Kwaliteit voeding en beweging zeer belangrijk.

Gepassioneerd, chaotisch en creatief: zo zou Jacqui van Kemenade (53) zichzelf omschrijven. Al bijna 20 jaar is de Bredase huisarts, die getrouwd is en drie kinderen heeft, bezig met voeding en leefstijl en sinds twee jaar is ze ook gespecialiseerd in diabetes. Onlangs bracht ze haar eerste boek uit: Leefstijl op recept.

Al zo lang als ze zich kan herinneren, heeft ze een passie gehad voor leefstijl. Haar allereerste baan als arts was in Australië. Daar werd ze geconfronteerd met een explosie aan diabetes en obesitas. ‘In Australië was dat zichtbaarder dan in Nederland. Ik begon dan ook te letten op hoe mensen daar aten, en mijn passie voor leefstijl groeide alleen maar meer.’ Ze keerde na een aantal jaar terug naar Nederland en nam daar in 2006 een huisartsenpraktijk over. Ze herinnert zich dat ze in de praktijk mensen zag afvallen, maar vaak ook weer snel zag aankomen. ‘Als huisarts heb je meestal niet zoveel kaas gegeten van leefstijl en voeding. Je denkt vooral dat patiënten hun best moeten doen, harder moeten werken om af te vallen. Toch leerde ik mensen kennen waarvan ik dacht: dit kan toch niet alleen een gebrek zijn aan doorzettingsvermogen?’

Totaalplaatje

Jacqui keek meer en meer naar de leefstijl van haar patiënten. Drie jaar terug besloot ze zelfs te stoppen met de praktijk en zich volledig te gaan richten op haar eigen leefstijlpraktijk. Nog steeds is ze regulier arts, maar dan met nog meer aandacht voor leefstijl. ‘Ik vind dat ik pas een goede dokter ben als ik ook kijk naar dingen waar de patiënt in eerste instantie niet voor kwam. Het totaalplaatje dus. Waarom pas iets aanpakken als het al is geëscaleerd? Mijn patiënten stelden me veel vragen, en met dat als inspiratie ben ik zo’n vier jaar geleden stilletjes aan mijn boek gaan schrijven. Telkens een hoofdstukje meer, en langzaamaan werd het een heel boekwerk.’

Resultaat

Niet alleen haar patiënten, maar ook haar zoon, liet haar inzien dat gezondheid heel waardevol is. ‘Mijn zoon heeft drie jaar geleden een ongeluk gehad en een jaar moeten revalideren. Dan word je echt even geconfronteerd met de waarde van gezondheid; als dokter en als moeder. Ik denk dat die gebeurtenis iets heeft gedaan met hoe ik als dokter naar mijn patiënten kijk. Bij mijn zoon heb ik heel erg de kracht van een gezonde leefstijl gezien, net als bij mijn patiënten met diabetes type twee en de stichting waarbij ik betrokken ben: Je Leefstijl als Medicijn. Toen ik patiënten op de reguliere manier en met medicijnen behandelde, zag ik niet altijd resultaat. Door te kijken naar leefstijl, zie ik dat vaak wél.’

Kwaliteit van voeding en beweging

Die resultaten inspireren Jacqui enorm. ‘Op een gegeven moment zie je dat er een kwartje valt bij patiënten. Door het opstellen van een concreet plan weten ze meer grip te krijgen op hun gezondheid. Zo kijk ik naar medicatie en of we dat kunnen afbouwen. Ook andere factoren zijn belangrijk. Hoe ga je bijvoorbeeld om met stress en slaap? Stress zorgt voor hoge suikers en ook weinig slaap is een destabiliserende factor. Door al die dingen aan mijn patiënten te vragen, kom ik tot de wortel van de aandoening en geef ik ze inzichten in welke factoren invloed hebben. Niet het moeten afvallen, maar kijken naar de kwaliteit van voeding en beweging. Dat zorgt voor ongelofelijke resultaten, wat mij dan weer ontzettend motiveert. Blije gezichten: dat is voor mij een hele belangrijke factor.’

Voor meer artikelen over o.a leefstijl klik hier

Supersportief en een hartinfarct

Dirk de Vries (59) fietst dagelijks op zijn mountainbike en legt jaarlijks 6500 kilometer af. ‘Om heerlijk te fietsen, en de gedachten en zonden te overdenken,’ zoals hij zelf zegt. Zo ook op een zekere decemberdag in 2018. Hij legt achttien kilometer af, maar het volgende moment stapt hij niet op zijn fiets zoals gebruikelijk: Dirk valt flauw en is minutenlang buiten bewustzijn. Een hartinfarct blijkt de boosdoener. Zijn verhaal…

Dirk is zijn leven lang al bekend met een trage hartslag, een gegeven waar verder niets mee wordt gedaan, want uit onderzoeken blijkt alles in orde te zijn. Zijn hartinfarct staat er los van en komt voor Dirk als een onaangename verrassing, juist omdat hij een gezonde leefstijl naleeft: ‘Het deed veel met mij de eerste dagen, en ik heb veel gehuild. Vooral vanwege het feit dat ik het gevoel had niet geslaagd te zijn in mijn inspanningen van 30 jaar om te zorgen voor goede bloedwaarden. Daarnaast rook en drink ik niet, en eet ik veel groenvoer. Om over het vele fietsen niet eens te spreken. En dan tóch een hartinfarct.’

Revalideren

Ondanks zijn inspanningen om zo gezond mogelijk te leven, ervaart de datacommunicatie specialist veel stress en heeft hij last van migraine. Hij slikt daarvoor Imigran. Eenmaal in het ziekenhuis wordt de Imigran direct door de cardioloog afgenomen: ‘Imigran mag absoluut niet worden gebruikt door hartpatiënten. Ik schrok, want wat moest ik doen bij een zware migraineaanval? In overleg met de neuroloog kreeg ik Tramadol in combinatie met Paracetamol voorgeschreven. Later, tijdens een controleafspraak, bevestigde de cardioloog na vragen vanuit mij dat het mogelijk was dat de Imigran mijn hartinfarct heeft veroorzaakt. En aangezien ik horrorverhalen hoorde over Tramadol, besloot ik mijn toevlucht te zoeken in alternatieve geneeswijze. Na onderzoek ben ik uitgekomen bij CBD+ druppels; ik neem deze preventief twee keer per dag in en de ernst van mijn migraineaanvallen is aanzienlijk gereduceerd. Hoe ik erop kwam? Gedurende de jaren tachtig kreeg ik een zware migraineaanval, mijn buurjongen bood mij een joint aan en tot mijn verbazing was na een paar trekjes de migraine binnen een paar minuten als sneeuw voor de zon verdwenen!’

Eenmaal thuis begint de revalidatie voor Dirk pas echt: ‘Hoe verder? Ik probeer er niet te veel over na te denken, maar soms valt dat niet mee. Vooral wanneer ik bepaalde lichamelijke klachten heb zie ik al vrij snel een horrorscenario voor me. Ik ben heel dankbaar dat ik op mijn 52ste met pensioen ben gegaan, want ik kan mij nu geheel in alle rust op mijn herstel focussen. En nee, ik ben geen ander persoon geworden, maar er heeft wel een verandering plaatsgevonden. Ik kan heel snel emotioneel worden en moet dan de tranen in toom houden, ook ben ik veel zachter geworden voor mijn omgeving; het heeft me zachtmoedig gemaakt met meer begrip voor anderen, alhoewel het soms nog moeilijk is.’

En juist ‘anderen’ is wat Dirk mist tijdens zijn herstel: ‘Een van de moeilijkste dingen in het herstelproces is voor mij persoonlijk het alleen ervoor staan. Niet verlaten, maar wel alleen. Voor mij is het vooral merkbaar, omdat ik klassiek autistisch ben en om het te verwerken de behoefte heb om er veel over te praten. Het liefst wil ik het vanaf het marktplein verkondigen met een grote megafoon. Echter, bijna niemand wil met mij praten. Mensen mijden of ontwijken mijn uitingen of doen alsof zij geen tijd hebben! In andermans ellende zijn niet veel mensen geïnteresseerd, wellicht omdat zij zelf genoeg aan hun hoofd hebben of gewoon erg op zichzelf zijn. Maar het verbaast mij wel dat er toch af en toe iemand uit onverwachte hoek is die daadwerkelijk oprechte interesse in mij heeft, dat doet mij veel goed!’ Hij vervolgt: ‘Erover praten in bijvoorbeeld groepsbijeenkomsten, begeleid door een psycholoog gespecialiseerd in hartpatiënten, is van grote waarde in mijn optiek. Ik heb uiteindelijk dertien weken gerevalideerd en dat heeft mij heel goed gedaan. De goede begeleiding vanuit het ziekenhuis en revalidatiecentrum zijn van grote waarde, maar achteraf gezien was dertien weken eigenlijk te kort voor mij.’

Relativeren

Dirks hartinfarct is van grote impact geweest en hij wordt er nog dagelijks aan herinnerd. Het is niet zijn hart waar hij last van heeft, maar de medicinale bijwerkingen en zijn verminderde conditie. Maar alsnog gaat hij met goede moed verder, want ondanks het diepe dal waar hij doorheen ging, is hij ook weer opgekrabbeld en geniet meer. Of zoals hij zelf zegt: ‘Ik geniet meer van al het moois dat de Schepper voor ons heeft gemaakt. Let wel, ik leef vooral bij de dag, maar ik haal wel brood voor morgen!’

voor meer artikelen over o.a hartaandoeningen klik hier

Fysiotherapie en hartproblemen

Ben jij weleens naar een fysiotherapeut geweest vanwege een doorverwijzing of uit jezelf? En weet jij hoe een fysiotherapeut kan helpen? HartbrugMagazine ging in gesprek met de 37-jarige Jasmin Pekarić, fysiotherapeut, manueel therapeut én docent Fysiotherapie, over zijn vak, de werkvloer en hetgeen een fysiotherapeut kan betekenen voor hart- en vaatpatiënten.

Wanneer Jasmin zijn opleiding Fysiotherapie aan de Hogeschool Utrecht succesvol volbrengt, besluit hij de studie Pedagogische Wetenschappen te volgen. Een bewuste keuze, want hij wil ook graag het onderwijs in: ‘In eerste instantie wilde ik een master Kinderfysiotherapie doen vanwege mijn interesse voor kinderrevalidatie, maar ik wilde ook graag het onderwijs in. En in het onderwijs is het niet alleen belangrijk om studenten iets te leren over een beroep, want docent zijn is veel meer dan kennisoverdracht; het is eveneens het begrijpen van groepsdynamiek, net zoals de ontwikkeling van studenten, maar ook werken met verschillende leerstijlen. Immers, het continu toepassen van leerstrategieën om het leerproces te optimaliseren is part of the daily job. Tijdens mijn studie Pedagogische Wetenschappen heb ik de kans gekregen om mijzelf te verdiepen in de ontwikkeling en psychologie van kinderen en jongvolwassenen. Daarnaast heb ik ook veel kennis opgedaan over leerstrategieën waardoor ik ook over de nodige vaardigheden bezit om mijzelf optimaal als docent te presenteren en te blijven ontwikkelen.’

Hart- en vaatpatiënten

Maar Jasmin zit niet stil, want naast deze twee opleidingen, volgt hij eveneens een specialisatie tot manueel therapeut en gaat hij aan de slag als zogeheten ’Hoofd kennisdomein Respiratoire en Cardiovasculaire – Aandoeningen (RCA)’, oftewel aandoeningen aan de longen, de vaten en het hart: ‘Fysiotherapie kent vele specialisaties. Een van die specialisaties is het behandelen en begeleiden van mensen met een hart- en vaatziekte en/of longziekte. Deze aandoeningen komen veelal voor in combinatie met elkaar en zijn doorgaans chronisch van aard. Onder andere vanwege de vergrijzing en  inadequate leefstijlgewoontes van burgers, nemen deze ziekten toe, helaas. Gedurende de jaren volgde ik diverse cursussen, nam deel aan verscheidene specialistische netwerken en ging ik steeds meer hart- en vaatpatiënten begeleiden. Toen een omslag volgde binnen de opleiding Fysiotherapie en docenten rondom een specialisatie werden georganiseerd, ben ik als hoofd van die afdeling gekozen, zowel vanwege mijn kennis en ervaring, alsook wegens de betrokkenheid in het werkveld. Ik werk samen met een team van ongeveer vijftien docenten en wij ontwikkelen het onderwijsprogramma én onderwijzen de studenten.’

En juist het onderwijzen en de studenten spreken de duizendpoot op de werkvloer aan: ‘Heel veel spreekt mij op dagelijkse basis aan, maar het onderwijzen van studenten en hun ontwikkeling volgen -van jonge student tot volwaardige professional-, is met name bijzonder.’ Maar ook het praktijkwerk: ‘Tot afgelopen juli heb ik vijftien jaar praktijkwerk gedaan en al deze jaren heb ik eerdergenoemde patiëntengroep behandeld. Het voornaamste verschil met ‘reguliere’ patiënten, is dat hart- en vaatpatiënten, maar ook longpatiënten, veelvuldig een chronische aandoening hebben. De uitdaging bij deze patiënten is om hen ondanks de chronische ziekte zo te begeleiden en behandelen dat participatie in de maatschappij voor zover mogelijk genormaliseerd wordt. Bovendien zien fysiotherapeuten deze patiënten over het algemeen voor een langere periode en hierdoor ontstaat eveneens een open en vertrouwde relatie; heel waardevol.’

Daarnaast geeft de ondernemende Jasmin aan dat een fysiotherapeut over het algemeen veel meer voor hart- en vaatpatiënten kan betekenen dan dat er gebruik van wordt gemaakt: ‘Een fysiotherapeut is in staat om iedere patiënt vanuit diverse invalshoeken te ondersteunen. Door het nastreven van een gezonde leefstijl, waaronder voldoende (en op juiste wijze!) bewegen, is het mogelijk om complicaties en mogelijke terugvallen te voorkomen. Een patiënt met bijvoorbeeld suikerziekte heeft hierdoor naast bovenstaande eveneens een verminderde kans op andere aandoeningen. Én door het nastreven van een gezonde leefstijl in combinatie met verantwoord bewegen, is het zelfs mogelijk om de medicatie positief te beïnvloeden. Dat geldt ook voor andere patiënten waaronder hart- en vaatpatiënten.’

Gespecialiseerde fysiotherapie

Tot slot is zelfinitiatief volgens Jasmin enorm belangrijk, want indien jij ondanks de benodigde medicatie alsnog belemmeringen in het dagelijkse functioneren ervaart, is het tijd om aan de bel te trekken: ‘Overweeg een bezoek aan een (gespecialiseerde) fysiotherapeut. Wellicht is het momenteel een investering, zowel qua tijd als geld, maar op lange(re) termijn scheelt het juist mogelijk veel tijd en geld, maar bovenal: de levenskwaliteit kan aanzienlijk verbeteren. En soms is alleen al een gesprek of een professioneel advies voldoende. Uiteraard zeg ik eerder gezegde niet om fysiotherapeuten de hemel in te prijzen, maar omdat ik zowel vanuit de wetenschap en praktijk inmiddels voldoende kennis en ervaring heb opgedaan om te weten dat een (gespecialiseerde) fysiotherapeut ontzettend veel kan betekenen!’

voor meer artikelen over o.a … klik hier

Protectie shirt pacemaker/ICD

Het dragen van een pacemaker of ICD kan fysieke ongemakken opleveren in het dagelijks leven. Voor Hartpatiënten Nederland alle reden om hier eens goed naar te kijken. We spraken hiervoor met iemand die protectie shirts van Vital Beat draagt, en met de oprichtster van Vital Beat.

Van autogordel tot sporten

Voor veel hartpatiënten zal het herkenbaar zijn: irritatie van de autogordel die op ICD of pacemaker drukt. Bij hard remmen kan dat zelfs bijzonder pijnlijk zijn. Sommige dragers gaan daardoor de autogordel niet, of niet op de juiste manier, meer dragen. En dat is natuurlijk heel gevaarlijk.

We horen ook steeds vaker over de behoefte aan bescherming om zich in elke situatie vrij te kunnen bewegen, zowel in het dagelijks leven als tijdens het sporten. Gelukkig zijn er steeds meer dragers van een ICD of pacemaker die weer mogen sporten en dat ook heel graag willen, maar wel behoefte hebben om de plek waar het apparaatje geïmplanteerd is te beschermen.

Shirts voorzien van ICD of pacemaker protectie

Omdat er veel behoefte is aan extra bescherming voor ICD, S-ICD en pacemaker dragers, heeft het Nederlandse bedrijf Vital Beat verschillende speciale shirts met bescherm Shields ontwikkeld. De unieke Shield die in het shirt zit, beschermt tegen druk en plotselinge klappen.

De bescherm Shield die de bescherming biedt is gemaakt van een kunststof die de soms grote krachten van een klap kan absorberen, maar tegelijkertijd toch heel comfortabel in gebruik is.

De bescherm Shield wordt door het shirt precies op de juiste plaats gehouden, en dat maakt natuurlijk maatwerk nodig.

De ervaringen van een ICD-gebruiker
Bij Hartpatiënten Nederland hebben we het shirt en de Shields van Vital Beat uiteraard ook daadwerkelijk kunnen bekijken. We waren onder de indruk en denken dat het shirt van toegevoegde waarde kan zijn voor ICD- en pacemakerdragers.

voor meer artikelen over o.a aandoeningen klik hier

Tegen een burn-out aan

Kent u deze nog: “Opzij, opzij, opzij, maak plaats, maak plaats, maak plaats, wij hebben ongelofelijke haast. Opzij, opzij, opzij, want wij zijn haast te laat, wij hebben maar een paar minuten tijd. We moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan. We kunnen nu niet blijven, we kunnen nu niet langer blijven staan…”? Herman van Veen zong eind jaren zeventig over het alledaagse, maar drukke leven. Anno 2019 lijkt er niets veranderd. Sterker nog, het aantal burn-outs neemt toe. En blijft maar toenemen. Maar hoe te voorkomen?

Zoals van Veen zong, we willen van alles, waardoor van alles moet, maar eigenlijk lopen wij onszelf voorbij. Aangezien we in het begin van het nieuwe jaar zijn, doet zich een ideale gelegenheid voor om te relativeren. Dus trek aan uw spreekwoordelijke rem, doe een stap terug en vraag uzelf af: ‘Draai ik op mijn reserves?’

Een burn-out

Letterlijk betekent burn-out ‘opgebrand’. En in feite is daarmee alles gezegd. Bij een burn-out bent u overbelast, raakt u het overzicht kwijt en verliest u de grip. Een tijdlang te veel spanning (stress) zorgt voor psychische en lichamelijke klachten die u belemmeren in uw functioneren. U raakt overspannen door een combinatie van verplichtingen, problemen en gebeurtenissen. Maar wanneer klachten maandenlang aanhouden en overgaan in algehele (emotionele) uitputting, heeft u een burn-out. Klachten zoals uitputting, moeheid en slaapproblemen horen bij een burn-out, net zoals concentratieproblemen, prikkelbaarheid en piekeren.

Het herstel

Herstellen van een burn-out verloopt in drie fases. De eerste fase is gericht op inzien en accepteren. Zodra u accepteert dat u een burn-out heeft, kunt u pas rust nemen en ontspannen. Daarna gaat u oorzaken analyseren en oplossingen bedenken, en tot slot is het zaak om de bedachte oplossingen uit te voeren. Maar herstellen doet u niet alleen, zorgverleners begeleiden u hierin en behandelen waar nodig. De huisarts, bedrijfsarts en psycholoog of een maatschappelijk werker, zijn over het algemeen direct betrokken. En wist u dat blijven bewegen een positieve uitwerking heeft op het verminderen van stressklachten? Daarnaast helpt (blijven) werken eveneens bij het herstel.

Even ontspannen

Een stelregel voor ontspannen is er niet, want ontspannen is voor iedereen anders. Blijf dicht bij uzelf en zoek hetgeen bij u past. Voor sommigen zijn dat rustige bezigheden, terwijl anderen het liefst activiteiten ondernemen en met hun handen bezig zijn. Een boek lezen, muziek luisteren of televisie kijken kunnen ontspannend werken. Anderen zweren bij beweging zoals wandelen, hardlopen of sporten. En weer anderen vinden rust in ontspanningsoefeningen zoals yoga. Blijft u in uw hoofd zitten? Mindfulness of een variatie daarop kan helpen om te ontspannen.

Feiten & Cijfers

  • 29 procent van de Nederlanders is zeer vermoeid.
  • 14 procent kampt met verschijnselen van een burn-out.
  • 12 procent heeft milde psychische stoornissen.
  • 4 procent heeft ernstige mentale stoornissen.
  • Bovenstaande klachten kunnen op den duur leiden tot psychisch verzuim.
  • De grootste redenen voor langdurig psychisch verzuim in Nederland zijn: angst, depressie en burn-out.
  • De drie meest voorkomende klachten zijn: niet goed kunnen slapen, piekeren en te veel stress.
  • Meer dan een miljoen mensen loopt jaarlijks het risico op een burn-out en andere werkgerelateerde psychische aandoeningen.
  • 1 miljoen Nederlanders heeft last van burn-out klachten.
  • 1 op de 7 werknemers heeft last van burn-out klachten.
  • 36% van het werkgerelateerde ziekteverzuim ontstaat door werkstress. Dat zijn 7.555.000 verzuimdagen.
  • Jonge werknemers van 25 tot 35 hebben relatief veel burn-out klachten, namelijk 17%. Oftewel, 240.000 werknemers.
  • Een werknemer die uitvalt met een burn-out, zit gemiddeld 242 dagen thuis.
  • Bij uitval door spanningsklachten duurt het verzuim gemiddeld 167 dagen.
  • Een werknemer die uitvalt met overspannenheid moet een werkgever gemiddeld 183 dagen missen.
  • Vrouwen verzuimen langer dan mannen.
  • Stress op de werkvloer is volgens het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid beroepsziekte nummer 1.
  • Van het langdurig verzuim wordt 20% veroorzaakt door stress.
  • Gelukkige werknemers (gezond en vitaal) zijn 15 tot 20 procent meer productief.

Bron: Trimbos Instituut, ArboNed & Arboportaal

HartbrugReizen

Even helemaal weg van alledaagse bezigheden en uzelf terugtrekken? Wellicht is het dé ontspanning die u zoekt! Met HartbrugReizen gaat u in groepsverband op reis, maar met tijd voor uzelf. Een zorgeloze reiservaring waarin aan alles is gedacht, zelfs aan net dat beetje meer. Immers, een ongeluk zit in een klein hoekje. Oftewel, een georganiseerde reis met begeleiding waardoor u met een gerust hart reist!

Kijk voor een overzicht van onze reizen op www.hartbrugreizen.nl

voor meer artikelen over o.a mentale vitaliteit klik hier

Hartpatiënt zonder eigen weten

Rob staat vol in het leven wanneer op 40-jarige leeftijd blijkt dat hij Idiopathische ventrikelfibrillatie heeft, een genetische hartafwijking die bestaat uit levensbedreigende hartritmestoornissen die kunnen resulteren in een hartstilstand. Hij krijgt preventief een S-ICD: ‘Ik kon het amper geloven want ik had nog nooit ergens last van gehad. Sterker nog, ik voelde me super fit!’ Zes jaar later blijkt zijn S-ICD levensreddend. Zijn verhaal…

Wanneer bij de nicht van Robs moeder de hartafwijking wordt geconstateerd, gaat het balletje rollen. Uiteindelijk blijkt een van zijn zussen, een neef en hijzelf diezelfde afwijking te hebben. Na de eerste schrik, gaat Rob door een emotionele rollercoaster: ‘Mijn grootste angst was of mijn twee kinderen dezelfde afwijking hadden en of ik moest stoppen met sporten. Daarnaast was ik ook bang om daadwerkelijk een hartstilstand en een shock van de S-ICD te krijgen. Gelukkig mocht ik blijven sporten. Een enorme opluchting en met die reden heb ik voor de S-ICD gekozen, een ICD waarbij de elektroden niet via de bloedbaan in het hart gaan en daardoor onder andere meer geschikt zijn voor relatief jonge en sportieve personen.’

Opstaan

Eenmaal bekomen van de schrik, gaat de levensgenieter door met zijn alledaagse leven: ‘De afgelopen jaren is alles naar de achtergrond verschoven. Natuurlijk besef ik iedere dag dat ik een afwijking heb, want als ik onder de douche vandaan kom, dan zie ik mijn S-ICD. Maar ik ben er gewoon minder mee bezig. Het is onderdeel geworden van wie ik ben. Tot voor kort kon ik niet zeggen dat ik ergens tegenaan liep. Naarmate mijn kinderen ouder worden (nu 15 en 11 jaar) begin ik mij meer zorgen te maken over hen, hebben zij ook deze hartafwijking en zullen mijn kinderen een ICD nodig hebben? Maar ik besef heel goed dat het veel heeft uitgemaakt dat ik, tot kort geleden, geen aangepaste leefregels had. Ik had ‘geluk’ in vergelijking met hartpatiënten die met beperkingen geconfronteerd worden.’

Maar dan slaat het noodlot toe en wordt Rob geconfronteerd met een van zijn grootste angsten: ‘Ik heb de S-ICD preventief gekregen en dat is heel wat anders dan wanneer je ‘m daadwerkelijk nodig hebt. En daarover kan ik sinds twee maanden meepraten. Want toen gebeurde hetgene waarvoor ik de S-ICD heb gekregen. Ik kreeg namelijk hartritmestoornissen die resulteerden in zeven hartstilstanden in drie uur tijd. De S-ICD heeft in totaal negen levensreddende shocks gegeven. Natuurlijk ben ik ontzettend dankbaar dat ik er nog ben, maar ik geef ook eerlijk toe dat ik nog moet bijkomen van deze heftige gebeurtenis. Zowel lichamelijk als mentaal. Ik wist dat het kon gebeuren, maar als het dan daadwerkelijk gebeurt… daar kun je je simpelweg niet op voorbereiden.’

De doorzetter in Rob ziet licht aan het eind van de tunnel en vindt zijn overwinningen in de kleine dingen: ‘Gelukkig heb ik vorige week te horen gekregen dat ik weliswaar moet revalideren, maar daarna mag ik weer als vanouds sporten. Het is voor mij echt als de Staatsloterij winnen, zo blij ben ik hiermee! Wat voor mij als enorme Bourgondiër wel even wennen is, is dat ik geen alcohol meer mag drinken, omdat uit recent onderzoek is gebleken dat alcohol de kans op een ritmestoornis verhoogt. Maar daarmee kan ik leren leven.’ En juist het sporten houdt Rob op de been: ‘Ik probeer tweemaal per week te mountainbiken en zodra het waait, ga ik naar de zee om te windsurfen. Ook heb ik wat kitesurflessen gevolgd. Ik ben ongelofelijk blij dat ik ondanks de hartafwijking geen sportbeperking heb. Wel draag ik altijd een rib-beschermer om mijn S-ICD te beschermen tegen impact zoals bijvoorbeeld een val.’

Doorgaan

Wilskrachtig als Rob is, zet hij door ondanks zijn hartafwijking: ‘Ik ben voor de buitenwereld niet een ander persoon geworden, maar ik ben mij veel meer bewust van de kwetsbaarheid van het leven. En dat je niet altijd grip hebt op je gezondheid. Daar ben ik recentelijk weer nadrukkelijk mee geconfronteerd. Ik heb nooit een ‘slachtoffer van het lot’ of zielig willen zijn en dus haal ik iets positiefs uit deze situatie door meer te relativeren en me te focussen op de dingen die echt belangrijk zijn in ’t leven.’

Maar ook hij heeft zijn moeilijkheden: ‘Ik ben erg ongeduldig. En dus worstel ik nu met de tijd die ik nodig heb om te herstellen. Na mijn eerste implantatie was dat overigens ook zo. Ook toen wilde ik te veel, te snel. Mijn omgeving is flink geschrokken, maar toch begrijpt niemand hoe het is om dit alles mee te maken. En daarom is het prettig om bijvoorbeeld op het online forum van Hartpatiënten Nederland te lezen over ervaringen van anderen en te beseffen dat hetgene waar jij tegenaan loopt, zowel lichamelijk als mentaal, ook door anderen in dezelfde omstandigheden ervaren wordt en dus ‘normaal’ is.’

Hij vervolgt: ‘Mijn lichamelijke doel is om de komende weken te revalideren zodat ik over een paar weken weer kan mountainbiken. Daar kijk ik enorm naar uit. Natuurlijk maak ik me nog zorgen dat ik weer een hartstilstand krijg en daarom is mijn mentale uitdaging om me niet door angst tegen te laten houden en vooral te genieten van het leven. Ondanks de ups and downs gaat het de goede kant op!’

Rob Baijens

 

voor meer artikelen klik hier

Ga jij mee wandelen, joggen of hardlopen?

Het nieuwe jaar is begonnen en traditiegetrouw staan de goede voornemens voor de deur. Een van de meest voorkomende is uiteraard meer bewegen. Kijk jij er nu al tegenop? Onnodig! Want samen bergen verzetten, gaat veel gemakkelijker. En daarom helpt Young & Yearning jou vooruit!

We weten inmiddels wel hoe belangrijk het is om dagelijks voldoende te bewegen, maar we gaan er toch nog even verder op in. Vooral hart- en vaatpatiënten zijn gebaat bij bewegen. Want bewegen draagt bij aan het up and running houden van lichaam en geest. De doorbloeding van het hart en bloedvaten wordt bevorderd en het vernauwingsproces in de kransslagaders wordt afgeremd. Dus laten we bewegen, maar opbouwend en bewust!

Wandelen

Bewegen ziet iedereen anders, maar als jij moeite hebt jezelf ertoe aan te zetten, begin klein en bouw op. Waarom? Door bewust, letterlijk en figuurlijk, steeds een stap vooruit te doen, is de kans klein(er) dat je na verloop van tijd opgeeft. Integendeel! Dus laat intensieve trainingen achterwege, en begin met wandelen. Voor wandelen zijn geen dure materialen nodig of een kostbaar lidmaatschap, maar belangrijker nog: het is een van de makkelijkste en veiligste manieren van bewegen. En wandelen is niet per definitie gekoppeld aan een streng schema, want bewegen is al de wandeling na het avondeten in plaats van onderuit op de bank te gaan liggen. Lopen in plaats van de auto pakken of op z’n minst de auto verder weg parkeren en een halte eerder op- of uitstappen wanneer je met het Openbaar Vervoer reist. Daarnaast is wandelen ideaal om alleen te doen, of juist samen en in groepsverband.

Joggen

Heb jij eenmaal het wandelen onder de knie? Kijk verder en probeer eens te joggen. Joggen is een stap tussen wandelen en hardlopen in en ideaal om geleidelijk een betere conditie op te bouwen. En kan jouw uithoudingsvermogen een boost gebruiken? Mooi, want met joggen train jij ook om langer hetzelfde tempo aan te houden. Onder andere vanwege het snellere tempo en de grotere aanslag op jouw lichaam, is de kans op blessures groter. Dus begin rustig en breid uit. Vooral in het begin is een intervaltraining waarbij je afwisselt tussen wandelen en joggen een goede zet. Wil jij heel graag joggen, maar twijfel jij in hoeverre jouw hart dit toelaat? Overleg met jouw behandelend arts en/of cardioloog en schakel bij groen licht de hulp van bijvoorbeeld een fysiotherapeut in om een wandel- en jogschema voor je op te stellen.

Hardlopen

Na wandelen en joggen komt hardlopen, maar hardlopen is van een heel ander kaliber. Officieel is het een vorm van atletiek en dat is het niet zomaar. Bij hardlopen probeer jij jezelf steeds te verbeteren door onder andere grotere afstanden af te leggen in combinatie met sneller te rennen. En daarvoor is een goede basis nodig, met name wanneer jij geen getrainde sporter bent en jouw lichaam het af en toe laat afweten. Dus begin altijd met wandelen en joggen en bouw het hardlopen langzaam op, maar alleen als jouw hart het toelaat.

10 redenen om nu te gaan wandelen, joggen en hardlopen

  1. Slechts dertig minuten wandelen per dag verlaagt de kans op hart- en vaatziekten, maar ook ouderdomsziekten. Althans volgens bepaalde onderzoeken… dus neem het zekere voor het onzekere, want baat het niet, schaadt het niet.
  2. 000 stappen per dag is volgens de Japanse arts Yoshiro Hatano de minimale hoeveelheid dagelijkse beweging die wij nodig hebben voor een betere gezondheid. Wees gerust, het is geen onmogelijke opgave, met ongeveer dertig minuten stevig doorwandelen, zit je op ongeveer 5.000 voetstappen. De rest van de stappen zet je gedurende de dag: thuis, op het werk, met boodschappen doen, tijdens het reizen en in je vrije tijd. Dus let’s go…
  3. Wandelen, joggen of hardlopen? Het maakt niet uit voor de nachtrust. Alle vormen hebben een positieve uitwerking op het slapen.
  4. Daarnaast heeft het een positieve uitwerking op je geest door de aanmaak van bepaalde lichaamsstoffen waardoor jij je beter voelt. O happy day…
  5. Ook is uit onderzoek door de Universiteit van Cambridge gebleken dat sporten een positieve uitwerking heeft op het geheugen en dementie-symptomen vermindert.
  6. Wandelen, joggen en hardlopen versterken spieren en botten in onder andere het bovenlichaam. Het heeft dus vele lichamelijke voordelen, waaronder een positieve uitwerking op rug en benen!
  7. Je wilt resultaten zien? En het liefst snel… pas op! Want de kans op blessures neemt toe wanneer je te vaak, te veel en te snel traint, dus doe het rustig aan en bouw op!
  8. Verder heeft (hard)lopen mogelijk een positief effect op het tegengaan van verschillende oorzaken van hartaandoeningen, zoals het verlagen van de bloedruk, maar ook het verminderen van aderverkalking, verlaging van het cholesterolgehalte en het overtollig vet.
  9. Tevens kan hardlopen een positieve uitwerking hebben op jouw hartspier. Het kan deze versterken en een sterkere hartspier betekent een mogelijke, vergrote capaciteit om zuurstof door het lichaam te pompen.
  10. En tot slot one for the ladies… hoogstwaarschijnlijk is de menopauze nog niet aan de orde, maar onder het mom van ‘good to know’: volgens een Amerikaans onderzoek onder 73.000 vrouwen, is regelmatig wandelen goed voor vrouwen die de menopauze achter de rug hebben. Dagelijks een uur wandelen verkleint de kans op borstkanker.

 

voor meer artikelen over o.a mentale vitaliteit klik hier

‘Elke keer dat ik een schat vond, kwam er wat vuur in me naar boven’

In april onderging Bert Terlouw (55) uit Raalte een zware openhartoperatie. Het herstel duurde lang, maar zelfs tijdens die maanden zat hij niet helemaal stil. Als amateurarcheoloog ontdekte hij – gewoon, vanuit de huiskamer – een hele serie onbekende kasteelterreinen.

Al zo’n 25 jaar houdt Bert Terlouw (in het dagelijks leven sociaal psychiatrisch verpleegkundige en raadslid voor D66) zich hobbymatig bezig met archeologie. ‘Sommige amateur-archeologen vinden het leuk om te graven, maar ik vind het leuk om dingen te ontdekken. Ik vergelijk het met sportvissen: ik hengel in de vijvers waar niemand vist en als ik beet heb, heb ik mijn doel bereikt.’

De openhartoperatie die de Raaltenaar moest ondergaan was zwaar, zowel fysiek als emotioneel. Zijn vader had dezelfde kwaal, maar overleed een dag voor hij geopereerd zou worden. Bij Bert ging het wel goed, maar het was geen makkelijke tijd: na vier omleidingen en een hartklepcorrectie kreeg hij nog de nodige complicaties op zijn bordje. De extreem hete zomer hielp enerzijds niet mee in het herstel, maar was anderzijds juist een cadeautje. De aanhoudende droogte bleek namelijk een zegen voor archeologen!

‘Als gewassen verdrogen, reageert de ondergrond en worden dingen zichtbaar die anders verborgen waren gebleven, zoals restanten van oude nederzettingen. Ik hoorde via via dat er in Engeland en Ierland door de droogte onbekende kastelen waren gevonden en dacht: dat kan in Nederland ook! Omdat ik last had van concentratieproblemen, had de dokter juist geadviseerd om iets te gaan doen waarvoor ik me goed moest focussen. Dit leek me een mooi project.’

Middeleeuwen

Met behulp van satellietbeelden, oude landkaarten, hoogtekaarten en Google Maps struinde hij vanachter zijn computer Oost-Nederland af, op zoek naar minimale veranderingen in het landschap. ‘Kringen en lijnen kunnen verraden dat er op die plek ooit een kasteel of burcht heeft gestaan’, legt hij uit. ‘Muren zijn meestal niet bewaard gebleven, aangezien kastelen in de Middeleeuwen hier – in tegenstelling tot bijvoorbeeld Frankrijk en Engeland – meestal van hout waren. Maar je kunt soms wel de ligging van grachten laten zien. Als je er langs loopt, zouden die zogeheten crop marks nooit opvallen, maar vanuit de lucht zijn ze zo duidelijk zichtbaar dat ik soms al binnen tien minuten beet had. Ik weet na al die jaren inmiddels waar ik op moet letten. In maïsvelden is het bijvoorbeeld makkelijker zoeken dan in aardappelvelden.’

In niet veel meer dan een half uurtje per dag vond Terlouw een hele serie oude kasteelterreinen in onder meer Wesepe, Ommen, Lochem en op de Veluwe. Zijn vondsten meldde hij aan bij regio-archeologen, die verder onderzoek konden doen. ‘Daarna kon ik het weer loslaten’, zegt hij. ‘Ik blijf een visser, die gooit zijn gevangen vis ook weer terug nadat iedereen hem heeft gezien. Al vind ik het altijd wel leuk als mijn naam in de landelijke database van archeologische vondsten wordt vermeld. Sommige locaties zijn bijzonder genoeg voor jarenlang wetenschappelijk onderzoek’.

Wandelingen

Toch kan hij het niet helemaal loslaten. Sinds kort is hij, na een lang herstel, weer een paar uurtjes per week aan het werk. ‘De eerste maanden kon ik geen wandelingen maken door weilanden en bossen. Maar nu ik weer wat mobieler ben, probeer ik af en toe een locatie in de buurt te bekijken. Dat helpt ook om mijn conditie terug te krijgen. Dan loop ik samen met de boer door het landschap en praten we over de historie en de gevolgen van de vondst. In Wesepe ben ik bijvoorbeeld gevraagd om mee te vergaderen over de mogelijkheden, zo blij was de bevolking met de wetenschap dat er een stuk geschiedschrijving binnen hun gemeentegrenzen ligt.’

Zijn hobby heeft zijn herstel absoluut bevordert, denkt hij. ‘Niet alleen omdat het mijn concentratie heeft verbeterd, maar het was ook een welkome afleiding. Elke keer dat ik een ‘schat’ vond, kwam er weer wat vuur in me naar boven.’ Zoeken naar meer kasteelterreinen doet hij voorlopig niet meer. ‘Anders word ik straks weer net zo druk als voor de operatie’, zegt hij. ‘Maar wie weet, als de volgende zomer weer zo droog wordt…’

voor meer artikelen klik hier

Je bent nooit te oud om te leren skiën!

Met de wind door je haren van de berg afsuizen: volgens ervaren wintersporters bestaat er bijna niets mooiers dan dat. Als je niet op jonge leeftijd al hebt leren skiën, lijkt die ervaring een onhaalbare kaart. Of niet?

‘Het beste resultaat bereik je inderdaad als je van kleins af aan al leert skiën’, geeft Yuri Bartels van Snowlife toe. ‘Maar dat betekent niet dat het onmogelijk is om het op latere leeftijd nog aan te leren. Ook oudere beginners kunnen nog een prima niveau bereiken.’

Yuri heeft al tien jaar ervaring als skileraar en geeft zowel les aan kinderen als volwassenen. ‘Toevallig was mijn allereerste leerling een vrouw van een jaar of vijftig die nog nooit op de ski’s had gestaan. Dat was heel spannend, zowel voor haar als voor mij. Maar na een paar dagen privéles had ze de smaak helemaal te pakken.’

Volgens de skileraar is niemand te oud of te onervaren om voor het eerst op de lange latten te stappen. Het enige wat je nodig hebt, is een beetje zelfkennis. ‘Je moet natuurlijk wel een klein beetje conditie en aanleg hebben’, legt hij uit. ‘Vraag jezelf van tevoren af hoe gemakkelijk je over het algemeen een nieuwe sport aanleert. Als dat redelijk gaat, zul je hiermee ook weinig moeite hebben. Maar ik heb ook weleens een leerling gehad die extreem veel overgewicht had en elk kwartier langs de kant stond uit te puffen. Op de derde dag heb ik voorzichtig gezegd dat ik bang was dat het er voor haar niet inzat.’

Toch komt zoiets maar zelden voor, zegt hij. Over het algemeen leren de meeste volwassenen in drie tot vijf dagen van de blauwe piste af te kunnen dalen. Bij kinderen gaat dit nog net ietsje sneller: zij leren dit in één tot drie dagen.

Angst

Volgens Yuri is het belangrijkste verschil tussen lesgeven aan kinderen en volwassenen het gevoel. ‘Kinderen willen vooral plezier maken, zij kennen eigenlijk geen angst. Bij volwassenen is dat juist hetgeen wat hen het meeste tegenhoudt: ze zijn bang om te vallen, om te veel snelheid te maken of om iemand anders omver te skiën. Kinderen moet je daarin juist afremmen. Bij volwassenen ben ik daarom een groot deel van de tijd bezig met het wegnemen van die angst. Het is een kwestie van de knop omzetten. Natuurlijk is er een risico om te vallen, maar in de sneeuw land je toch net iets zachter dan als je op straat van je fiets valt. In de tien jaar dat ik lesgeef, is het gelukkig nog nooit gebeurd dat één van mijn leerlingen iets brak.’

Kinderen leren de techniek over het algemeen ook sneller dan volwassenen. Dat komt omdat hun brein als een spons informatie opneemt, maar ook omdat volwassenen last hebben van hun ‘levenservaring’ met andere manieren van beweging. Yuri legt uit: ‘Als je autorijdt of fietst, trap je op de rem om te stoppen. Vaak maak je daarbij automatisch een beweging waarbij je naar achteren leunt. Bij skiën is het net andersom: als je wilt remmen, moet je juist naar voren leunen. Voor veel mensen voelt dat een beetje onnatuurlijk, waardoor verkeerd remmen een van de belangrijkste fouten is die ik bij volwassenen moet corrigeren. Maar er zijn tientallen verschillende fouten die je kunt maken, ieder persoon heeft een ander aandachtspunt. Bij een groepsles ben ik dus constant bezig iedereen te helpen met iets anders. Tijdens een privéles kan ik heel specifiek werken aan een persoonlijk aandachtspunt, waardoor je de techniek iets sneller aanleert. Daarom zou ik dat volwassenen beginners zeker aanraden. Het nadeel is natuurlijk dat daar wel een prijskaartje aan vastzit: groeplessen zijn goedkoper.’

Zwarte piste

‘Volgens de skileraar komt het zelden voor dat mensen die op latere leeftijd beginnen net zulke volleerde skiërs worden als degenen die jong begonnen. ‘Maar rustig en gecontroleerd afdalen van een blauwe piste is heel goed mogelijk, en voor sommige mensen is zelfs de rode of zwarte piste haalbaar. We hebben regelmatig veertigers en vijftigers die hun eerste skiles aanvragen, dus er is niets raars aan. Ik heb zelfs een keer een dame van een jaar of tachtig gehad. Ze ging met haar kinderen en kleinkinderen op wintersportvakantie en vond dat een mooie gelegenheid voor haar eerste skiles. De blauwe piste hebben we niet gehaald, maar een beetje glijden en een rondje maken was voor haar al voldoende. Ze had de grootste lol, dat is ook voor een skileraar prachtig om te zien!’

 

voor meer artikelen klik hier

Honderdplussers op Sardinië

 

De inwoners in het noorden van Sardinië lopen tot wel 15 kilometer per dag, eten gezond en hebben een groot sociaal netwerk. Is dit waarom deze regio zoveel 100-plussers telt en relatief weinig hartpatiënten? We reizen af naar het mooie Italiaanse eiland, op zoek naar het geheim van deze eilandbewoners. Dit kunnen wij van ze leren.

In sommige delen van de wereld worden de mensen heel oud. Veel ouder dan elders. En ook nog eens met relatief weinig ouderdomskwalen. Deze ‘Blue Zones’ tellen de hoogste percentages honderdplussers ter wereld. Ook op het prachtige Italiaanse eiland Sardinië – om precies te zijn het noordelijke deel van de provincie Ogliastra – vind je zo’n Blue Zone.

We ontmoeten er wetenschapper Gianni Pes, die verbonden is aan de Universiteit van Sassari en onderzoek doet naar de leef- en eetgewoonten van de lokale bevolking. Pes ontdekte de Blue Zone zo’n twintig jaar geleden, toen hij als epidemioloog de sterfelijkheid op Sardinië bestudeerde. Hij zag dat er een veel groter deel van de bevolking aanzienlijk ouder werd dan elders op Sardinië. Deze mensen blijven tot op hoge leeftijd fit, en hart- en vaatziekten en diabetes komen relatief weinig voor.

Hij kon het eerst niet geloven, want het is een economisch achtergesteld gebied. Ook bijzonder is dat de mannen er gemiddeld net zo oud worden dan vrouwen. In de rest van de wereld worden vrouwen juist ouder. Wat precies het ‘geheim’ is van deze honderdplussers, zijn Gianni Pes en zijn onderzoeksteam nog volop aan het onderzoeken. Maar van een aantal factoren is al wel duidelijk dat ze een belangrijke rol spelen. En daar kunnen wij Nederlanders ons voordeel mee doen.

Veel bewegen

Fysieke activiteit is een van de belangrijkste factoren. ‘In dit deel van Sardinië wonen van oudsher veel schaapsherders. We hebben met activity trackers gemeten dat ze tot wel 15 kilometer per dag lopen, in gebieden met relatief grote hoogteverschillen.’ Die grote cardiovasculaire inspanning is goed voor je hart. ‘Maar’, reageert hij nuchter, ‘we kunnen natuurlijk niet allemaal gaan leven als Sardijnse schaapherders. Wel kun je veel doen om in de buurt te komen. Ik sta zelf elke dag vroeg op om zeven kilometer te snelwandelen, voor ik ga werken.’

Een gezond gewicht

Een gezond gewicht biedt geen garantie op een lang gezond leven. Maar er zijn – dat wijzen ook andere Blue Zones uit – vrijwel geen honderdplussers met zwaar overgewicht. Gianni Pes let zelf ook op de kilo’s. ‘Ik ben bijvoorbeeld radicaal gestopt met het drinken van suikerrijke frisdranken en meer gaan bewegen.’

Een rijk sociaal leven

De bewoners van de Blue Zone in Sardinië hebben ook een sterk sociaal netwerk. ‘Ouderen zijn hier niet eenzaam’, vertelt Pes. ‘Er zijn hier vrijwel geen bejaardenhuizen. Er leven soms vijf generaties in één huis.’

Een gezond, mediterraan eetpatroon

Regelmatig verschijnen er studies die aantonen dat een Mediterraan eetpatroon een beschermend effect heeft bij het voorkomen van hart- en vaatziekten. Dat speelt ook zeker een rol in de Sardijnse Blue Zone. Wat opvalt is dat de bewoners veel gefermenteerde voedingsmiddelen eten, zoals een bepaald type zuurdesembrood. Gefermenteerde producten, zoals yoghurt en zuurkool, bevatten ‘goede’ melkzuurbacteriën die bijdragen aan een evenwichtige samenstelling van de bacteriën in je darmen. Ook ‘prebiotische’ groentes, zoals chicorei, artisjok, ui, knoflook en asperges, staan er veelvuldig op het menu. Die zijn eveneens goed voor de darmgezondheid.

Daarnaast eten de Sardijnen veel geitenmelkproducten. Die bevatten boterzuur: een belangrijke energieleverancier van de cellen in de wand van de dikke darm. En ze zweren bij hun dagelijkse glaasje Cannonau. Deze rode wijn heeft een hoog gehalte aan antioxidanten, al vinden we voor het gezondheidseffect daarvan geen echt wetenschappelijk bewijs.

Goede genen

Ook genen spelen een belangrijke rol bij de hoge levensverwachting. De Blue Zone in Sardinië is vroeger getroffen door malaria. Een theorie is dat overlevers van malaria beter ontstekingen kunnen onderdrukken. Dat zou helpen bij het verminderen van plaques (aderverkalking) in de bloedvaten. Hierdoor zijn de bewoners van dit gebied beter beschermd tegen hart- en vaatziekten, al is het effect hiervan lang niet zo groot als de hierboven genoemde factoren, aldus Pes.

Een doel in je leven

‘Zorg ervoor dat je altijd een doel houdt in je leven, ook als je ouder bent’, adviseert Gianni Pes. ‘Blijf nieuwsgierig, leef con passione en train zowel je lijf als je hersenen.’

Heeft de Italiaanse onderzoeker nog meer tips? Pes leunt achterover en denkt diep na. Dan, lachend: ‘Zorg ervoor dat je je humor behoudt. Lachen is gezond.’ Hij heft zijn glas en proost: ‘Akentannos!’ Een Sardijnse wens, legt hij uit. ‘Dat je maar ouder dan 100 mag worden.’

Meer lezen over de Blue Zones?

‘De Blue Zones methode’, van de Amerikaanse auteur Dan Buettner, beschrijft hoe je kunt eten en leven volgens de oudste mensen ter wereld.

Prijs: € 20,-

voor meer artikelen klik hier