Moeder te dik? Dan baby hogere bloeddruk…

Hoe dikker de moeder tijdens de zwangerschap, des te groter de kans dat haar baby een hogere bloeddruk heeft. Nanne Jansen (UMC Utrecht) beschreef dit onlangs in haar promotie. Ze onderzocht 587 kinderen in Jakarta, Indonesië, omdat je daar weinig last hebt van storende factoren zoals roken en alcohol drinken tijdens de zwangerschap. De buikomvang van de vader heeft geen invloed op de bloeddruk van het kind.

 

Voor meer artikelen klik hier

Frieda’s hartinfarct

Een fanatieke levensgenieter; dat is Frieda Reuvers in een notendop. En sinds kort een fervent borduurster, want sinds haar hartinfarct borduurt zij letterlijk voort. Ondanks de shock, gaat zij door: ‘Toen besefte ik mij, ik ben pas veertig en veel te jong om hartpatiënt te zijn! Ik geniet nu meer en intenser van mijn leven.’

Frieda Reuvers

Tijdens een avond Netflixen voelt Frieda zich niet goed. Zij heeft last van haar maag en is extreem moe. Wanneer zij na verloop van tijd wegzakt en wazig ziet, maar ook een lichte druk op haar borst ervaart en pijn aan nek en kaken heeft, weet zij; het is foute boel: ‘Het voelde niet goed en met in mijn achterhoofd het gevoel dat het een foute boel was, ben ik met mijn eigen bloeddrukmeter mijn bloeddruk gaan opmeten. Mijn onderbuikgevoel zei gelijk dat ik de huisartsenpost moest bellen, ondertussen ben ik met mijn vriend naar het ziekenhuis gereden. Ik bleek een licht hartinfarct te hebben. De gedeeltelijke afsluiting bevond zich in een aftakking van een van mijn kransslagaders. Maar gelukkig heb ik geen volledige afsluiting gehad!’

Familiair belast

Frieda’s snelle reactie heeft er mede mee te maken dat zij familiair belast is met hart- en vaatziekten: ‘Hart- en vaatziekten komen helaas veel voor in mijn familie. Sterker nog: zowel mijn vader als mijn moeder zijn sinds jonge leeftijd hartpatiënt. Met dat gegeven hield ik deels rekening. Ik heb mijzelf jaren geleden laten checken in het ziekenhuis, omdat ik graag wilde weten hoe het met mijn hart en vaten was gesteld, gezien de familiaire belasting. Destijds zag het er goed uit. Ik had ‘niets’ te vrezen, maar voor alle zekerheid had (en heb) ik een eigen bloeddrukmeter. Maar er zijn zeker momenten in mijn leven geweest dat ik daar absoluut geen rekening mee hield. Ik genoot met volle teugen van het bourgondische leven en achteraf gezien ervoer ik ook veel stress.’

En nu? Nu is de ambulant hulpverleenster enkele maanden verder en kan zij het langzamerhand meer een plekje geven en accepteren wat is voorgevallen: ‘Ergens in mijn achterhoofd wist en voelde ik dat het mij zou gaan overkomen, maar toch was de shock groot toen ik te horen kreeg dat ik een licht hartinfarct had doorgemaakt. Toen besefte ik mij: ik ben pas veertig en veel te jong om hartpatiënt te zijn! De angst om het weer te krijgen, de angst om alleen te zijn en de angst om alleen weg te gaan, daar liep ik destijds het meest tegenaan. En alle medicijnen die ik moest slikken met de nodige bijwerkingen, want ik ging van niks naar tien pillen op een dag. Daarnaast was ik ook obsessief bezig met mijn bloeddruk, deze moest van mijzelf onder een bepaalde norm blijven, wilde ik gerustgesteld zijn. Vaak was mijn bloeddruk boven mijn opgestelde norm en streste ik daarover, wat uiteindelijk een averechts effect had op mijn bloeddruk. Hierdoor bleef ik in een vicieuze cirkel hangen.’ Zij vervolgt: ‘Maar die obsessie is gelukkig afgenomen. Eveneens mijn angstklachten, welke ik bijna niet meer heb. Soms raak ik in lichte paniek wanneer ik iets voel, maar inmiddels kan ik relativeren en besef ik mij dat bijvoorbeeld druk op de borst eveneens door spierpijn kan komen.’

Maar ondanks alles wat is voorgevallen, voelt Frieda zich steeds minder hartpatiënt: ‘In het begin voelde ik mij hartpatiënt, maar naarmate de tijd vordert en het steeds beter gaat, wordt dit gevoel minder. Doordat ik elke ochtend medicijnen moet innemen, word ik er wel mee geconfronteerd. Verder ben ik in positieve zin veranderd waardoor ik nu beter naar mijn lichaam luister, een gezondere leefstijl naleef en meer en intenser probeer te genieten van mijn leven. Ik doe wat ik wil doen en wacht niet tot morgen, want misschien is er geen morgen meer. Het leven kan van de ene op de andere dag anders zijn, en ik heb het zelf ervaren, dus ik leef bewuster in het hier en nu. Frieda 2.0 will be born!’

Het vrouwenhart

En niet alleen met zichzelf is Frieda bewuster bezig, maar ook met het vrouwenhart in het algemeen: ‘Ik zie graag dat er meer onderzoek gedaan wordt naar hart- en vaatziekten bij vrouwen, aangezien het anders in elkaar zit. Daarnaast is de hormoonsamenstelling bij vrouwen anders dan bij mannen, en zijn de symptomen die zich voordoen eveneens anders. Gelukkig wordt hier steeds meer onderzoek naar gedaan. Ik hoop dat ik met mijn verhaal andere vrouwen kan helpen, want iedereen heeft maar één hart en het is aan ons om daar goed voor te zorgen!’

Benieuwd naar Frieda’s borduursels? Op www.instagram.com/friedaborduurt deelt zij haar creaties!

voor meer artikelen over o.a hartaandoeningen klik hier

Student en hartpatiënt

De zomervakantie is nog vers, maar een nieuw schooljaar staat voor de deur en daarmee ook nieuwe uitdagingen. Ga jij voor het eerst naar de middelbare school of ben je inmiddels al toe aan studeren en blijf jij malen, omdat A – Ik ben hartpatiënt, B – Hoe moet dat? en C – Mijn hart laat (weer) van zich horen? Geen zorgen, Young & Yearning sleept jou er doorheen!

Stap 1: Be the responsible you

Waar op de middelbare school her en der enige creativiteit mogelijk is wanneer jij vanwege jouw hartaandoening meermaals afwezig bent, rechtvaardigt een ziekbed tijdens een studie het ontlopen van verantwoordelijkheden niet. Dus is het niet vanzelfsprekend dat jij jouw studie in goede gezondheid volbrengt en is jouw ziekbed hardnekkiger dan gedacht waardoor onder andere de afwezigheid oploopt? Wees verantwoordelijk en informeer tijdig de desbetreffende mentor of decaan over jouw situatie.

Vraag een gesprek aan waarin jij (of iemand die daartoe gerechtigd is) de verwachte prognose met betrekking tot jouw hartaandoening deelt, maar ook in hoeverre deze van invloed is op jouw ziekbed en studie. Check of (en welke) uitzonderingen op jou van toepassing zijn en maak vervolgens een gezamenlijk plan van aanpak. Én vergeet niet jouw studiegenoten in te lichten; zij gaan ervan uit dat jij aan jouw verplichtingen voldoet en de opgedeelde taken volbrengt, met name wanneer het een groepsopdracht betreft.

Tip: zet jouw verhaal alvast op papier en vraag naderhand om een schriftelijke samenvatting van het gesprek en de gemaakte afspraken.

Stap 2: Check your rights!

Check and know your (financial) rights! Studeer jij en is vastgesteld dat jij vanwege jouw hartaandoening studievertraging oploopt? Informeer naar zogeheten financiële afstudeerfondsen van opleidingen. Deze vallen buiten de DUO-regelingen voor bijzondere omstandigheden. En loop sowieso jouw rechten en plichten na bij DUO met betrekking tot een eventuele tegemoetkoming of studiefinanciering, want er gelden speciale regels voor noodgedwongen studieonderbreking vanwege ziekte.

Stap 3: First things first

Huisvesting (want woon of ga jij op jezelf?), een avondje stappen en doorhalen of zelfs de dagelijkse reis van en naar de (hoge)school of universiteit, zijn punten waar jij als hartpatiënt(e) afhankelijk van jouw hartaandoening rekening mee houdt en eventueel zelfs enige voorzorgsmaatregelen moet nemen. Immers, voorkomen is beter dan genezen. Dus leer jezelf en jouw lichaam kennen en pas hetgeen jij wél doet, waar nodig, aan. Loop jezelf ondanks alle prikkels niet voorbij, en geef aan wanneer het niet gaat, want zo geniet jij ook, maar zonder achteraf de hoofdprijs te betalen daarvoor.

SOS-checklist

In Case of Emergency

Weiger jij om een alarmpenning te dragen vanwege het suffe imago? Nergens voor nodig. Tegenwoordig zijn er alarmpenningen in alle soorten en maten. Van armbandjes tot kettingen; het is er allemaal. Een alarmpenning verlicht het reilen en zeilen enigszins, want in geval van nood staat hierop alle belangrijke informatie. Note to yourself: licht minstens één persoon uit jouw gezelschap in over jouw hartaandoening. And last but not least… noteer noodnummers in jouw telefoon onder een internationaal bekende term zoals de afkorting ICE (In Case of Emergency).

EHBO-post

Gaat het toch niet? Schroom niet om de plaatselijke EHBO-post te bezoeken. Een check, check, dubbel check kan geen kwaad.

Medicijnen

Hartpatiënt(e) of niet; ga verantwoordelijk om met alcohol. Maar wanneer jij (hart)medicatie slikt, is het verstandig na te gaan of en in hoeverre een alcoholische versnapering is toegestaan. Twijfel je?  Ga niet zelf op onderzoek uit, maar vraag het na bij de apotheker of jouw cardioloog. Speelt medicatie geen rol bij jouw hartaandoening? Alcohol kan alsnog extra risico’s met zich meebrengen in combinatie met andere omstandigheden. Ook hier geldt; bespreek alle vragen met jouw cardioloog.

Pacemaker/ICD

Heb jij een pacemaker of ICD? Voorkom -indien mogelijk- onnodige problemen en vermijd metaaldetectoren, maar ook overige, mogelijke magnetische velden zoals geluidsboxen, bijvoorbeeld tijdens een avondje uit. Moet je gefouilleerd worden? Houd jouw identificatiepas bij de hand. En geniet, maar beperk extreme armbewegingen welke een draadbreak kunnen veroorzaken. Immers, niemand zit te wachten op een overbodige draadbreuk.

voor meer artikelen over o.a Young & Yearning klik hier

Ben Cramers nuchtere houding

Zanger, acteur en musicalster Ben Cramer (72) kreeg vorig jaar maart een hartaanval vlak na de vervanging van een hartklep. Een paar maanden later stond hij alweer samen met de Toppers te zingen in de Ajax ArenA. Met plezier én moeiteloos.

Wat gebeurde er precies? Je lag dus al op de operatietafel vanwege hartklachten.

Ja, in 1996 was ik al eerder aan mijn rechterhartklep geholpen. Hij werkte niet zoals het hoorde om het bloed te laten terugvloeien, maar sloeg door. Er is toen een ring voor de klep geplaatst om hem tegen te houden, de klep zelf werd ingekort. De artsen hadden al voorspeld dat ik waarschijnlijk weer eens onder het mes zou moeten. De gerepareerde hartklep werd in de loop der jaren steeds stijver. Hij ging nog maar een beetje open en dicht. Daarom werd besloten tot de nieuwe operatie. Maar de nieuwe hartklep werd te strak en te dicht bij mijn kransslagader dichtgenaaid. Mijn kransslagader kreeg urenlang veel te weinig bloed. Op de IC kreeg ik daardoor een hartaanval. De artsen plaatsten toen direct een stent, na een week nog een tweede.

Pas na een half jaar werd de schade van het hartinfarct goed duidelijk. Er is toen een ICD, een inwendige defibrillator, onder mijn sleutelbeen gemonteerd.  Het ziekenhuis leest het uit. Twee draden elektroden leiden naar het hart, eentje erin, de ander erop. Bij een hartstilstand krijg ik direct stroomstoten toegediend. Alsof er een paard tegen je borst trapt. Eigenlijk ben ik beter beveiligd dan jij.

Waar sta je nu met medicatie en revalidatie?

Ik slik zeven pillen, inclusief een bloedverdunner, een plaspil en een maagbeschermer. De pompfunctie van het hart is door dat hartinfarct achteruit gegaan. Bij een gezond hart wordt steeds 55% van het bloed van de ene in de andere hartkamer gepompt. Bij mij is dat maar 35-37% waardoor er minder zuurstof in mijn bloed komt en er eerder vermoeidheidsverschijnselen optreden. Aan revalidatie heb ik niet meegedaan. Ik houd mijn conditie met dagelijkse dingen zoals fietsen en de auto wassen op peil. Ik werk vrij intensief in de tuin. Anders dan vroeger stop ik tussendoor een kwartiertje om uit te rusten. Ik loop af en toe met de hond. Tijdens het zingen heb ik overigens geen enkele last. Ik kan moeiteloos twee uur doorgaan.

Zit hartfalen in de familie?

Helaas bleken die minder goed werkende hartkleppen erfelijk. Mijn een-na-oudste broer kreeg ruim twintig jaar terug al een nieuwe hartklep. Mijn vijf kinderen zijn allemaal onderzocht. Logisch. Twee dochters hebben hetzelfde als ik. Een ervan wacht nu op een oproep voor een klepreparatie.

Doe je nu iets anders dan voorheen? Qua levensstijl?

Er is niets veranderd. Ik eet nog hetzelfde. Rond de operatie ben ik wel 9-10 kilo afgevallen. Niet erg, want ik was iets te zwaar. Er is nu weer 5 kilo bij, ik ben zo mooi op gewicht.

Je bent ook weer aan het werk

Vorig jaar mei stond ik met de Toppers in de Ajax ArenA. Dat was mijn allereerste optreden na de operatie. Ik word nog steeds gevraagd, zo’n 4-6 keer per maand. Op mijn leeftijd sta ik natuurlijk niet meer in een discotheek. Dat is ook prima. Morgen heb ik een privéoptreden. Ik stop niet, omdat ik zingen voor publiek nog niet wil missen. Komt er een leuk nummer voorbij, dan ga ik weer de studio in.

De clichévraag: kijk je nu anders tegen het leven aan?

Ik ben 72, het is anders dan vroeger. Dat heeft niks met het hart te maken, maar mensen vallen weg. Vroeger stond je daar niet bij stil, maar het is confronterend. Je leeft daardoor wel bewuster, ik ben erg actief. Er zijn echter ook momenten dat ik denk: ik ga zitten, alles kan me nu gestolen worden. Een beetje verandering is er dus wel, maar het is moeilijk aan te geven in hoeverre dat aan de hartziekte of aan de leeftijd te wijten is.

Wat zou je tegen andere hartpatiënten willen zeggen?

In de aanloop naar de operatie weet je dat je de controle kwijt zult zijn. Ik ben een nuchter iemand. Ik maakte me geen zorgen. Er stonden zeven artsen rond de operatietafel. Een ervan zei dat ze hun uiterste best zouden gaan doen. Ik antwoordde dat ik daar het volste vertrouwen in had. En dat als ik niet meer wakker werd, ik er niets van zou merken. Zo is het, zei de arts. Je kunt jammeren dat je dan je kinderen niet meer ziet, maar dat heeft geen enkele zin. Het geeft alleen spanning en nervositeit. Laconiek zijn hoeft ook niet, maar met zo’n opstelling help je jezelf én je familie.

voor meer artikelen over o.a BNers klik hier

Kinderen met cardiomyopathie

Zo’n 500 kinderen in Nederland lijden aan cardiomyopathie. Dat is een vaak aangeboren, ernstige afwijking van de hartspier. Daardoor werkt het hart niet goed. Kinderen met cardiomyopathie ondervinden hierdoor vaak al op jonge leeftijd de gevolgen van hartfalen. En helaas, cardiomyopathie is niet te genezen.

Tot voor kort overleed de helft van de kinderen met cardiomyopathie binnen vijf jaar nadat de ziekte ontdekt wordt. Inmiddels gaat het gelukkig ietsje beter met dit percentage. Maar het blijft een vreselijke diagnose.

Ondanks dat er geen remedie is voor cardiomyopathie, kunnen sommige symptomen en complicaties beperkt en beheerst worden met de juiste medicatie en hulpmiddelen. Sommige kinderen kunnen hierdoor stabiliseren en een relatief normaal leven leiden. Voor de meeste kinderen met zwaardere vormen zal het leven helaas gepaard gaan met beperkingen, zorg en veelvuldig ziekenhuisbezoek.

Femke

Een van die kinderen is de nu 13-jarige Femke. Femke had vanwege haar cardiomyopathie een hart dat veel te groot was geworden. Hierdoor werkten naast de hartspier ook de hartkleppen niet goed. Ze heeft inmiddels zes hartoperaties achter de rug, en er is naar alle waarschijnlijkheid nog een zevende nodig, vertelt haar vader, Arno de Jong. ‘Tijdens de zwangerschap vertelde ik op het consultatiebureau dat ik ooit als kind in de jaren ‘70 bij de cardioloog was geweest’, doet Arno zijn verhaal. ‘Om die reden werd besloten tot een 30-weken-echo. Die zag er heel slecht uit. Zo slecht, dat iedereen dacht dat de kans om levend geboren te worden klein was. In week 38 is de geboorte in gang gebracht, de baby was volgroeid. Meteen na de geboorte kreeg het kindje een hartstilstand en moest ze gereanimeerd worden. Daarna volgde een jaar lang ziekenhuisellende. In dat eerste jaar moest ze vier openhartoperaties ondergaan, in het Deutsches Herzzentrum Berlin/Charité in Berlijn. We hebben toen een half jaar in Berlijn gewoond vanwege Femke.’

Nog meer operaties

Toen het meisje acht jaar was, ging ze opnieuw onder het mes, tot tweemaal toe. Ze onderging twee hartoperaties in het Erasmus MC in Rotterdam. Het ging ook hierbij om het vervangen van de hartkleppen die te klein geworden waren. ‘Ze moet het nog even rekken’, gaat Arno verder. ‘Waarschijnlijk rond haar 18de moet ze voor de zevende keer aan haar hart geopereerd worden voor een nieuwe klep. Hopelijk voor het laatst. Dan is haar hart volgroeid.’

Femkes hart werkte na de geboorte zo slecht dat ze tot haar zesde jaar via een sonde gevoed moest worden. ‘Haar maag-darm-stelsel werkte heel slecht’, vertelt Arno. ‘Nog steeds vormt eten een probleem voor haar. Ook haar conditie is slecht. Als ze moe is van het lopen, gaat ze in een rolstoel zitten.’

School

Femke ging naar een speciale basisschool voor chronisch zieke kinderen, een zogenoemde Cluster 3, Openluchtschool. Daar waren ook verplegers en een arts. ‘Sinds dit jaar gaat ze naar een normale school voor Voortgezet Onderwijs. Ze merkt dat ze hard moet werken om het tempo bij te benen.’ Gelukkig heeft Femke vriendjes en vriendinnetjes, en raakt ze niet geïsoleerd.

Hartedroom

Femke krijgt bètablokkers, ACE-remmers en bloedverdunners. Werken die op eenzelfde manier als bij volwassenen? Arno legt uit: ‘Tien jaar geleden kwam ik op de intensive care van het ziekenhuis een andere vader tegen, Anne Nouwt. Zijn dochter Doris had ook ernstig hartfalen. Het klikte meteen tussen ons. We zeiden tegen elkaar: kunnen we niet meer betekenen voor onze kinderen? Iets doen zoals KiKa geld inzamelt voor kinderen met kanker. Op dat moment was er nauwelijks onderzoek gedaan naar kinderen met cardiomyopathie. Ik kende cardiologen die graag eens zo’n onderzoek wilden gaan doen. Daarop besloten we de stichting Hartedroom op te richten. Binnen elf maanden brachten we vier ton bij elkaar, waarmee we een onderzoek konden financieren naar de werking van hartmedicijnen bij kinderen.’

Er volgden meer onderzoeken, en meer geldinzamelacties. Inmiddels heeft Hartedroom al direct en indirect 1,4 miljoen euro bij elkaar geschraapt waarmee vier onderzoeken zijn gefinancierd. ‘Elk nieuw onderzoek geeft ons en de specialisten die zich ermee bezighouden, meer inzicht in de ziekte. De wetenschappers vertellen ons hun nieuwe inzichten, en wij vertellen het aan onze achterban.’

Doris

Verdrietig is het, dat Doris het allemaal niet meer mee heeft mogen maken. Het nog maar 4 jaar oude meisje overleed een half jaar na in het Erasmus MC te zijn opgenomen, wachtend op een transplantatiehart, dat niet kwam. ‘Op moederdag tien jaar geleden overleed Doris’, herinnert Arno zich. Enkele maanden eerder, in januari, hadden we Hartedroom opgericht. Nota bene in de ouderkamer tegenover de IC. Onze dochter is toen gelukkig wel uit het ziekenhuis gekomen. Bij haar was een extra complicatie dat haar hartkleppen niet goed werkten. Vandaar de operaties in Berlijn en Rotterdam. Maar ook als dat probleem is opgelost, dan heeft ze nog steeds die hartziekte. Genezen is onmogelijk.’

Transplantatie

Een nieuw hart is voor veel kinderen de enige oplossing. ‘Dat gaat in Nederland via het Erasmus MC/Sophia Kinderziekenhuis, de plek waar kinderen getransplanteerd worden, en meestal is dat succesvol. Maar ook een donorhart heeft niet het eeuwige leven…’

Mont Ventoux

Op 19 september gaan tientallen ouders, familieleden, vrienden en kennissen van kinderen met cardiomyopathie de Mont Ventoux beklimmen in Zuid-Frankrijk. Daarmee wordt geld opgehaald voor het goede doel. Mensen die willen doneren voor meer onderzoek naar cardiomyopathie bij kinderen kunnen dat doen via de website www.montventoux.hartedroom.nl. Voor meer informatie over stichting Hartedroom en kindercardiomyopathie zie www.hartedroom.nl.

voor meer artikelen over o.a aandoeningen klik hier

OPROEP: STUUR DAVIËN (4jr) EEN KAART!

Onlangs zagen we op Facebook het verhaal van de moeder van Daviën die voor de 12e keer een hartoperatie moet ondergaan. Ondanks zijn ernstige ziekte helpt hij andere zieke kinderen, wat een ongelofelijke kanjer!
In het Facebook bericht vertelde zijn moeder dat hij heel graag post zou willen ontvangen. Een stukje afleiding in moeilijke tijden. Als Hartpatiënten Nederland willen we deze oproep graag bij iedereen onder de aandacht brengen!
Stuur een lief kaartje naar Daviën!
Hij houdt van magische wezens (eenhoorns, elfjes enz), verkleden, Bunnicula het vampier, konijntje en zijn vriendjes, de Efteling, katten en tijgers.
Genoeg inspiratie om een leuk kaartje te vinden toch?
Daviën Rayleigh Haverkamp
Neptunusstraat 40
6043 TZ Roermond

Voor meer artikelen klik hier

‘Dé wonderbehandeling bestaat niet’

Dit jaar volgen we in Hartbrug Magazine de werkzaamheden van Dr. Peyman Sardari Nia, die als cardiothoracaal chirurg werkt in het Maastricht UMC+. In dit nummer vertelt hij meer over de mogelijkheid om operaties uit te voeren op een kloppend hart.

Wat houdt dat precies in, een operatie op een kloppend hart?

‘Of we nu opereren via het borstbeen of via kleine snedes in de zij: conventioneel wordt de patiënt dan verbonden aan een hartlongmachine en wordt het hart stilgelegd. We openen het hart en gaan naar binnen om te zien wat er mis is. Het hart is dan leeg en stil, waardoor je goed kunt zien hoe de mitraalklep in elkaar zit. Als we op kloppend hart opereren, hebben we geen direct zicht op structuren binnen het hart, maar wel een indirect zicht via echobeelden (2D zwart-wit beelden). Op grond van deze live-echobeelden kunnen we de klep repareren.’

Waarom werd dit nog niet eerder zo gedaan?

‘Enerzijds omdat de technieken hiervoor nog niet ver genoeg ontwikkeld waren, anderzijds omdat er ook speciale instrumenten gemaakt moesten worden. Deze zijn namelijk totaal anders dan de instrumenten die je gebruikt op een stilgelegd hart. Beide ontwikkelingen kosten tijd en geld. Omdat een defect aan de mitraalklep relatief vaak voorkomt, wordt hier gelukkig wel veel in geïnvesteerd. Momenteel zijn er meer dan vijftig verschillende technieken die worden ontwikkeld en getest. Dat lijkt veel, maar – zoals ik in eerdere edities al uitlegde – zijn er talloze verschillende problemen bij de mitraalklep en voor ieder probleem is een andere techniek. Eén van de technieken die inmiddels voldoende getest is om te kunnen invoeren, is bedoeld voor mensen die last hebben van een mitraalklep die ‘doorslaat’. De koordjes die de klep aan de kamer verbinden, zijn dan kapot. Tijdens de operatie plaatsen we nieuwe koordjes. Omdat de echobeelden op het kloppende hart worden gemaakt, weten we exact welke lengte van de koordjes ideaal is om te zorgen dat de klep niet gaat lekken. Deze techniek gebruiken we inmiddels in Maastricht, als enige centrum in Nederland.’

Worden alle patiënten nu op deze manier geopereerd?

‘Nee, zeker niet. Zoals gezegd heb je speciale instrumenten nodig voor een operatie op een kloppend hart. En de instrumenten die wij nu hebben, zijn alleen geschikt voor een kleine subgroep van patiënten. De klep moet anatomisch bepaalde kenmerken hebben om in aanmerking te kunnen komen voor deze techniek. En zelfs als dat het geval is, kiezen we op dit moment nog vaak voor de conventionele methode. Dit heeft ermee te maken dat de techniek nog in de kinderschoenen staat en we nog niet precies weten wat de langetermijngevolgen zijn. Een hartklep die op de conventionele manier gerepareerd is, gaat meestal nog 10 tot 20 jaar mee. Hoe lang dat met de nieuwe methode is, weten we nog niet, omdat we pas resultaten hebben van 3 á 4 jaar.’

Dat klinkt alsof de klassieke methode een veiligere optie is…

‘Wel als je puur kijkt naar de langetermijngevolgen. Er is echter ook een groep patiënten voor wie dit minder belangrijk is, bijvoorbeeld omdat ze een leeftijd hebben waarop kwaliteit van leven belangrijker is dan de levensduur. Of omdat ze fysiek te zwak zijn om een conventionele operatie aan te kunnen. Het grote voordeel van de nieuwe techniek is namelijk dat het minder belastend is voor het hart dan de klassieke methode. Als je iemand aansluit op een hartlong-machine, ligt het hart tijdens de operatie minstens een uur stil. De hartspier wordt hier lui van, waardoor deze meer moeite moet doen om het naderhand weer over te nemen van de machine. Dit kan complicaties veroorzaken. Voor sommige patiënten is de nieuwe techniek dus gunstiger, omdat ze hierdoor sneller herstellen en op de korte termijn meer kwaliteit van leven hebben.’

Zal in de toekomst wél iedere patiënt op het kloppend hart worden geopereerd?

‘Over honderd jaar misschien wel, maar voorlopig zijn we nog niet zo ver. Dat is altijd het probleem met innovatie, het duurt jaren voor een nieuwe techniek helemaal verfijnd is. En dan nog blijft het slechts één techniek, dat is heel belangrijk om te beseffen. Je moet het zien als ‘tool in a toolbox’: er komen steeds meer tools bij, maar nog steeds moet je in iedere situatie opnieuw kijken welk gereedschap het meest geschikt is voor welk patiënt. Vroeger ging je er vanuit dat een nieuwe techniek altijd een verbetering was van de vorige. We waren op zoek naar die ene wonderbehandeling. Maar dé wonderbehandeling bestaat niet. Wat ervoor in de plaats komt is een concept van Personalized Medicine: we gaan per patiënt bekijken voor welke methode patiënt anatomisch het beste geschikt is en bij welke methode de patiënt persoonlijk het meeste baat heeft.’

Wat is ervoor nodig om dit te bereiken?

‘Ten eerste is het belangrijk dat dit soort keuzes gemaakt worden met een hartteam, en niet door één enkele expert. Als een chirurg of een cardioloog een bepaalde techniek niet beheerst, zal hij deze immers ook minder snel aanraden. Hoe meer experts dus onderling overleggen, hoe groter de kans dat een patiënt de procedure krijgt die voor hem het beste is. Ten tweede is het belangrijk dat de nieuwe technieken ook op de juiste manier worden gebruikt. Dus, zoals ik vorige keer uitlegde, met behulp van 3D reconstructie, 3D-printing en simulatie nagaan of een patiënt geschikt is voor een bepaalde methode. Een nieuwe techniek is immers alleen een vooruitgang als deze goed wordt uitgevoerd. Een goede training zal ook bijdragen aan kwaliteit. De situatie is dus nog niet ideaal, maar we staan aan het begin van een totaal andere manier van behandelen.’
Tekst: Marion van Es
Fotograaf: Jan-Paul Kuit

Voor meer artikelen klik hier

Minister koeioneert verpleegkundigen

Minister Bruno Bruins van Medische Zorg heeft een wet in petto waarbij verpleegkundigen in twee groepen worden verdeeld. De wet leidt ertoe, dat ervaren verpleegkundigen opeens geacht worden ondeskundig te zijn voor bepaalde taken.  Hartpatiënten Nederland wijst het wetsvoorstel van de minister van de hand: onacceptabel, vinden wij, en niet in het belang van de hartpatiënt. Wij vinden dat Bruins zijn wetsvoorstel in moet trekken.

Gekoeioneerd

De verpleegkundigen voelen zich gekoeioneerd door de minister. Met de nieuwe wet BIG II wil Bruins twee registers voor verpleegkundigen maken: een voor Hbo-opgeleide en een voor verpleegkundigen met een Mbo-opleiding. De mensen die na 2012 een Hbo-diploma haalden, worden voortaan regieverpleegkundigen. Hbo’ers die vóór 2012 hun diploma haalden, niet, die moeten zich bijscholen. En Mbo-verpleegkundigen moeten zich laten opleiden tot Hbo’er. Omscholen dus. Vele tienduizenden verpleegkundigen mogen dan allerlei handelingen niet meer uitvoeren, die ze nu wel doen.

Wat betekent dat voor hartpatiënten?

Veel verpleegkundigen zijn 55-plussers, en gezien hun ervaring rotten in het vak. Jonge net afgestudeerde artsen leren dagelijks veel van hen. De praktijk blijkt vaak anders dan de theorie.
De nieuwe wet zal grote gevolgen hebben voor verpleegkundigen op de eerste harthulp. Verder ook bij de spoedeisende hulp en de ambulances. Veel hart- en vaatverpleegkundigen vallen door de nieuwe wet tussen wal en schip. Hartpatiënten zijn daarvan de dupe. Wij vinden dat onaanvaardbaar!

Onrust

Het voorstel heeft tot grote onrust geleid onder de verpleegkundigen. Wie wil er straks nog in de zorg werken, nu mensen daar zo gekoeioneerd worden, vragen wij ons af. Wat is er mis met het huidige systeem? Niks toch!
Stuitend is het dat specialisten in ziekenhuizen nu niet of nauwelijks in de bres springen voor hun mensen, die vaak levensreddend werk doen en dag en nacht voor de patiënt klaar staan. Ook ziekenhuizen kijken de andere kant op in plaats van op te komen voor het zorgpersoneel. Wij vinden dat Bruins zijn wetsvoorstel in moet trekken!

Voor meer artikelen klik hier

24-uurs-bloeddrukmeting beste voorspeller van hart- en vaatziekten

Het risico op een hartaanval kan het beste voorspeld worden door een 24-uurs-bloeddrukmeting, ook tijdens de slaap. Groots opgezet internationaal onderzoek van de Katholieke Universiteit in Leuven bracht dat deze week aan het licht. Het onderzoek werd gepubliceerd in het Journal of the American Medical Association. Hoge bloeddruk is een belangrijke risicofactor voor hart- en vaatziekten. Wereldwijd sterven jaarlijks tien miljoen mensen door hoge bloeddruk, meer dan de helft van alle overlijdens door hart- en vaatziekten.
Veertien jaar lang werden ruim 11.000 mensen gevolgd uit twaalf landen in drie continenten: Europa, Oost-Azië en Latijns-Amerika. Daarbij letten de onderzoekers op de voorspellende waarde van bloeddrukmetingen. Ze keken naar de enkelvoudige metingen door een arts, geautomatiseerde metingen in onder meer het ziekenhuis, en veelvuldige metingen over 24 uur. Die metingen werden gedaan terwijl de patiënt gewoon zijn dagelijkse routine afwerkte.
Uit dit onderzoek bleek dat je het best iemand 24 uur lang diens bloeddruk kan meten om te kunnen voorspellen of er kans is op hart- en vaatziekten.
Omdat 30% van alle volwassenen en ruim 60% van alle 60-plussers hoge bloeddruk heeft is een 24-uurs-meting belangrijk, vinden de onderzoekers.

Reactie Hartpatiënten Nederland

Hartpatiënten Nederland blijft ernstige twijfels houden bij deze methode. Wij horen van artsen dat zo’n 24-uurs-apparaat aan je lijf juist zorgt voor een hogere bloeddruk. Vreemd dat de Leuvense onderzoekers hieraan geen aandacht schenken. Terwijl je daarvoor niet hoeft te hebben doorgeleerd, om dit te weten.
Een huisarts liet ons weten dat hij uitsluitend af gaat op zelfmeting door patiënt. Grote onderzoeken hadden namelijk uitgewezen dat ongeveer 40 % van de mensen bij artsen een veel hogere bloeddruk hebben dan thuis en daarom volgestopt worden met pillen die ze niet nodig hebben.
Het wordt nu algemeen aanbevolen, alleen specialisten lopen daarbij achter. Zij vertrouwen op ambulante 24-uurs bloeddrukmetingen, maar die geven ook te hoge waarden aan omdat ze  tot stress leiden.
Advies: Ga dus eerst je eigen bloeddrukwaarden meten. Ga alleen ergens rustig zitten, niet praten, niet lezen, geen radio of TV, benen niet over elkaar, doe de band om en denk 5 minuten aan prettige dingen terwijl je je helemaal probeert te ontspannen.
Herhaal deze gang nogmaals. De tweede waarde is altijd lager en dat is de waarde waarop je moet afgaan. Als je geen meter hebt, kunnen wij daarin adviseren: bel: 0475 – 31 72 72. Of mail: roermond@hartpatienten.nl

Voor meer artikelen klik hier

Jan Paparazzi: Houd je niet klein, maar maak wat van het leven

Jan Paparazzi (pseudoniem voor Jan Zwart, 56), presentator op NPO Sterren NL Radio, is onder het grote publiek vooral bekend uit zijn tv-tijd als sidekick van Robert Jensen. Zomer 2018 kreeg hij uit het niets een zwaar hartinfarct. Na een paar dagen coma kwam hij goed bij: ‘Ik heb zo’n enorm geluk gehad.’

17 augustus vorig jaar was het plots mis. Wat gebeurde er precies?

Het was half 9 ’s ochtends, ik was thuis en ging boven mijn spullen pakken om naar de studio te gaan. Drieënhalve dag later werd ik wakker in het ziekenhuis. Ik had geen idee wat er was gebeurd. Een auto-ongeluk, dacht ik. Maar ik was gevallen, mijn vrouw Sandy had een klap gehoord, ze had ‘Jan!’ geroepen en was bij me komen kijken. Ik zag ontzettend wit, maakte rare geluiden. Ze belde 112 en reanimeerde me op instructie via de speaker van 112. Ze had zoiets nooit eerder gedaan. Ze heeft echt mijn leven gered. Voordat de ambulance kwam, raakte ik ook nog in coma. Met elektrische schokken ging het hart later wel weer kloppen, maar flauwtjes, niet constant. De artsen hielden me gekoeld kunstmatig in coma. Ze hadden mijn vrouw al een tas met kleding en mijn trouwring gegeven. De kans dat het goed zou aflopen, was verwaarloosbaar. Toen ik uiteindelijk bijkwam, bleek alles nog te werken. De reflexen, de spraak, de motoriek. Echt ongelofelijk. Er was inmiddels wel één stent geplaatst, er was iets fout geweest met de ader, dat had een hartstilstand en toen een hartinfarct veroorzaakt. Ik kreeg medicatie en na zo’n acht, negen dagen kon ik het ziekenhuis verlaten.

Waren er geen voortekenen?

Helemaal niets. Er zit ook geen hartfalen in de familie. Ik wist niet eens wie mijn huisarts was. Ik ging nooit bij hem langs.

Hoe is het nu? Ben je nog onder behandeling?

Er was nog wel een complicatie. Ik had wat botten gebroken vanwege de reanimatie. En ik heb een aneurysma, een scheurtje in een adertje bij het hart. Je kunt het vergelijken met een panty met een ladder. Met een verkeerde beweging kan het foute boel zijn. Dat was en is het gevaarlijkste nu. Ik mag me niet fysiek inspannen, niet fietsen of iets zwaars tillen. Aan revalidatie mocht ik daarom niet doen. Toevallig ben ik net vanochtend bij de cardioloog geweest. Alles was pico bello in orde. Ik slik nog wel dertien pillen, maar daarvan zijn de meesten vanwege dat aneurysma.

Hoe gaan je familie, vrienden en collega’s met je hartfalen om?

In het begin maakte mijn vrouw me twee tot drie keer per nacht wakker, omdat ze vond dat ik een raar geluid maakte. Toen ik weer aan het werk ging, stuurde ze me de eerste weken elk uur een appje. Mijn collega’s zeggen me regelmatig op tijd naar huis te gaan. Sinds 1 januari werk ik halve dagen. In het begin was ik dan ’s middags best moe, maar dat is nu ook over. Ik voel me niet topfit, maar toch. Ik voel me niet beperkt. Zoals ik me had voorgenomen, heb ik bij de terugkeer in de studio ‘Blij dat ik leef; van René Schuurmans gedraaid. Daarna ‘Hartslag’ van Ruth Jacott, ken je dat?

Doe je nu iets anders op het gebied van levensstijl?

Ik was nooit een sporter. Ik deed wel eens wat, maar nu doe ik helemaal niets. Ik mis het niet. Ik ben verder niks anders gaan doen. Qua voeding is er niets veranderd. Ik heb ook geen verlangen naar een wereldreis, een motor of een andere vrouw. Al die bucketlistflauwekul. Ik had en heb al een leuk leven.

Dé clichévraag: kijk je nu op een andere manier tegen het leven aan?

Ik geniet wel meer van kleine dingen. Ik realiseer me dat ik dood was. Het is nu weer regelmatig lekker weer en het voelt als een soort bonus dat ik dat toch opnieuw meemaak. In die zin ben ik dus wel veranderd. Met materiële dingen had ik al nooit veel, maar menselijke contacten vind ik nu nog belangrijker dan voorheen.

Wat zou je tegen andere hartpatiënten willen zeggen? Heb je tips?

Dat is lastig. Ieder geval is weer anders. Ik ben niet bang dat ik weer hartfalen krijg. En als het zo is, is het zo. Het scheelt waarschijnlijk dat ik totaal niets van het gebeuren merkte. Er zijn er genoeg bij wie het anders ging en die zelfs doodsangst hebben gehad. Maar goed, leef vooral alsof het je laatste dag is. Houd je niet klein, maak er wat van!
Tekst: Mariëtte van Beek
Fotograaf: Ruud Baan

Voor meer artikelen klik hier