, een taak…

Deze column schrijf ik vanuit het vliegtuig, boven de wolken, onderweg terug vanuit Nice, Zuid-Frankrijk. Daar kwamen Cris en ik jarenlang, en genoten er. Het was ons tweede thuis geworden. Nice gaf haar veel schonere lucht dan waartoe Midden-Limburg, Roermond, in staat was binnen de invloedsfeer van het Ruhrgebied en België. Cris had een ernstige ongeneeslijke longziekte, die haar en ons tenslotte ook noodlottig werd.

Veel steun heb ik de afgelopen tijd gehad aan de columns, in dit blad, over lichaam en geest door voormalig cardioloog en thans acupuncturist Jan Chin. Een van zijn recente schrijfsels zette mij wederom aan het denken: ‘De geest is in staat genezend te handelen…’ Door Chins beschouwingen richt ik mij steeds vaker op de kracht van mijn geest en probeer ik positief te denken. En te handelen, in de spirit van mijn lieve Cris. Zij probeerde altijd door de ogen van de ander te kijken. Veel heb ik van haar geleerd en ben de wereld door een andere bril gaan zien. Ik besef dat nu pas.

Heel veel inspiratie krijg ik al een tijdje van het jonge team van medewerkers van Hartpatiënten Nederland. Zij stonden op toen ik niet meer kon en zijn er sindsdien. De taken van onze stichting namen ze op zich, er ontstond een nieuwe verdeling, het ging al met al rimpelloos. Er gaat een bruisende energie van hen uit. Het tintelt, je ziet het, voelt het. Fantastisch om te ervaren, al die jonge mensen. Het geeft een groots gevoel van trots en vertrouwen.

Nieuwe ideeën ontstaan nu, onverwachte richtingen worden ingeslagen, onvermoede contacten groeien. We slaan bruggen en verbinden, onder meer via de ’social media’ waarmee we nu al meer jongeren bereiken.

Er gloort een nieuwe horizon, met nieuwe wegen. En, mijn nieuwe rol? Die krijgt vanzelf vorm…

Column door: jan van Overveld

Reanimeren in het basisonderwijs

Reanimatie verdubbelt de kans op overleving na een hartstilstand. Daarom wordt er op dit moment voor gepleit om op iedere middelbare school in Nederland structureel reanimatieonderwijs te gaan geven. Om deze reden is een petitie gestart, met als doel het verzamelen van minimaal 40.000 handtekeningen. Die worden in het najaar aan staatssecretaris Dekker van Onderwijs aangeboden. Het initiatief tot een petitie is een paar jaar geleden genomen door cardioloog Ton Gorgels van de stichting Reanimatie-estafette Limburg. Deze mooie regionale actie is nu naar een landelijk niveau getild.

Ondanks dat wij andere doelstellingen hebben dan de Nederlandse Hartstichting (zij zijn een wetenschappelijke organisatie die zich vooral richt op voorlichting en onderzoek, wij zijn een belangenorganisatie voor patiënten) steunen wij dit initiatief beiden voor 100%! Tijdens een kennismakingsgesprek met de nieuwe directeur, Floris Italianer, hebben we afgesproken om zoveel mogelijk samen te proberen te verwezenlijken. Zo is het ook met dit initiatief. Samen proberen we ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk mensen de petitie ondertekenen.

Het is goed voor de samenleving als meer mensen leren reanimeren. Ik hoop van harte dat de petitie ervoor zorgt dat de politiek dit opneemt. Uit eigen ervaring weet ik dat jonge mensen vaak heel gemotiveerd zijn om te leren reanimeren, vooral als ze zich realiseren dat zij hierdoor levens kunnen redden. In het verleden hebben wij reanimatie-demonstraties gegeven op markten en vooral jongere mensen bleken hierin geïnteresseerd.

Ik heb er dan ook alle vertrouwen in dat middelbare school  leerlingen gemotiveerd zijn en hét verschil kunnen maken! Elke week krijgen 300 mensen buiten het ziekenhuis een hartstilstand. Op dit moment overleeft zo’n 10% hiervan, mede dankzij snelle acties van (burger)hulpverleners. De eerste 6 minuten zijn cruciaal bij een hartstilstand. Als er tijdens deze minuten adequaat wordt ingegrepen kan het percentage van 10% (flink) stijgen.

Volgens de Hartstichting moet het zelfs mogelijk zijn dit tot 25% te verhogen als we van Nederland één 6-minutenzone maken. Een 6-minutenzone is een gebied waar het mogelijk is om binnen de eerste 6 minuten alle handelingen uit te voeren die nodig zijn bij een hartstilstand: 112 bellen, reanimeren en defibrilleren. Als dat lukt kunnen er jaarlijks 1000 extra levens worden gered. En dat is iets waar we met zijn allen vol voor gaan.

Help nu om levens te redden en teken de petitie! Deze kunt u online tekenen via www.hartpatienten.nl/reanimatie/petitie. Ik reken op uw steun!

Hartpatiënten Nederland zet zich al jarenlang in voor reanimatie. Dit doen wij onder andere door het verzorgen van reanimatiecursussen en het uitbrengen en verspreiden van reanimatie brochures. Meer informatie leest u op www.leerreanimeren.nl. Ook ziet u hier een demonstratie van een reanimatie. Wilt u een reanimatiecursus volgen of brochures bestellen? Bel dan 0475 – 31 72 72. Wij helpen u graag verder!

Column door: Marly van Overveld

Positieve signalen

Er viel veel waars te lezen in de woorden van onze vaste columnist Jan Chin. Zijn betoog onder het kopje ‘Helen of heel worden’ stond afgedrukt in de vorige editie van Hartbrug-Magazine, de eerste van 2014.

Wat schreef Chin? Onder meer dit: ‘De geest speelt nog teveel een ondergeschikte rol in ons mensbeeld. Ik denk dat deze rol veel groter is dan we denken en dat onze geest, via emoties, ons wel degelijk lichamelijk ziek kan maken…’ Jan Chin was 17 jaar cardioloog, veruit het grootste deel daarvan specialist in het Sint Jans Gasthuis te Weert. Alweer enige jaren concentreert hij zich professioneel op acupunctuur.

In zijn woorden herken ik veel. Het nu voorbije jaar was ik ziek. Door emoties overheerst na het overlijden van mijn vrouw. Ik heb u daarover veel verteld op deze plek. Door hetgeen wat ik heb meegemaakt heb ik het gevoel, tien jaar ouder te zijn geworden. De gebeurtenissen hadden een zodanige impact op me dat ik er heel erg moe door werd. Het kostte immens veel energie en legde me lam.

Jan Chin stelde bovendien: ‘Diezelfde geest kan ons ook helpen bij onze genezing en waarschijnlijk zelfs ziekte helpen voorkomen. De kunst is om dat aspect van de geest te onderkennen, zodat we met recht kunnen spreken van helen of heel worden.’

Dat proces – het weer één worden van lichaam en geest – zie ik inmiddels bij mezelf. Althans, ik meen de eerste tekenen van een terugkerende balans te kunnen herkennen. Zo geniet ik weer steeds meer van allerlei positieve gebeurtenissen; het zijn signalen van voorzichtig herstel. Bijvoorbeeld de geboorte van ons kleinkind, dat mij plotseling tot ‘opa’ heeft gemaakt; het blijkt in alle opzichten een ongelooflijke verrijking.

Maar zeker ook het succes van ons Meldpunt Hartpatiënten maakt trots en doorbreekt ín mij de lange blokkade van de rouw. Begin dit jaar bleek bij evaluatie van het meldpunt dat er in één jaar tijd ruim 3.000 kritische rapportages van hartpatiënten of hun naasten waren binnen gekomen over (vermeende) wantoestanden in de cardiologische zorg. Het betrof klachten over ziekenhuizen in heel het land.

Positieve ontwikkelingen zijn erop gevolgd. Want de meeste ziekenhuizen, waarmee wij nu aan tafel zitten om de klachten te bespreken, zijn bereid te luisteren en lering te trekken uit de kritiek. Dat is geweldig! Onze dochter Marly, die namens Hartpatiënten Nederland hierin veel werk heeft verzet, heeft bovendien met de Nederlandse cardiologenvereniging (NVVC) kunnen afspreken dat de NVVC alle aangesloten hartspecialisten gaat adviseren om mee te werken aan ons meldpunt.

Dat ik van dit alles weer kan genieten, geeft mij hoop dat de balans zich aan het herstellen is en mijn genezing een kwestie van tijd.

Column door:Jan van Overveld

Helen of heel worden

In onze taal is helen synoniem met genezen. Vreemd genoeg is er nog een andere betekenis, het opkopen van gestolen goederen, maar daar zullen we het hier niet over hebben.

Het is namelijk al vreemd genoeg dat we het hebben over heling in de eerste betekenis, omdat dit werd verricht door Heelmeesters, die in de middeleeuwen weinig van je heel lieten. Er werd meestal een arm of been afgezaagd of er werd door de barbier met zijn scheermes een aderlating verricht. Ook de huidige heelmeesters verwijderen vaak een deel uit het lichaam in de hoop genezing te bereiken.

Ik zou het begrip helen letterlijker willen benaderen. Ik bedoel hiermee het weer gaan zien van de mens als één geheel van lichaam, geest en ziel.

In het Westen is men een steeds groter onderscheid gaan maken tussen lichaam en geest. Aanvankelijk bestonden er nog zogenoemde psychosomatische aandoeningen, waarbij psychische problemen werden gezien als de oorzaak van lichamelijke aandoeningen. Bekende voorbeelden waren de maagzweer, die veroorzaakt kon worden door spanningen en het hartinfarct, iets wat vaker kon voorkomen bij stressgevoelige mensen.

Omdat wetenschappelijk onderzoek geen directe verbanden tussen psyche en lichamelijke aandoeningen kon aantonen, is er een scheiding ontstaan tussen lichaam en geest.

Als er een lichamelijke afwijking werd gevonden bij een bepaalde klacht, dan hoorde de patiënt door een lichamelijk georiënteerde arts behandeld te worden. Zo niet, dan hoorde de patiënt thuis bij de psychologie of psychiatrie. De meer lichamelijk gerichte artsen wisten (te) weinig van psychologie, de psychiaters (te) weinig van lichamelijke ziekten. Hierdoor konden belangrijke oorzaken van ziekten gemist worden.

Het feit dat iets wetenschappelijk niet is aangetoond, wil echter niet zeggen dat het niet zo is. Het zegt alleen dat het bewijs (nog) niet geleverd is. Misschien was de methodiek van het onderzoek niet goed genoeg, of waren de meetinstrumenten niet gevoelig genoeg. Ook kan het zijn dat er een complex samenspel van meerdere oorzaken een rol speelt bij het ontstaan van een bepaalde ziekte.

We mogen er niet klakkeloos van uit gaan dat wat we niet zien, niet bestaat.

Inmiddels weet een psychiater dat bepaalde lichamelijke aandoeningen de oorzaak kunnen zijn van psychische stoornissen en weten we ook dat psychische ondersteuning bij bedreigende ziekten of hevige pijnklachten vaak bijdraagt aan verlichting van de ziekte-ervaring.

Toch is dit wat mij betreft nog veel te weinig. De geest speelt nog teveel een ondergeschikte rol in ons mensbeeld. Ik denk dat deze rol veel groter is dan we denken en dat  onze geest, via emoties, ons wel degelijk lichamelijk ziek kan maken. Het positieve daarvan is, dat diezelfde geest ons dan ook kan helpen bij onze genezing en waarschijnlijk zelfs ziekte kan helpen voorkomen. De kunst is om dat aspect van de geest te onderkennen, zodat we met recht kunnen spreken van helen of heel worden.

Column door: Jan Chin

La Dolce Vita

La dolce vita, Italiaans voor het zoete leven.

Deze zin kwam onwillekeurig bij mij op, terwijl ik zat te genieten van de mooie zomerse dagen. Het is niet voor niets dat de Italianen deze term gebruiken om het leven te beschrijven. Ze staan per slot van rekening bekend als de grootste levensgenieters van Europa. Toch is dat niet alleen het geboorterecht van de Italianen, ook wij mogen genieten van het leven.

Natuurlijk, Italië is een mooi land met meestal een fijne temperatuur en het eten is er lekker, maar dat is mijn mening, niet iedereen zal dat met mij eens zijn.

Volgens recente onderzoeken behoren de Nederlanders tot de gelukkigste volkeren van Europa, daar scoren we zelfs hoger dan de Italianen. Wat bepaalt dat geluk dan, wat heeft men gemeten? Nederland wordt nog steeds gezien als een verzorgingsstaat, met een hoge maatschappelijke standaard, wat nog altijd hoog wordt gewaardeerd door de inwoners.

Toch hoor ik weinig mensen om mij heen zeggen dat het leven zoet is. Wie heeft er dan gelijk?

De vraag is of het leven zo zoet is. Ik denk het niet. Het leven is niet zoet, net zomin als het zuur, of bitter, of een  en al ellende is.

Het leven is het leven. Het zit vol veranderingen en golfbewegingen, die alle bij het leven horen. Wij mensen plakken er etiketten op en deze bepalen of we ons prettig voelen of niet. Het is niet anders dan het weer, dat uiteraard een onderdeel van het leven is. Als het regent, vinden de meeste volwassenen dat vervelend, terwijl een jong kind het fantastisch vindt om nat te worden en in de plassen te stampen. Dan heeft het enorm veel pret, terwijl anderen zich groen en geel ergeren. Op een gegeven moment leert datzelfde kind dat regen vies is, dat het er ziek van wordt en zo verder. Toch is dat nog steeds dezelfde regen.

Kortom, het leven is zoals het is.

Gelukkig is er toch ook goed nieuws. Wijzelf kunnen bepalen of we van het leven genieten of niet. We hoeven niet stuurloos toe te kijken wat het leven ons te bieden heeft. Dus de Italianen zorgen er zelf voor dat ze het leven zoet vinden. Hoe meer wij met de golfbewegingen van het leven mee gaan, des te minder voelt het als een worsteling.

We kunnen het leven niet veranderen. We kunnen wel veranderen hoe wij naar het leven kijken. Als we zeggen dat het leven zoet is, doen we onszelf te kort. Wij zijn degenen die er voor kiezen er een feestje van te maken. Het leven is een feestje, maar we moeten zelf de ballonnen ophangen.

Ik wens u een dolce vita.

Column door: Jan Chin

Angst

Angst is een slechte raadgever. Dit zeggen mag dan wel een open deur zijn, maar we worden allemaal door angst bij de keel gegrepen zodra we iets ergs meemaken. Zoals een hartinfarct. Of het verlies van onze baan. Of een echtscheiding. Of de dood van een geliefde.

Angst kan ons zodanig in de war maken dat we de ene foute beslissing na de andere nemen. In paniek raken en dan als een wilde om ons heen gaan slaan. Mensen van ons vervreemden. Anderen eisen opleggen, waaraan deze mensen niet kunnen voldoen. Angst kortom brengt ons van de regen in de drup.

Volgens de energieleer van de Amerikaanse schrijver Gary Zukav zijn er in grote lijnen twee soorten energie. Laag- en hoogfrequente trillingen. Angst is laagfrequent en veroorzaakt meer laagfrequente golven en trillingen. Nog meer ellende dus. Liefde daarentegen is hoogfrequente energie, die warmte en vertrouwen schenkt, evenals deemoed en overgave.

Op dit thema is ook de religie gebaseerd. In het Oude Testament zijn de eerste woorden die God tot een mens sprak de twee woorden: Vrees niet! Wees niet bang! En daarmee is ook een brug geslagen naar de onderliggende grond voor angst. Angst is maar al te vaak angst voor verlies, uiteindelijk voor verlies van ons leven. Het oudtestamentische Vrees Niet betekent in ultimo dan ook: wees niet bang voor de dood.

Wie niet bang is voor de dood, kan het leven immers aan. De dood hoort bij het leven. Het een vooronderstelt het ander. Er is niets mis met de dood, hoezeer onze samenleving ons ook van het tegendeel probeert te overtuigen. De dood is een gegeven in de natuur, in de kosmos.

In de psychologie is bekend dat angst uiteindelijk gebaseerd is op doodsangst. Angst kan iemands leven verlammen. Angst vertraagt, blokkeert, maakt langzaam, star, onbuigzaam, intolerant. Zo is een belangrijk deel van de reclame voor medicijnen gebaseerd op angst zaaien. Als je geen statines pakt, zwaait er wat! Bijvoorbeeld.

Hoe groter de angst, hoe ellendiger het leven wordt. Angst kan iemands leven volledig vergallen. Mensen worden depressief, en zinken steeds dieper in de put. Dat leidt op zijn beurt weer tot lichamelijke klachten, die helaas slechts symptomatisch worden bestreden met medicijnen of fysiotherapie. De bron van het kwaad wordt genegeerd: de angst die iemand in bezit heeft genomen.  Daar helpt geen medicijn, geen fysiotherapeut tegen.

Met het loslaten van de religie is de westerse mens het zicht op het leven na de dood kwijt en blijft hij in ontreddering achter. Het leeglopen van de kerken, hoe begrijpelijk ook, liet de westerse mens zonder alternatief achter. Alleen het geloof dat er een leven na de dood is, kan ons immers helpen onze doodsangst te overwinnen. En ons helpen weer voluit en in liefde te leven.

Column door: Henri Haenen

Zout

Je zou het bijna vergeten, maar in de naam van wat de grootste verfmenger van de wereld is, AkzoNobel, zit één van de oorspronkelijke activiteiten verborgen: de Z van zout.

Die activiteit is bij consumenten vooral bekend onder de naam Jozo, wat weer een afkorting van jodium en zout is. Dat is een gevaarlijk terrein, want onze dokters maken zich zorgen over de te grote zoutconsumptie.

Je zou zeggen dat de productontwikkelaars van Jozo daar rekening mee houden, maar niets is minder waar. Zout is immers geld voor AkzoNobel!

Zo brengen ze op dit moment vier soorten ‘tafelzout’ op de markt, inderdaad bedoeld voor op tafel en daarom verpakt in kleurig vormgegeven busjes. Een is gevuld met gewoon Jozo zout, dus keukenzout (NaCl) met jodium. Een heet Jozo naturel; dat had beter Zo kunnen heten, want er zit geen Jo in. Een bevat een mix van zout en peper (20%), nooit een goed idee, want als je iets peperiger wil maken, maak je het meteen ook zouter. En dan is er nog Jozo Bewust – met jodium. Wat daar verder in zit is onduidelijk, vooral omdat de piepkleine witte lettertjes op een lichtgroene achtergrond volstrekt onleesbaar zijn. Zo mis je dus het gegeven dat dit voor het grootste deel uit Kaliumzout (ipv. natriumzout) bestaat en dat dat gevaarlijk is voor nierpatiënten. Zelfs de advertentie ontbeert die mededeling – alleen wie de website goed leest, krijgt die waarschuwing.

Het gegeven dat er een algemeen advies bestaat om voor je kaliumzout gebruikt, eerst je arts te raadplegen ontbreekt ook. Het enige dat je op het schap van de supermarkt ziet is de naam: ‘Bewust zout met jodium’ en denkt misschien dat dat het is, bewust. Maar onbewust krijg je dus een heel ander zout, dat voor sommigen levensbedreigend kan zijn.

Daar komt nog bij dat die strooibusjes twee openingen hebben: een voor strooien, waar al behoorlijk wat van het fijne, van antiklontermiddelen voorziene, spul uit komt, en een met een groter gat, dat voldoende is voor keukengebruik. Niet bepaald een ontwerp dat rekening houdt met de toch al te grote zoutconsumptie. In sommige beschaafde landen is het geadviseerde maximum 5 gram/dag, bij ons is dat 6 gram, in de praktijk is dat wel 9 gram.
Het ergste is nog dat AkzoNobel (‘Tomorrow’s Answers Today’) in zijn persbericht (in slecht Nederlands) meldt dat je met deze producten ontelbare momenten nét even wat leuker maakt, alsof je zout niet met meer omzichtigheid en verstand moet benaderen.

De website voegt daar nog aan toe dat Jozo Bewust geschikt is voor het tegengaan van hoge bloeddruk en osteoporose en geschikt is voor je gezondheid in het algemeen. En dan volgt nog wel die waarschuwing voor nierpatiënten, wat dus in de advertentie en in het persbericht ontbreekt en op de verpakking onleesbaar is.
Zo worden verfmengers gifmengers.

Column door: Johannes van Dam

Opkomen voor hartpatiënten is een met doornen bezaaide weg

Soms moet je als belangenbehartiger wel eens even slikken voor wat er allemaal op je weg komt. De laatste tijd hadden we te maken met nogal wat weerstand. Niet iedereen is namelijk blij met onze organisatie Hartpatiënten Nederland.

Het benoemen van wat er gebeurt, wordt je immers niet altijd in dank afgenomen. En dat is nog zachtjes uitgedrukt. De reacties variëren van ordinaire beledigingen tot en met dreigen met rechtszaken.

Dat gebeurt zonder uitzondering in een poging Hartpatiënten Nederland te intimideren en van actie af te houden. Het is van alle tijden. Je ziet dat op veel plaatsen gebeuren, en dat al eeuwenlang. Tegenstanders en criticasters het zwijgen opleggen. Daarvoor kan van alles uit de kast gehaald worden. Het gemakkelijkste is de criticaster voor leugenaar uitmaken. Op die manier wordt de criticaster gedwongen om in discussie te gaan met degene, die wordt bekritiseerd. Als dat niet helpt, volgt dreigen met juridische stappen. Heel veel mensen en organisaties schrikken daarvoor terug. Zeker als de toon dreigend is en de lezer de indruk krijgt, al bij voorbaat veroordeeld te zijn. Als ook dat niet helpt, volgt een uitnodiging voor overleg. Ook daar worden vaak allerlei spelletjes gespeeld. Dat hangt een beetje af van degene die uitnodigt. Kom je daar niet goed beslagen ten ijs, dan word je er – om het op zijn Haags uit te drukken – ‘afgezeken’ en vernederd. Verder kunnen ook daar weer dreigementen worden geuit. En als al die dreigementen en vernederingen zonder resultaat blijven, volgt de balsemmethode. Dan is men opeens heel erg welwillend en stelt allerlei schone beloften in het vooruitzicht.

Waar veel patiëntenorganisaties dan instinken is meedoen in een structurele overlegstructuur. Het poldermodel, dus. Daarnaast profiteren veel potentieel ‘gevaarlijke’ patiëntenorganisaties van de fors geopende geldkraan van de gulle gever, de farmaceutische industrie. Want wiens brood men eet, diens woord men spreekt.

Om onafhankelijk te kunnen laveren tussen al die kolkende golven door, is Hartpatiënten Nederland principieel onafhankelijk. Wij accepteren geen ‘donaties’ van medicijnenfabrikanten. We lopen niet aan hun leiband, zoals de meeste andere organisaties van patiënten. We draaien niet mee in allerlei overlegorganen, omdat we dat verspilling van tijd en geld vinden. Wij moeten het helemaal van uw donaties hebben. Zonder ú zijn we nergens!

Column door: Henri Haenen