Nederlanders weten te weinig over alcohol

Een biertje kan geen kwaad, toch? Of een wijntje? Of een glaasje sterke drank? Geen kwaad? Is dat wel zo? Wat weten we eigenlijk van de effecten van alcohol op onze gezondheid? Te weinig, blijkt uit een peiling door het ministerie van Volksgezondheid en het Trimbos-instituut.
Kennen we de risico’s van alcoholgebruik op het krijgen van borstkanker? Of van keelkanker? Wat is de link tussen wijn, bier of sterke drank en dementie? Een groot deel van de Nederlanders kan deze vragen niet beantwoorden, of geven het verkeerde antwoord. De effecten van alcohol op onze gezondheid zijn veel Nederlanders een raadsel.
Meer dan de helft van de ondervraagden in de peiling kreeg een onvoldoende. Wat Nederlanders wel weten is dat alcohol slecht is voor de lever. Een op drie ondervraagden wist ook dat alcohol drinken wordt afgeraden door de Gezondheidsraad.
De peiling had tot doel het bewustzijn van de risico’s van een biertje of een lekker glaasje wijn bewust te maken. Je komt ook zonder drank de kerstdagen en oud op nieuw door…

Voor meer artikelen klik hier

Kosten zorg blijven stijgen

Ook in het komende nieuwe jaar groeit de zorg. De zorgt groeit harder dan de totale economie. En daarmee stijgen ook de kosten voor de zorg. Dat schrijft ING Economisch Bureau.

De bank verwacht een groei van 2,5 procent in de zorgsector. Intussen betalen we ruim 10 procent van onze inkomsten aan de zorg, en dat is evenveel als in 2014. Daarna daalden de zorgkosten door bezuinigen. Maar die kunnen de stijgende zorgkosten mede als gevolg van de vergrijzing niet ombuigen. Gevreesd wordt dat de kosten voor de zorg in 2021 nog meer gaan stijgen.

Het hardst stijgen de kosten voor de zorg voor ouderen. Daar gaat namelijk 500 miljoen heen om de kwaliteit van die zorg te verbeteren. Ook de Jeugdzorg slorpt extra geld op: 300 miljoen erbij. Daarnaast is er een flinke groei bij huisartsen en wijkverpleging. Ook dure medicijnen leiden tot duurdere zorg.

Tenslotte stijgt het aantal mensen dat in de zorg een boterham verdient. Dat aantal stijgt komend jaar tot meer dan anderhalf miljoen. Dat is volgens ING een verdubbeling in 30 jaar tijd. Tel daarbij op dat de mensen die in de zorg op de werkvloer en aan bed staan onlangs een loonsverhoging kregen van 8 procent in twee jaar tijd, en het plaatje is compleet. De zorg wordt steeds duurder.

 

Voor meer artikelen klik hier

Seleniumtekort verergert gevolgen hartfalen

Een tekort aan het micro-nutriënt selenium in het lichaam leidt tot meer ernstige gevolgen van hartfalen. Dit komt doordat de verdedigingsreactie van het lichaam dan minder krachtig is. Seleniumtekort bij hartfalen leidt dan tot een verminderd uithoudingsvermogen, slechtere kwaliteit van leven en ook vaker tot sterfte. Dit blijkt uit onderzoek van postdoc-onderzoeker Nils Bömer van het UMCG. Hij publiceerde over zijn onderzoek in European Journal of Heart Failure.

Ongeveer een kwart van de patiënten met hartfalen bleek een tekort aan selenium in hun lichaam te hebben.  Dit bleek uit de gegevens van een groot Europees bestand van 2500 patiënten met hartfalen uit elf verschillende landen. In zijn onderzoek ging Bömer na of er een verband is tussen dit tekort en de oorzaken en gevolgen van hartfalen. Daarnaast kweekte hij menselijke hartspiercellen en ging in het lab na hoe zij reageerden op een tekort aan selenium.

Meer ernstige gevolgen hartinfarct

Uit zijn onderzoek blijkt dat een tekort aan selenium niet direct tot een groter risico op een hartinfarct leidt. Wel zorgt het tekort er voor dat bijvoorbeeld een hartinfarct meer ernstige gevolgen heeft. Bij een infarct komen normaalgesproken diverse antioxidanten in werking die voor een tegenreactie van het lichaam zorgen. Het seleniumtekort zorgt er voor dat deze lichaamsreactie veel minder krachtig is. Ook kan de hartspiercel minder energie aanmaken. Hierdoor zorgt het infarct er voor dat de patiënten zich veel minder kunnen inspannen.  Ook ligt het sterfterisico hoger.

Voedingssupplementen

Een seleniumtekort is met voedingssupplementen eenvoudig aan te vullen. Volgens Bömer is er meer klinisch onderzoek nodig om het positieve effect van seleniumsupplementen bij patiënten met hartfalen na te gaan. ‘Deze studie is de opmaat voor een eerste klinische studie om het gebruik van goedkope selenium tabletten als behandeling van hartpatiënten te bewijzen’.

Wat is selenium?

Selenium is een micro-nutrient vergelijkbaar met ijzer of jodium. Selenium is onmisbaar als bouwsteen voor zogeheten seleno-eiwitten. Deze eiwitten spelen een belangrijke rol als antioxidant, maar bijvoorbeeld ook in de regulatie van schildklierhormoon, ontsteking of kanker. Selenium zit in veel voedingsmiddelen, zowel dierlijke (vis en vlees) als in plantaardige producten. Het is geen lichaamseigen stof. In Nederland komt een seleniumtekort normaal gesproken niet voor. Een tekort is via een bloedonderzoek aan te tonen. Het is vrijwel onmogelijk om via je eten te veel selenium binnen te krijgen.

Voor meer artikelen klik hier

Kerst bij schoonouders betekent stress

Wie de kerst bij de schoonouders doorbrengt, heeft eerder last van stress. Het ligt niet aan het eten, maar de bacteriën in je darmen raken van slag. Dat is een goede graadmeter voor het hebben van stress, constateerden onderzoekers van het Academisch Medisch Centrum en de Vrije Universiteit Amsterdam. Het AD schonk er aandacht aan. Het onderzoek werd vorig jaar uitgevoerd, rond de kerst.

De onderzoekers ontdekten dat het gezellige kerstfeestje bij je schoonouders je op de darmen werkt en stress veroorzaakt. De onderzoekers analyseerden de ontlasting van mensen van wie een deel de kerst bij hun schoonouders doorbrachten. Bij mensen die bij hun schoonouders waren geweest was er sprake van een daling van de ruminococcus. Dat is een bacterie in de darmen die door stresshormonen al snel wordt overwoekerd door andere soorten bacteriën. Daarom is de hoeveelheid van deze ruminococcus in de darmen een indicatie van de stress die iemand ervaart – ook als hij of zij zich daarvan niet direct bewust is. Kortom: de schoonouders werken je op je darmen.

Voor meer artikelen klik hier

Vier ziekenhuizen zetten slimme pleister in voor monitoring op afstand van hartslag

Vier ziekenhuizen zijn begonnen met het project ‘slimme pleister’. Het gaat om de ziekenhuizen VieCuri, Ikazia Ziekenhuis, Isala en Amsterdam UMC.

De slimme pleister kan de hartslag, ademhalingsfrequentie en okseltemperatuur van een patiënt op afstand meten. Doel is om via deze pleister de gezondheidstoestand van de patiënt beter te monitoren waardoor sneller ingrijpen mogelijk is, maakte het Venlose ziekenhuis VieCuri bekend.

Zodra patiënten van de IC naar de Acute Opname Afdeling gaan, wordt de pleister bij de patiënt op de borst geplakt. Deze kan vijf dagen blijven zitten. De patiënt ondervindt hier geen hinder van, is mobiel en kan hier zelfs mee douchen. Ondertussen meet de pleister elke twee minuten de hartslag, ademhalingsfrequentie en okseltemperatuur; belangrijke indicatoren voor de gezondheidstoestand van de patiënt. Zodra er afwijkende metingen worden waargenomen, krijgt de zorgverlener een alarmmelding op een smartphone.

Win-win situatie

De slimme pleister biedt veel voordelen. Doordat een achteruitgang in de gezondheidstoestand van een patiënt snel wordt gedetecteerd, is sneller handelen mogelijk. Hierdoor ontstaat een grotere kans op betere gezondheidsuitkomsten. Denk hierbij aan het voorkomen van mogelijke negatieve effecten van bijvoorbeeld reanimeren of de gevolgen van te laat ingrijpen.

Wetenschappelijk onderzoek

Vanwege de positieve resultaten gaat in Venlo op korte termijn een proefperiode van zes maanden van start op de Acute Opname Afdeling (AOA). Naar alle waarschijnlijkheid wordt de pleister hierna op reguliere verpleegafdelingen ingezet als onderdeel van het Spoed Interventie Team (SIT). Gezien het innovatieve karakter van het project wordt er wetenschappelijk onderzoek gekoppeld aan dit project.

Primeur

De implementatie op de Acute Opname Afdeling (de zogenaamde ‘acute as’) in VieCuri is uniek in Nederland. Hiermee is het ziekenhuis in staat de patiënt extra monitoring te bieden vanuit de IC terwijl de patiënt op een andere afdeling verblijft.

Voor meer artikelen klik hier

Steden willen suikertaks op frisdrank

Drie grote steden willen dat het Rijk een suikertaks invoert op frisdrank. Het is nu namelijk dweilen met de kraan open, vinden de steden Amsterdam, Utrecht en Rotterdam. De steden vragen staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid, CU) een suikertaks op frisdrank in te voeren. Als frisdrank waarin suiker zit duurder wordt, krijgen minder kinderen overgewicht, aldus de gemeenten. Hartpatiënten Nederland is het hier hartgrondig mee eens.

Overgewicht

De Rotterdamse wethouder Sven de Langen legt in het NRC uit waarom hij een suikertaks wil. „We steken heel veel geld in programma’s voor gezondere inwoners, maar marketing van multinationals en het groeiende aanbod van ongezonde voeding winnen het van preventiebeleid”, aldus de wethouder in de krant. In zijn gemeente lijden kinderen twee keer zo vaak aan overgewicht als gemiddeld in ons land, en vaker dan in andere grote steden.

Miljoenen

Ook Amsterdam heeft naar eigen zeggen alles uit de kast gehaald om de suikerconsumptie terug te dringen, zoals gezonde kantines, kookles en leefstijlondersteuning. Rotterdam en Amsterdam steken jaarlijks rond de 4,5 miljoen in het bestrijden van overgewicht.
De steden wijzen op het Verenigd Koninkrijk, waar alleen al de aankondiging van de suikertaks leidde tot een verlaging van het suikergehalte in frisdranken.

Kamer kijkt weg

Ondanks een advies van de Wereld Gezondheids Organisatie WHO is in de Tweede Kamer geen meerderheid voor de suikertaks. Onbegrijpelijk. De Kamer speelt met de gezondheid van jonge mensen, die makkelijk voor de verleiding zwichten, vindt ook Hartpatiënten Nederland. Met alle gevolgen van dien. Want wie al op jonge leeftijd te dik is, loopt geheid kans op suikerziekte en hart- en vaatziekten op latere leeftijd. Als onze bestuurders echt iets willen doen aan het omlaag brengen van de exploderende zorgkosten, zou zo’n suikertaks heel wat kosten kunnen besparen, die later op ons af gaan komen!

Voor meer artikelen klik hier

Hartslag kan aanwijzen waar depressie in hersenen zit

De hersenen en het hart hebben vaak een andere kijk op het leven. Ze luisteren niet altijd naar elkaar. Toch is het erg belangrijk dat dat wel gebeurt. Uit het promotieonderzoek van Tabitha Iseger aan de Universiteit Utrecht blijkt namelijk dat de verbinding tussen hart en brein mogelijk gebruikt kan worden om behandelingen bij depressie te verbeteren en te individualiseren. Dit is nodig omdat zelfs met een breed aanbod van behandelingen, 40 tot 50% van de depressieve mensen niet reageert. Dat maakte de Universiteit Utrecht (UU) bekend.

Hartslag

Hersenstimulatie is een behandelingsvorm bij depressie. Deze stimulatie is gericht op verschillende hersengebieden die betrokken zijn bij depressie. Studies hebben laten zien dat niet-invasieve stimulatie van deze gebieden de hartslag verlagen. Dit kan gebruikt worden om de exacte locatie van deze hersengebieden te vinden.

Elk hoofd is anders

Iseger: “Ter verduidelijking: als je verschillende hoofden met elkaar vergelijkt kun je niet direct zien waar een bepaalde hersenstructuur precies zit. Elk hoofd is namelijk anders, maar de huidige methoden om de juiste stimulatielocatie te vinden, zijn tóch gebaseerd op groepsgemiddelden. Daarom wordt steeds vaker gekeken naar de onderliggende functies van hersenstructuren voor lokalisatie.”

Onderzoek

De hersengebieden die betrokken zijn bij depressie zijn dus mogelijk te identificeren met behulp van hartslag. Iseger onderzocht of de connectie naar het hart mogelijk zou kunnen vertellen of er op de juiste plek gestimuleerd wordt. Dit bleek zo te zijn: in drie verschillende onderzoeken is gevonden dat stimulatie op een bij depressie betrokken hersengebied, leidde tot hartslagverlagingen, terwijl stimulatie op andere locaties dit niet of minder lieten zien. “De hersengebieden die betrokken zijn bij depressie zijn dus mogelijk te identificeren met behulp van hartslag, maar er moet nog wel verder onderzocht worden of dit ook leidt tot een hogere behandeleffectiviteit.”

Voor meer artikelen klik hier

Primeur in Catharina Ziekenhuis: nieuw medisch hulpmiddel voor zeer complexe dotterbehandelingen

Het Catharina Hart- en Vaatcentrum is het eerste centrum in Nederland dat een nieuw product in gebruik heeft genomen voor zeer complexe dotterbehandelingen. Het gaat om de Telescope Guide Extension Catheter van Medtronic. Deze katheter stelt gespecialiseerde cardiologen in staat om op moeilijk te bereiken plekken binnen het vaatstelsel te komen.

Vernauwde aderen

“Bij het dotteren breng ik via de lies of de pols een hol slangetje naar de plaats van de vernauwing in de kransslagader. Door dat slangetje kan ik een ballon opvoeren, die de vernauwing wegdrukt. Daarna kan ik een stent – een soort balpenveertje – door datzelfde slangetje vervoeren die de vaatwand extra ondersteuning geeft op de vernauwde plek. Dit nieuwe hulpmiddel is een verlenging van dat slangetje. Hierdoor kan ik nog verder doordringen in kleine, vernauwde aderen waardoor het mogelijk wordt  om nog complexere dotterbehandelingen uit te voeren,” aldus dr. Koen Teeuwen, interventiecardioloog in het Catharina Ziekenhuis en gespecialiseerd in complexe dotterbehandelingen.

Elders uitbehandeld

Het Catharina Hart- en Vaatcentrum is het grootste hartcentrum van Nederland en heeft door de jaren heen al een reputatie opgebouwd als gespecialiseerd centrum voor deze complexe dotterbehandelingen. Het is een last-resort ziekenhuis voor mensen met onbehandelbare pijn op de borst. “Wij zijn hierin gespecialiseerd en gaan door waar andere centra stoppen. Hartpatiënten die elders uitbehandeld zijn, kunnen wij in veel gevallen toch helpen,” aldus Teeuwen.

Voor meer artikelen klik hier

Artsen zijn het turven meer dan zat

Artsen turven zich een ongeluk. Dat vreet tijd en aandacht. Tijd en aandacht die intussen niet naar de patiënt gaat, maar naar een bureaucratisch apparaat bedoeld om een prestigieuze accreditatie te krijgen. Maar waarom eigenlijk? NRC probeert deze vraag te beantwoorden. Zo’n accreditatie is niet verplicht, artsen houden zich sowieso al aan de voorschriften van ziekenhuis en beroepsgroep, en de patiënt krijgt er minder zorg voor terug. Waarom? Omdat ziekenhuisbesturen dat willen, zodat hun ziekenhuis kan melden door een Amerikaanse hotenmetootinstelling geaccrediteerd te zijn.

Vinken

We hebben het dan over de JCI. Ook Nederland ken zo’n accrediteur, de NIAZ, en ook die eist dat er dagelijks heel wat afgeturfd wordt. Kortom: vinkjes zetten achter een eindeloze reeks vragen hoe je met een patiënt bent omgegaan. Intussen wachten andere patiënten op hun beurt. Elke dag opnieuw. En worden artsen gedwongen tot langer werken en zinloos geturf. Stoppen, vindt Hartpatienten Nederland.

Nutteloos

Wie een accreditatie wil krijgen van JCI of concurrent NIAZ moet turven tot die een ons weegt. NRC noemt het voorbeeld van: Isala in Zwolle. Al vier jaar moeten vijftig specialisten turven en meten om een accreditatie te krijgen. Ze zien er het nut niet van in. Bijna elk Nederlands ziekenhuis heeft intussen een accreditatie. Het lijkt een gekte die door de besturen van de ziekenhuizen op gang is gebracht, en dan wil het ene bestuur natuurlijk niet voor het andere onderdoen.

Mouwen

De ziekenhuizen krijgen controles van JCI of NIAZ. Die controleurs kijken. Of het ziekenhuis aan alle eisen voldoet, door hen gesteld. “Zijn de mouwen van het personeel niet te lang?”, schrijft het NRC. “Worden medicijnen goed bewaard? Zijn de matrassen antidoorlig? Eenmaal geslaagd, moet iedereen in het ziekenhuis dagelijks turven of alle normen, op elke kamer en voor elke patiënt, wel worden gehaald.”

Enquete

Vakblad het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde hield een enquete, waarop binnen een week 185 specialisten lieten weten niets te zien in al dat geturf. Ook hun patiënten hebben er niks aan. Het kost alleen maar tijd en levert een berg frustraties op. En waarom? De zorg wordt al gecontroleerd door de Inspecties en de beroepsverenigingen van medisch specialisten stellen normen waaraan elk ziekenhuis moet voldoen.

Schijnveiligheid

Het argument dat besturen vaak gebruiken is, dat een accreditatie de kwaliteit van de zorg zou verbeteren. Wat niet waar is! Artsen en verpleegkundigen hebben het te druk met turven om genoeg tijd voor de patiënt te hebben, en laten daardoor soms steken vallen, blijkt uit de enquete. Het keurmerk leidt zelfs tot een schijnveiligheid. Zolang je precies doet wat de accreditatierichtlijn eist, zou alles naar wens gaan. Maar vaak heeft de patiënt een benadering nodig die op maat gesneden is – en niet eentje die in een abstract keurmerk verplicht wordt gesteld. Jonge verpleegkundigen worden zo op het verkeerde been gezet~: in plaats van zelf goed op te letten en te beoordelen, kijken ze naar een abstract voorschrift. Zo leren ze het zelfstandig denken af en leren niet te vertrouwen op hun eigen beoordelingsvermogen, aldus het onderzoek.

Bakken geld

Bovendien slurpt de accreditatiebureaucratie bakken geld op, die dus niet naar de zorg gaan, maar naar bedrijven en personeelsleden die niks anders doen dan de accreditatie garanderen. Een algemeen ziekenhuis betaalt daarvoor jaarlijks gemiddeld anderhalf miljoen euro. Weggegooid geld, vinden wij. Geld dat gebruikt had kunnen worden voor betere zorg en meer personeel dat zich daadwerkelijk met zorg bezig houdt.

Ons standpunt

Hartpatienten Nederland vindt dat het zinloze turven moet stoppen. Het geld moet naar de zorg gaan. En niet verspild worden aan luxe-speeltjes van besturen van ziekenhuizen, die blijkbaar hun contact met de realiteit van alledag voor de patiënt in het ziekenhuis zijn kwijtgeraakt.

Voor meer artikelen klik hier

Een op vier ouderen geconfronteerd met babbeltrucs

Maar liefst een op de vier mensen vanaf 55 jaar worden geconfronteerd met babbeltrucs. Slechts een kleine minderheid doet daarvan aangifte, blijkt uit onderzoek door ouderenbond KBO-PCOB.

Om precies te zijn 15 procent van de ouderen die in aanraking kwamen met babbeltruccriminelen deed aangifte. De meeste mensen laten het er gewoon bij zitten. Met name mensen die in de babbeltruc trappen schamen zich. Het is juist wel belangrijk oma aangifte te doen. Al was het maar omdat de babbeltruccriminelen vaak de hele buurt afschuimen op zoek naar nog meer slachtoffers.
Een advies is om buurtbewoners via een gezamenlijke WhatsApp bij te praten over de babbeltruc.
Een babbeltruc kan inhouden dat criminelen mensen met een smoesje geld uit hun portemonnee praten. Soms gaat dat gepaard met dreigend gedrag of zelfs geweld, zoals bij 7 procent van de slachtoffers gebeurde. Drie op vijf senioren constateert dat babbeltrucs steeds gehaaider worden.

Voor meer artikelen klik hier