Zelfmetingen: minder doktersbezoeken

Angst bij het idee een arts te moeten bezoeken: veel mensen hebben daar last van, en door de coronacrisis is deze drempelvrees alleen nog maar groter geworden. Bovendien heeft een aanzienlijk deel van de reguliere (cardiologische) zorg stilgelegen door Covid-19. Gelukkig is het lang niet altijd noodzakelijk om voor routinecontroles of voorspelbare klachten naar een huisarts of specialist te gaan. Zelfmetingen kunnen een artsbezoek deels ondervangen en zorgen ervoor dat hartpatiënten meer regie kunnen voeren over hun eigen gezondheid. In dit artikel meer over de mogelijkheden.

Al jarenlang pleiten wij bij Hartpatiënten Nederland voor meer zorg op afstand. E-mail- en videoconsults kunnen wat ons betreft veel soelaas bieden aan patiënten van wie de zorgvraag op dat moment wél belangrijk is, maar niet zo urgent dat hij of zij per se een huisarts of specialist hoeft te zien. Vaak duurt het dagen of soms zelfs weken voordat een patiënt fysiek terecht kan, terwijl ervaring leert dat een consult op afstand vaak op kortere termijn ingepland kan worden. Aan deze oproep werd tot nu toe, mede door verzekeringsdrempels, nog maar mondjesmaat gehoor gegeven. Dankzij de coronacrisis is het urgentiebesef van deze vorm van zorg, als geluk bij een ongeluk, gegroeid. Mooi nieuws, wat ons betreft, want dit alles is in het belang van de patiënt.

In het verlengde daarvan ligt de toenemende aandacht voor zelfmetingen, oftewel thuismonitoring. In de afgelopen jaren is het aantal apps, gadgets en devices waarmee hartpatiënten zelfmetingen kunnen uitvoeren van bijvoorbeeld hun bloeddruk, hartslag en gewicht gegroeid. Steeds meer ziekenhuizen en klinieken omarmen innovaties en stellen patiënten in staat om te experimenteren met thuismonitoring. Zodoende houden patiënten meer regie over hun eigen leefstijl en gezondheid, en hoeven ze als gevolg daarvan minder op fysiek consult te komen.

Aanpassingen leefstijl

Hoe dat kan? Omdat een gezonde leefstijl van sterke invloed kan zijn op het leven van hartpatiënten, kunnen zij dankzij thuismonitoring grip op hun gezondheidsontwikkeling krijgen en hier ook tijdig op anticiperen. Door bijvoorbeeld regelmatig hun bloeddruk, suikerwaarden en de buikomvang op te meten met speciale thuismonitoring-apparatuur, en vervolgens de waarden te vergelijken met die van de vorige meting, kunnen ze eenvoudig en snel zien of er (grote) afwijkingen zijn. Patiënten kunnen hun waarden vervolgens noteren in een app, waarna ze geautomatiseerd worden verzonden naar hun eigen huisarts of cardioloog. Omdat deze direct inzicht heeft in de gezondheidsontwikkeling van de patiënt, kan er op tijd aan de bel getrokken worden en indien nodig een (online) consult worden ingepland. In een consult kunnen vervolgens behandelplannen worden besproken, of de specialist kan de patiënt advies geven over leefstijl- of medicatie-aanpassingen, die de waarden weer op gezonder niveau zouden moeten brengen. Mocht de arts het na dit consult alsnog nodig achten om bijvoorbeeld een hartfilmpje te laten maken, dan is een fysieke afspraak alsnog zo gemaakt. Een win-win-situatie voor zowel arts als patiënt, want met deze manier van zorgen wordt veel tijd bespaard en houdt de patiënt veel meer regie over de eigen gezondheid.

Gezond eten en bewegen

Voor een hartpatiënt kunnen een gezond en gebalanceerd eetpatroon, voldoende beweging en een rookvrij leven namelijk van grote invloed zijn op het verloop van het ziektebeeld. ‘Grip op je gezondheid’: het is niet voor niets een belangrijk thema van Hartpatiënten Nederland. Wij benadrukken al jarenlang het belang van gezonde leefstijl en zijn ervan overtuigd dat zelfmetingen hier een positief effect op hebben. Ook voor hartpatiënten die diabetes hebben – een gecombineerd ziektebeeld dat vaak voorkomt – zijn er grote voordelen. Door zelfmonitoring kan een patiënt zeer nauwkeurig bijhouden wat de effecten zijn van bepaalde voeding, beweging of andere activiteiten op de suiker- en bloedwaarden. Wanneer deze even niet onder controle zijn, kan dit dan ook direct geconstateerd worden, waarna insuline kan worden ingespoten of een aanpassing kan worden gedaan in het voedingspatroon. Voeding kan hierin veel doen. Zoveel zelfs, dat er al ontzettend veel gevallen bekend zijn van patiënten die, door hun leefstijl aan te passen, hun medicatie-inname sterk omlaag hebben gebracht, of zelfs helemaal konden stoppen.

Veel mogelijkheden

En zo zijn er nog meer mogelijkheden voor het afnemen van zelftests of het gebruiken van zelfmetingsapparatuur. Zo kun je ook zelf je nierwaarden meten; belangrijk voor patiënten van wie de nierwaarden na een hartinfarct achteruit is gegaan; en ook cholesterolwaarden kunnen met zelfmetingen geregistreerd worden. Met een simpele druppel bloed op een meetstrip, kan de cholesterolwaarde in het bloed worden aangetoond en doorgestuurd worden naar een laboratorium.

De aanschaf van zelfmetingsapparatuur is even een investering, maar wel een investering die zich op de lange termijn terugbetaalt. Wij adviseren wel dat u zich eerst goed inleest, voor u overgaat tot aanschaf van apparatuur. Het aanbod is groot en het is belangrijk dat u apparatuur gebruikt die bij u past.

 

Bij (het risico op) hart- en vaatziekten is het van belang cholesterol, glucose en bloeddruk regelmatig te meten. Dat kan heel goed thuis.

Door daarnaast actief aan de leefstijl te werken en het juiste te koken en te eten, kunnen risico’s op hart- en vaatziekten aanzienlijk worden verkleind. Ook kunnen patiënten meer grip op hun gezondheid krijgen, maar ook op het gebruik van medicijnen. Vaak kan die verminderd worden of zelfs achterwege blijven.

Hartpatiënten Nederland staat patiënten met raad en daad bij voor goede zorg. Vandaar dat wij een samenwerking zijn aangegaan met Diabetescentrale.nl. Hierdoor kunnen onze donateurs hier diverse producten en pakketten tegen een aantrekkelijke prijs bestellen, met donateurskorting. Veel door Diabetescentrale.nl geleverde artikelen komen in aanmerking voor vergoeding door zorgverzekeraars. Advies: overleg dit alvorens te bestellen.

 

Interesse? Ga naar www.hartpatienten.nl/zelfmeting

zelfmetingen

Voor meer artikelen over o.a corona klik hier

Betere bloeddruk

Van een hoge bloeddruk merk je zelf meestal niet zoveel. Maar het is wel een belangrijke risicofactor is voor het krijgen van hart- en vaatziekten. Daarom is het een mooi streven de bloeddruk zo goed mogelijk te houden. Hoe hoog je bloeddruk is hangt samen met een heleboel factoren. Aan sommige daarvan kun je zelf iets doen. Ga aan de slag met deze factoren: misschien wel met allemaal.

Wat is bloeddruk?

Gemiddeld heeft 31% van de Nederlanders van 30 tot en met 70 jaar hypertensie (hoge bloeddruk). Die bloeddruk heeft alles te maken met het hart. Als het hart samentrekt en weer ontspant pompt het bloed door de bloedvaten. De druk die hierdoor in de bloedvaten ontstaat noemen we de bloeddruk. De bloeddruk bestaat uit de bovendruk en de onderdruk. De bovendruk (systolische druk) is de druk op het moment dat het hart samentrekt. De onderdruk (diastolische druk) is de druk in de bloedvaten tussen 2 slagen in, dus als het hart zich ontspant. Als de bovendruk hoger is dan 140 of de onderdruk hoger dan 90, spreken we van hypertensie. De bloeddruk is dan verhoogd.

Bloeddruk in mm kwik (mmHg) Normaal Licht verhoogd Hypertensie
Bovendruk Tot 120 120-140 > 140
Onderdruk Tot 80 80-90 > 90

 

Factor 1: natrium

Natrium is een mineraal dat belangrijk is voor het regelen van de bloeddruk. Maar je hebt er niet veel van nodig. 400 mg per dag is het advies. Dat komt overeen met 1 gram zout, aangezien natrium een bestanddeel is van zout. Een hoeveelheid tot 6 gram zout is volgens de Gezondheidsraad nog gezond. Nederlanders gebruiken gemiddeld wel 9 gram per dag. Als je hypertensie hebt, kan je bloeddruk met 5 mmHg dalen als je dagelijks 5 gram zout minder gebruikt dan je gewend bent. Dit kun je vooral bereiken door geen kant-en-klaarmaaltijden en zakjes en pakjes te gebruiken, maar zelf te koken. Zonder veel zout toe te voegen. Ook in pizza, kaas, vleeswaren, snacks, zoetzure producten als augurk en zilveruitjes zit veel zout. Let ook op met smaakmakers als ketjap, sojasaus, bouillonblokjes: die staan bol van het zout. Maak je maaltijden liever op smaak met verse kruiden en specerijen. Of fruit een uitje of wat knoflook mee.

Factor 2: kalium

Voor de bloeddruk is het mineraal kalium haast net zo belangrijk als natrium. Deze 2 mineralen werken samen om de bloeddruk op peil te houden. Maar kalium is een mineraal dat de bloeddruk juist verlaagt. Het zit vooral in groente, fruit (zoals banaan), aardappelen, noten en peulvruchten. Neem hier dus ruime porties van. Ook in koffie zit kalium. Als je groenten of aardappelen kookt in ruim water, gaat er kalium verloren. Gebruik dus zo min mogelijk water bij het koken en kook zo kort mogelijk, roerbak ze of eet groenten rauw.

Factor 3: glycyrrhizine

Drop en zoethoutthee bevatten glycyrrhizine, een stof waarvan je vocht kunt vasthouden en waardoor de bloeddruk stijgt. Normaal gesproken kunnen volwassenen ongeveer 20 dropjes of 3-4 kopjes zoethoutthee per dag nemen (of een combi daarvan). Als je (aanleg) hebt voor een hoge bloeddruk behoor je tot een risicogroep en adviseert het Voedingscentrum om het gebruik verder te beperken. Een exacte hoeveelheid wordt niet gegeven.

Factor 4: roken

Nicotine vernauwt de bloedvaten en zorgt voor een hogere bloed druk. Van 1 sigaret is de bovendruk gedurende een uur al met 10 mmHg verhoogd. Stoppen? Informatie, tips en hulp kun je vinden op ikstopnu.nl. Of vraag advies aan je arts.

Goed om te weten: medicijnen tegen hypertensie werken minder goed als je rookt.

Factor 5: alcohol

Waarschijnlijk is alcohol de boosdoener bij 1 op de 10 mannen met hoge bloeddruk. Hoe meer je drinkt, hoe groter het risico. Alcohol verhoogt de bloeddruk vanaf 2 glazen per dag. Het is het beste om geen alcohol te drinken. Wil je toch iets drinken? Beperk het dan tot 1 glas per dag.

Factor 6: gewicht

Overgewicht vormt een flinke belasting voor je lichaam: het hart moet het bloed harder rondpompen, wat nadelig is voor je bloeddruk. Bij overgewicht geeft iedere kilo minder al winst voor de bloeddruk. De systolische en diastolische bloeddruk dalen met gemiddeld 1,6 en 1,3 mmHg bij iedere kilo die je verliest. Tel uit je winst als het je lukt om 5 tot 10 kilo kwijt te raken.

Factor 7: bewegen

Door meer te gaan bewegen kan je bloed druk ook iets dalen. Daarnaast heeft beweging een gunstige invloed op je lichaamsgewicht en helpt het ontspannen. Zo sla je meer vliegen in één klap. De beweegrichtlijn voor volwassenen:

Bewegen is goed, meer bewegen is beter.

Doe minstens 150 minuten per week aan matig intensieve inspanning, zoals wandelen en fietsen, verspreid over diverse dagen. Langer, vaker en/of intensiever bewegen geeft extra gezondheidsvoordeel.

Doe minstens tweemaal per week spier- en botversterkende activiteiten, voor ouderen gecombineerd met balansoefeningen.

En: voorkom veel stilzitten.

De DASH-studie (zie factor 10) laat zien dat beweging kan zorgen voor 4-9 mmHg daling van de bloeddruk.

Factor 8: stress

Heb je veel last van stress? De nieren maken dan extra stresshormonen aan: adrenaline en cortisol. Deze verhoogde hormoonspiegels hebben invloed op de werking van je organen en op je bloeddruk. Als het je lukt stress te minderen, kan je bloeddruk dalen. Zoek de oorzaak van de stress en pak deze aan, bijvoorbeeld met hulp van mensen uit je directe omgeving of een coach. Zorg ook voor voldoende ontspanning. Een wandeling, een warme douche, rustige muziek en een goed boek kunnen helpen.

Factor 9: thee en koffie

Cafeïne kan acuut even de bloeddruk verhogen. Nu een kop koffie, geeft dus snel daarna een korte verhoging van de bloeddruk. Maar op de lange termijn verhoogt cafeïne de bloeddruk niet. Als je tot 4 kopjes koffie (400 mg caffeïne) per dag neemt, of minder, verhoogt dat de bloeddruk op lange termijn niet. Mogelijk heeft het zelfs een positief effect op de gezondheid van hart en bloedvaten.

In tegenstelling tot zoethoutthee zijn zwarte en groene thee juist goed voor je bloeddruk. De Gezondheidsraad adviseert er daarom dagelijks 3-5 koppen van.

Factor 10: een voedingscombi

Amerikaanse voedingswetenschappers hebben het DASH-dieet ontwikkeld. DASH staat voor ‘Dietary Approaches to Stop Hypertension’, dus aanpassingen in de voeding om de bloeddruk te verlagen. Het dieet bestaat uit veel fruit (4-5 porties per dag), groenten (meer dan 300 gram per dag), volkorengraanproducten en magere zuivel (2-3 porties per dag) en een beperking van rood vlees, zout en gezoete voedingsmiddelen en dranken. Op www.dash.org lees je er meer over. Verschillende onderzoeken hebben al laten zien dat het DASH-dieet werkt. Gemiddeld daalt de bovendruk met 11 mgHG en de onderdruk met 7 mmHg door het DASH-dieet.

voor meer artikelen over o.a leefstijl klik hier

Frieda’s hartinfarct

Een fanatieke levensgenieter; dat is Frieda Reuvers in een notendop. En sinds kort een fervent borduurster, want sinds haar hartinfarct borduurt zij letterlijk voort. Ondanks de shock, gaat zij door: ‘Toen besefte ik mij, ik ben pas veertig en veel te jong om hartpatiënt te zijn! Ik geniet nu meer en intenser van mijn leven.’

Frieda Reuvers

Tijdens een avond Netflixen voelt Frieda zich niet goed. Zij heeft last van haar maag en is extreem moe. Wanneer zij na verloop van tijd wegzakt en wazig ziet, maar ook een lichte druk op haar borst ervaart en pijn aan nek en kaken heeft, weet zij; het is foute boel: ‘Het voelde niet goed en met in mijn achterhoofd het gevoel dat het een foute boel was, ben ik met mijn eigen bloeddrukmeter mijn bloeddruk gaan opmeten. Mijn onderbuikgevoel zei gelijk dat ik de huisartsenpost moest bellen, ondertussen ben ik met mijn vriend naar het ziekenhuis gereden. Ik bleek een licht hartinfarct te hebben. De gedeeltelijke afsluiting bevond zich in een aftakking van een van mijn kransslagaders. Maar gelukkig heb ik geen volledige afsluiting gehad!’

Familiair belast

Frieda’s snelle reactie heeft er mede mee te maken dat zij familiair belast is met hart- en vaatziekten: ‘Hart- en vaatziekten komen helaas veel voor in mijn familie. Sterker nog: zowel mijn vader als mijn moeder zijn sinds jonge leeftijd hartpatiënt. Met dat gegeven hield ik deels rekening. Ik heb mijzelf jaren geleden laten checken in het ziekenhuis, omdat ik graag wilde weten hoe het met mijn hart en vaten was gesteld, gezien de familiaire belasting. Destijds zag het er goed uit. Ik had ‘niets’ te vrezen, maar voor alle zekerheid had (en heb) ik een eigen bloeddrukmeter. Maar er zijn zeker momenten in mijn leven geweest dat ik daar absoluut geen rekening mee hield. Ik genoot met volle teugen van het bourgondische leven en achteraf gezien ervoer ik ook veel stress.’

En nu? Nu is de ambulant hulpverleenster enkele maanden verder en kan zij het langzamerhand meer een plekje geven en accepteren wat is voorgevallen: ‘Ergens in mijn achterhoofd wist en voelde ik dat het mij zou gaan overkomen, maar toch was de shock groot toen ik te horen kreeg dat ik een licht hartinfarct had doorgemaakt. Toen besefte ik mij: ik ben pas veertig en veel te jong om hartpatiënt te zijn! De angst om het weer te krijgen, de angst om alleen te zijn en de angst om alleen weg te gaan, daar liep ik destijds het meest tegenaan. En alle medicijnen die ik moest slikken met de nodige bijwerkingen, want ik ging van niks naar tien pillen op een dag. Daarnaast was ik ook obsessief bezig met mijn bloeddruk, deze moest van mijzelf onder een bepaalde norm blijven, wilde ik gerustgesteld zijn. Vaak was mijn bloeddruk boven mijn opgestelde norm en streste ik daarover, wat uiteindelijk een averechts effect had op mijn bloeddruk. Hierdoor bleef ik in een vicieuze cirkel hangen.’ Zij vervolgt: ‘Maar die obsessie is gelukkig afgenomen. Eveneens mijn angstklachten, welke ik bijna niet meer heb. Soms raak ik in lichte paniek wanneer ik iets voel, maar inmiddels kan ik relativeren en besef ik mij dat bijvoorbeeld druk op de borst eveneens door spierpijn kan komen.’

Maar ondanks alles wat is voorgevallen, voelt Frieda zich steeds minder hartpatiënt: ‘In het begin voelde ik mij hartpatiënt, maar naarmate de tijd vordert en het steeds beter gaat, wordt dit gevoel minder. Doordat ik elke ochtend medicijnen moet innemen, word ik er wel mee geconfronteerd. Verder ben ik in positieve zin veranderd waardoor ik nu beter naar mijn lichaam luister, een gezondere leefstijl naleef en meer en intenser probeer te genieten van mijn leven. Ik doe wat ik wil doen en wacht niet tot morgen, want misschien is er geen morgen meer. Het leven kan van de ene op de andere dag anders zijn, en ik heb het zelf ervaren, dus ik leef bewuster in het hier en nu. Frieda 2.0 will be born!’

Het vrouwenhart

En niet alleen met zichzelf is Frieda bewuster bezig, maar ook met het vrouwenhart in het algemeen: ‘Ik zie graag dat er meer onderzoek gedaan wordt naar hart- en vaatziekten bij vrouwen, aangezien het anders in elkaar zit. Daarnaast is de hormoonsamenstelling bij vrouwen anders dan bij mannen, en zijn de symptomen die zich voordoen eveneens anders. Gelukkig wordt hier steeds meer onderzoek naar gedaan. Ik hoop dat ik met mijn verhaal andere vrouwen kan helpen, want iedereen heeft maar één hart en het is aan ons om daar goed voor te zorgen!’

Benieuwd naar Frieda’s borduursels? Op www.instagram.com/friedaborduurt deelt zij haar creaties!

voor meer artikelen over o.a hartaandoeningen klik hier

Vitamines voor je hart

Bij gezond eten voor hart- en bloedvaten denken veel mensen meteen aan visvetten, minder zout (natrium) en meer kalium. Maar wist je dat ook vitamines kunnen helpen je hart en bloedvaten zo gezond mogelijk te houden? We zetten de vitamines voor je hart op een rijtje:

Vitamine C voor de bloeddruk

Veel vitamine C kan helpen de bloeddruk te verlagen. Dat is de conclusie die Amerikaanse onderzoekers trokken nadat ze 29 studies naar de invloed van vitamine C op de bloeddruk onder de loep hadden genomen. De onderzoekers concludeerden dat een dagelijkse inname van 500 mg vitamine C de bloeddruk met circa 4 mmHg kan verlagen en bij mensen met hypertensie met 5 mmHg. Ter vergelijking: bloeddrukverlagende medicatie zorgen meestal voor een verlaging van 10 mmHg.

Nu is 500 mg vitamine C wel een flinke hoeveelheid. Die haal je eigenlijk alleen als je een vitamine C supplement slikt. Als volwassene heb je iedere dag 75 mg vitamine C nodig. Wie gezond eet, krijgt die aanbevolen hoeveelheid gemakkelijk binnen. Met 200 gram gekookte broccoli zit je bijvoorbeeld al aan die 75 mg. Vitamine C krijg je via voeding vooral binnen met groente, fruit en aardappelen, met name koolsoorten, (rode) paprika, citrusfruit, kiwi’s en bessen bevatten een flinke portie. Goed om te weten: vitamine C is in water oplosbaar en gevoelig voor verhitting. Kook aardappelen en groenten daarom zo kort mogelijk en in weinig water. En snij ze niet te klein.

Vitamine D voor de bloeddruk

Vitamine D staat erom bekend dat het helpt om calcium uit de voeding in het lichaam op te nemen. En zo draagt het bij aan sterke botter en tanden. Maar wist je dat er sterke aanwijzingen zijn dat vitamine D een belangrijke rol speelt bij het voorkomen van een hoge bloeddruk? Mogelijk kan het zelfs helpen bij het behandelen ervan. Een onderzoek onder ruim 146.000 mensen laat zien dat de kans op hypertensie met 8% daalt als het vitamine D gehalte in het bloed met 10% stijgt.

Dagelijks heb je 10 mcg vitamine D nodig. Je lichaam maakt vitamine D onder invloed van zonlicht, maar met het ouder worden lukt dat steeds slechter. Daarom geldt voor vrouwen vanaf 50 jaar het advies om elke dag een supplement te nemen met 10 mcg vitamine D. Alle 70-plussers wordt een supplement met 20 mcg vitamine D per dag aangeraden.

Verder zit vitamine D van nature in vette vis (zoals haring, zalm en makreel), vlees en eieren. Daarnaast wordt het toegevoegd aan halvarine, margarine en bak- en braadproducten. Met een stukje zalm van 100 gram, krijg je ongeveer 4,6 mcg vitamine D binnen.

Vitamine B11 voor voldoende energie voor het hart

Vitamine B1 (thiamine) is de enige vitamine waarvoor de Europese Voedselveiligheid Autoriteit EFSA een claim voor het hart heeft goedgekeurd: ’thiamine heeft een gunstige invloed op het hart’. Thiamine zorgt ervoor dat het hart voldoende energie tot zijn beschikking heeft. Erg belangrijk, want energie heeft het hart nodig om het bloed door het hele lichaam rond te pompen.

De belangrijkste bronnen van vitamine B1 zijn varkensvlees en graanproducten.

Vitamine K2 voor de elasticiteit van de vaten

Vitamine K is belangrijk voor de bloedstolling. Het is onder te verdelen in vitamine K1 en K2. Vitamine K1 zit vooral in groene bladgroenten en plantaardige oliën, vitamine K2 krijg je vooral binnen via kaas, eieren, kip, vlees en melkproducten. Daarnaast maken de bacteriën in je (dikke) darm ook vitamine K.

Een Maastrichts onderzoek laat zien dat vitamine K2 atherosclerose kan voorkomen en zelfs bloedvaten die al verstijfd zijn, weer elastisch kan maken. In de studie van Maastricht University kregen 244 gezonde vrouwen in de leeftijd van 55-56 jaar gedurende 3 jaar vitamine K2 of een placebo. Het meest opmerkelijke resultaat van de studie was dat atherosclerose niet alleen werd gestopt, maar dat al verstijfde bloedvaten weer elastischer werden. Er was dus sprake van een duidelijke verbetering. Nu is dit maar 1 studie. Er is dus meer onderzoek nodig om dit resultaat te bevestigen.

Voor vitamine K2 heeft de Gezondheidsraad niet vastgesteld hoeveel je er iedere dag van nodig hebt. Let echter op als je antistollingsmedicatie zoals acenocoumarol en fenprocoumon gebruikt. Dan moet je niet zomaar extra vitamine K gaan slikken. Gebruik geen supplementen met meer dan 100 mcg vitamine K (dat geldt voor zowel K1 als K2). Een hoge dosering vitamine K vermindert namelijk de werking van deze medicijnen. Een lagere dosering is geen probleem.

4 tips om zoveel mogelijk te profiteren van vitamine C uit groenten

  • Koop groenten zo vers mogelijk en bewaar ze niet te lang. Hoe langer je ze bewaart, hoe lager het gehalte aan vitamines
  • Koop alleen kant-en-klaar gesneden groente als je ze diezelfde dag nog wilt gebruiken. Het vitaminegehalte van eenmaal gesneden groente daalt sneller dan van niet gesneden groenten
  • Snijd je groenten zelf? Was ze dan eerst en snijd daarna pas. Door het snijden beschadig je namelijk de groenten, waardoor vitamineverlies kan optreden. Als je gesneden groenten wast, verlies je op die manier extra veel vitamines
  • Kook je groenten zo kort mogelijk en in zo min mogelijk water. Een groot deel van de vitamines lost op in water. Als je veel water gebruikt, gooi je de vitamines met het kookwater weg
  • Gebruik het kookvocht voor een sausje of jus. Zo gaan ook die vitamines niet verloren

voor meer artikelen over o.a leefstijl klik hier

Goede (hart)voornemens

Met het einde van het jaar in zicht en het nieuwe jaar voor de deur, is het tijd voor de welbekende goede (hart)voornemens. Wil jij in het nieuwe jaar jezelf ontwikkelen én tegelijkertijd anderen helpen? Young & Yearning helpt jou vooruit op weg naar een verbeterde versie van jezelf, voor jezelf. Wij presenteren vier doelen, de vijfde mag jijzelf invullen…

  1. Stoppen met roken

First things first: rook jij nog? Stoppen! Wij hoeven jou niet te vertellen wat roken met lichaam en geest doet en hoe slecht het is, met name voor hart- en vaatpatiënten. Maar lukt het jou ondanks alle alarmbellen niet om te stoppen met roken en ben jij nog op zoek naar het laatste duwtje in de rug? Hier komt het… met roken schaad je niet alleen jezelf, maar ook andere mensen.

Waarschijnlijk ben jij al bekend met de gevaren van meeroken, want let’s face it: meeroken is zwaar funest. Dus waarom kies jij er alsnog voor om ongevraagd anderen aan de gevolgen van jouw slechte gewoonte bloot te stellen? Wist jij dat samenwonen met een roker in huis de kans op hart- en vaatzieken, zoals een hartaanval en beroerte, vergroot? Tevens vergroot het de kans op longkanker. En wist jij dat kinderen, zij zijn nog in ontwikkeling, zelfs nog kwetsbaarder zijn voor meeroken?

  1. Leer reanimeren!

Aangezien wij gefocust zijn op jezelf ontwikkelen én tegelijkertijd anderen helpen: leer reanimeren! Als hartpatiënt(e) weet jij als geen ander hoe kostbaar het leven is. Maar ben je in staat in geval van nood eerste hulp te verlenen én wanneer een levensbedreigende situatie zich voordoet het verschil tussen leven en dood te betekenen door middel van reanimeren? Leren reanimeren is van levensbelang, want de overlevingskans na een hartinfarct (of hartstilstand) is groter, wanneer binnen zes minuten wordt gestart met reanimeren.

Een reanimatie bestaat uit het geven van hartmassage in combinatie met beademing en zorgt voor een kunstmatige overname van de gestokte ademhaling en bloedsomloop. Een ‘gratis-en-voor-niets’ bijkomstigheid van dit goede voornemen is het bijkomende domino-effect: volg een reanimatiecursus met een vriend, vriendin of een ander wie jou aan het hart gaat en zeg het voort, geef het door. Dankzij het domino-effect wordt jouw goede voornemen het hele jaar voortgezet.

  1. Minder met alcohol

Over het domino-effect gesproken: wanneer jij mindert met alcohol, volgen anderen. Althans, die kans is aanwezig. Maar hoezo eigenlijk minderen? Omdat jongeren en alcohol een verhaal op zichzelf zijn. De nevenfactoren van alcohol op het hart en vaatstelsel zijn algemeen bekend en de kans op verslaving is dermate aanwezig, dat onderzoeken die mogelijke positieve uitwerkingen toelichten, in het niet vallen. Of zoals professor Dr. J. Casas in het ‘British Medical Journal’ zei: ‘De kans op hartziekten verminderen? Bezoek de groenteman en niet de slijter.’ Het algemene advies van de Gezondheidsraad luidt dan ook: ‘Drink jij niet? Houden zo! Drink jij wel? Drink maximaal één glas per dag.’

Aangezien de hersenen zich tot ten minste het 25e levensjaar ontwikkelen, brengt alcoholinname voor jongeren acute gezondheidsrisico’s met zich mee. Een verstoorde hersenontwikkeling, maar ook verminderde leer-, studie- en werkprestaties en een verhoogd risico op verslavingsproblemen op latere leeftijd. Daarnaast werkt het geheugen slechter en neemt naast controlevermindering, tevens het reactievermogen af. En ben jij ermee bekend dat jongeren in mindere mate last hebben van het slaapopwekkende effect van alcohol? Hierdoor is de remming kleiner en kun je langer doordrinken. Maar een weekend doordrinken is allesbehalve risicoloos en een ware aanslag op jouw gezondheid: het lichaam heeft twee dagen nodig om te herstellen. Alsnog een borrel op z’n tijd? Drink met mate. Jouw hart is je dankbaar!

  1. Beweeg eens meer

Hart- en vaatpatiënten zijn gebaat bij bewegen. Onder andere de doorbloeding van het hart en bloedvaten wordt bevorderd en het vernauwingsproces in de kransslagaders wordt afgeremd. Maar wij gaan niet roepen: ‘Je moet en zult sporten!’ Immers, de keus is en blijft aan jou. Maar loop jij altijd na verloop van tijd tegen een betonnen blok aan als het op sporten aankomt? Wees minder streng voor jezelf en leg de lat lager. Je hoeft niet per se direct te beginnen met een intensief trainingsprogramma om lichaam en geest te verblijden (inderdaad, een van de positieve uitwerkingen van sporten) maar ga eens bewegen.

Ik hoor je denken: ‘Bewegen, maar dat doe ik toch al?’ Wel, het zal je verbazen hoe weinig wij daadwerkelijk op een dag bewegen en hoe makkelijk het erbij inschiet. Dus maak bewust een wandeling na het avondeten in plaats van onderuit op de bank te gaan liggen en pak waar mogelijk de fiets in plaats van de auto of het Openbaar Vervoer. Afhankelijk van de auto of bijvoorbeeld de bus, tram of trein? Daag jezelf uit en parkeer de auto verder of stap een halte later op of eerder uit, en je zult zien wanneer je dagelijks een bewuste keuze maakt om te bewegen, het al gauw zijn uitwerking heeft op wekelijkse, maandelijkse en  jaarlijkse basis. En zie daar, plotseling ren je wel een blokje om! And guess what? Je vindt het nog leuk ook!

5…

(hart)voornemens

voor meer artikelen klik hier

Jouw hart en hitte

Kan het jou niet warm genoeg zijn en sta jij in de startblokken om van de zomerse temperaturen te genieten? Ho, stop! Al eens stilgestaan wat hitte met jouw hart doet? Young & Yearning vertelt, want ook hier geldt: geniet, maar met mate.

The magic number

37 °C: het nummer waarbij het menselijk lichaam het meest optimaal functioneert. Het goed functioneren van het hart en de bloedsomloop is noodzakelijk om te voorkomen dat het lichaam oververhit raakt. Wanneer temperatuurschommelingen plaatsvinden, brengt het regelcentrum in de hersenen
– de hypothalamus – de gemiddelde lichaamstemperatuur weer in balans. Te warm? Het lichaam zorgt voor afkoeling door zweten en een sterkere doorbloeding van de huid. Maar grote hitte bemoeilijkt de warmteafvoer, vooral in combinatie met een chronische ziekte en medicijngebruik.

The heat loss

Nog even over de warmteafvoer… zweten gaat niet vanzelf! Om te kunnen zweten is het belangrijk om voldoende vocht in te nemen. Dus drink voldoende water en blijf drinken, want door zweten verlaat het vocht het lichaam. En als je toch bezig bent, gun jouw kloppende motor een break en zoek de verkoeling op: hoe warmer, des te harder het hart moet werken. Hoe dan? Om een sterkere doorbloeding van de huid op gang te brengen, verwijden de bloedvaten. Hierdoor kan het hart meer bloed rondpompen, maar levert het eveneens meer inspanning. Uiteindelijk geeft het bloed via de huid de warmte af.

Watch your medicines

Onder het mom van check, check, dubbelcheck: loop tijdens een hittegolf jouw medicijnen na, bijvoorbeeld met de apotheker. Het kan nodig zijn om de dosering tijdelijk aan te passen. Een gedeelte van de medicijnen die hart- en vaatpatiënten slikken kunnen bij hitte de water- en zouthuishouding in het lichaam verstoren waardoor de temperatuurregulatie van slag raakt. Daarnaast kan hitte de effectiviteit van medicijnen beïnvloeden wanneer deze bij een hoge temperatuur worden bewaard: de actieve stof in het medicijn vervalt. Het gevolg? Een over- of onderdosering wat zich onder andere uit in uitdroging, onvoldoende zweten en flauwvallen.

Bewaaradvies

Berg medicijnen op in een droge kast waar het niet te warm wordt (maximaal 25 °C) en mijd de badkamer vanwege de vochtigheid. On the road again? Zorg dat jouw medicijnen zo kort mogelijk blootgesteld zijn aan hitte: bewaar ze niet in een broekzak en laat ze niet liggen in een auto. Heb jij medicijnen die in de koelkast moeten worden bewaard? Schaf een koeltas aan. En lees altijd de bijsluiter erop na!

Tips & Tricks

Hoe blijft mijn hart (en ik) koel? Met deze tips & tricks kan jij zorgeloos genieten van het warme weer!

  • Blijf uit de felle zon! Maar wil jij alsnog naar buiten? Mijd de warmste uren van de dag en kies voor de ochtend of avond.
  • Vergeet jezelf niet (herhaaldelijk!) in te smeren, maar ook het hoofd te bedekken en luchtige, lichtgekleurde kleding te dragen. Natuurlijke stoffen zoals katoen en linnen zijn luchtdoorlatend en lichte kleuren, zoals wit, stoten hitte af.
  • Vermijd inspannende activiteiten en met name tijdens de middaguren. Zelfs een simpele wandeling kan een zware belasting voor het hart en het lichaam zijn tijdens hoge temperaturen. Doe vooral rustig aan. Waarom niet een siësta inplannen?
  • Wees voorzichtig met plotselinge temperatuurverschillen en pas op met een plotselinge overgang van een warme naar een koude omgeving en andersom.
  • Houd het huis koel: houd deuren, ramen en zonwering gesloten vanaf zonsopgang en gooi na zonsondergang alles open.
  • Ventileer ‘s avonds en ‘s nachts.
  • Geen airco, maar wel een ventilator? Zet een bak met ijsklontjes onder de ventilator, et voilà!
  • Wist jij dat elektrische apparaten warmte afgeven? Dus zet ze uit!
  • Zoek binnenshuis verkoeling op door het nemen van een lauwwarme (geen ijskoude!) douche of een voetbad.
  • Verfris regelmatig gezicht, hals en polsen.
  • Drink voldoende, maar pas op met alcoholische dranken en dranken met cafeïne en suiker. Zij hebben namelijk een vochtafdrijvend effect. Op pad? Neem altijd een flesje water mee.
  • Drink water, water en nog eens water… maar liever iets anders? Drink zelfgemaakt fruitwater of ijskoude kruidenijsthee! Melk en bouillon doen het ook goed! Note: Heb jij een vochtbeperking in verband met hartfalen? Overleg met de specialist.
  • Groenten en fruit zijn altijd belangrijk, maar tijdens de warme dagen nog belangrijker! Wist jij dat zij onder andere veel water bevatten? Daarnaast is het een bron van vitamines en zouten. Dus ga aan het groente- en fruitsnacken!
  • Waar of onwaar: Stimuleren bepaalde voedingsmiddelen de zweetklieren? Waar! En daarom is het bij hitte verstandig om pikante pepers te laten staan. Zij zorgen er namelijk voor dat jouw hartslag omhoog gaat en de lichaamstemperatuur oploopt. En vervolgens begint het verhaal over temperatuurschommelingen, het regelcentrum in de hersenen en de gemiddelde lichaamstemperatuur weer van voor af aan…

Voor meer artikelen klik hier

 

Erik liet een niet-reanimeren tatoeage op zijn borst plaatsen

‘Als mijn hart ermee stopt, is dat een teken dat mijn lichaam op is’

Naast een verklaring of een penning, is ook een tatoeage die aangeeft dat de drager ervan niet gereanimeerd wil worden in Nederland rechtsgeldig. Erik Vaasen (44) liet zo’n tattoo op zijn borst plaatsen.

Op het eerste gezicht lijkt Erik Vaasen een man die geniet van het leven. Hij doet fanatiek aan handbiken en fietst soms wel 80 kilometer door het prachtige Limburg. Daarnaast heeft hij een leuke baan als 3D-ontwerper in de metaalindustrie. Maar ondanks de lach op zijn gezicht, lijdt hij dagelijks helse pijnen. ‘Zelfs morfine is tegen die pijn niet bestand’, vertelt hij.

Waaraan Erik precies lijdt, is niet officieel vastgesteld. Zelf weet hij zeker dat hij meervoudig spierreuma en fibromyalgie heeft. Elf jaar geleden begonnen zijn benen uitvalsverschijnselen te vertonen en inmiddels beweegt hij zich voor 90 procent van de tijd voort in een rolstoel.

‘Ik denk dat er meer aan de hand is’, zegt Erik. ‘Want de pijn is zo extreem dat het bijna niet mogelijk is dat ik alleen fibromyalgie en reuma heb. Toch willen de artsen mij niet verder onderzoeken en wil de gemeente mij eerst een langere tijd laten behandelen in een revalidatiekliniek. Voor mij is dat geen optie, omdat ik dan weer vanaf een nulpunt moet beginnen, terwijl ik nu juist heel goed functioneer. In zo’n kliniek zouden de muren op me afkomen. Ik heb vroeger aan extreme sporten gedaan, zoals klimmen, raften en martial arts. Daarnaast was ik militair reservist. Ik weet dus heel goed hoe ik met pijn moet omgaan. Het is voor mij belangrijk dat ik daarnaast dingen blijf doen waar ik mijn energie en creativiteit in kwijt kan, zoals mijn sport en mijn werk. Dat begrijpt de gemeente niet, er loopt nu een rechtszaak. Want zonder een diagnose van een aantoonbare ziekte, kom ik niet in aanmerking voor een vergoeding voor de aanpassing van mijn huis, een nieuwe rolstoel of een gehandicaptenparkeerkaart. Een vicieuze cirkel, waar ik niet uitkom.’

Penning

Inmiddels heeft Erik een wilsverklaring op laten stellen waarin staat vastgelegd dat hij niet meer behandeld wil worden als hij niet meer bij machte is om daar zelf over te beslissen. Ook heeft hij bij de Nederlandse Vereniging voor Vrijwillig Levenseinde (NVVE) een niet-reanimeren penning aangevraagd. Maar omdat hij die tijdens zijn werk niet altijd kan dragen, heeft hij ook een tatoeage laten zetten met de woorden ‘niet reanimeren/no cpr–penning aanwezig’.

‘Dat roept bij veel mensen vragen op’, zegt hij zelf. ‘Maar het is heel simpel: ik vertrouw erop dat mijn lichaam zelf aangeeft als er iets fout is. Als mijn hart ermee stopt, zie ik dat als een teken dat mijn lichaam op is.’

Dat mensen ook na een hartaanval weer helemaal de oude kunnen worden, weet hij zelf als geen ander. ‘Mijn vader heeft ruim tien jaar geleden een infarct gehad en hij heeft er niets aan overgehouden’, zegt hij. ‘Toch begrijpen zelfs mijn ouders waarom ik dit wil, hoe heftig die beslissing ook is. Zij zien met eigen ogen hoe extreem mijn pijn is, en dat er weinig kans is dat het in de toekomst nog zal verbeteren. Het gaat juist alleen maar verder achteruit. En ik wil niet nóg verder aftakelen, wat waarschijnlijk wel zou gebeuren als ik gereanimeerd zou moeten worden.’

Wens

De tattoo zit precies op de plek waar druk wordt gelegd tijdens een reanimatie. ‘Ik wilde dat het zo duidelijk mogelijk was’, legt Erik uit. ‘Professionele hulpverleners zullen, als ze mijn tattoo zien, meteen stoppen met behandelen. Zij zijn verplicht zich aan de penning én ook aan de tattoo te houden. Bhv’ers en andere niet-professionals moeten zelf de keuze maken en kunnen daardoor misschien voor een dilemma staan, maar ik hoop dat ze mijn wens zullen respecteren. Daarom ben ik ook heel open naar iedereen in mijn omgeving. Iedereen weet dat ik een penning heb, en voor zover ik weet heeft iedereen daar ook begrip voor.’

Toch hoopt Erik dat hij nog lange tijd kan genieten van het leven op de manier zoals hij dat nu doet. ‘De tattoo is zeker geen teken dat ik het heb opgegeven, het is puur een voorzorgsmaatregel. Nu kan ik alleen nog maar hopen op hulp vanuit de gemeente, zodat mijn leven ook wat makkelijker wordt…’

Voor meer artikelen klik hier

Geen gelijke kansen voor mannen en vrouwen?

‘Reanimatie bij vrouw niet anders dan bij man.’

Amerikaans onderzoek wijst uit dat vrouwen minder kans hebben om gereanimeerd te worden dan mannen, wanneer zij een hartaanval krijgen. Mogelijk zijn omstanders bang om de borsten aan te raken. Hoe terecht is deze angst?

In Nederland vinden jaarlijks tussen de 7.000 en 8.000 reanimaties plaats buiten het ziekenhuis, blijkt uit cijfers van de Hartstichting. Meestal is het slachtoffer dan thuis, maar in 30% van de gevallen vindt de reanimatie plaats op straat of in een openbare gelegenheid. Als er binnen 6 minuten wordt gestart met reanimeren en er een AED wordt gebruikt, zijn de overlevingskansen het grootst. In de kostbare minuten voor de ambulance arriveert, kunnen omstanders dus het verschil maken tussen leven of dood.

Daarom is het dus essentieel dat zo veel mogelijk mensen kunnen reanimeren. Volgens het Rode Kruis heeft driekwart van de Nederlanders hiervoor echter onvoldoende kennis. Ook weten de meeste mensen niet hoe ze een AED, een automatische defibrillator, moeten gebruiken. Gelukkig heeft Nederland, als eerste land ter wereld, wel een netwerk van 170.000 burgerhulpverleners die zo snel mogelijk in actie kunnen komen als iemand een hartstilstand krijgt.

Hoe belangrijk adequate kennis over reanimatie is, blijkt wel uit de schokkende resultaten van een recent onderzoek uit de VS. Wetenschappers onderzochten bijna 20.000 gevallen van reanimaties buitenshuis. Daarvan werd 45% van de mannen door een omstander gereanimeerd, ten opzichte van 39% van de vrouwen. De gereanimeerde mannen hadden ook 23% meer kans om de reanimatie te overleven. De onderzoekers vermoeden dat dit grote verschil verklaard kan worden doordat omstanders bang zijn om de borsten van de vrouw te ontbloten of aan te raken. Bij de mensen die binnenshuis – in de meeste gevallen dus door bekenden – werden gereanimeerd, werd er namelijk wél even vaak ingegrepen bij vrouwen als bij mannen.

Mannentorso

De Amerikaanse Hartstichting concludeerde dat er bij reanimatiecursussen meer aandacht besteed moet worden aan het reanimeren van vrouwen, bijvoorbeeld door meer gebruik te maken van vrouwelijke poppen. Bij de meeste cursussen wordt immers gewerkt met een mannentorso.

Jan Franssen, instructeur bij Stichting Reanimatie Limburg, heeft al 46 jaar ervaring met reanimeren. Hij was ruim twee decennia ambulanceverpleegkundige en werkt momenteel op de Spoedeisende Hulp van het Laurentius Ziekenhuis te Roermond. Daarnaast geeft hij al ruim 30 jaar reanimatie- en AED-trainingen, zowel voor ziekenhuismedewerkers als particulieren. ‘Voor mij heeft het bij een reanimatie nooit uitgemaakt of de patiënt een man of een vrouw is’, zegt hij. ‘Ik denk dat dat voor alle professionals geldt. Door het Amerikaanse onderzoek heb ik me echter wel gerealiseerd dat het voor omstanders die weinig of geen ervaring hebben met reanimeren, wellicht anders kan zijn.’

Bij de cursussen van Stichting Reanimatie Limburg wordt een vrouwelijke pop gebruikt met (kleine) borsten. Dit is puur toeval, legt Franssen uit. ‘We leggen in de cursus namelijk geen nadruk op het verschil tussen mannen en vrouwen. Heel af en toe vraagt een cursist er wel naar, en dan leg ik uit dat reanimatie bij vrouwen precies hetzelfde gaat als bij mannen. De borsten hoeven ook niet te worden aangeraakt, want de druk moet juist op het borstbeen in het midden worden gelegd. Als de patiënt op de rug ligt, vallen (grote) borsten automatisch naar de zijkant. Zeker als het om oudere mensen gaat, die doorgaans slappere borsten hebben.’

Afschermen

‘Bij een reanimatie met de hand is het niet per se nodig om de bovenkleding uit te trekken, maar een AED moet wel op de blote huid gebruikt worden’, vervolgt hij. ‘Ik kan me voorstellen dat er mensen zijn die schroom hebben om een vrouw in het openbaar te ontkleden. Zelf probeer ik de patiënt altijd af te schermen van kijkers, maar dit doe ik ook bij mannen. Bij mensen met een islamitische achtergrond, die we sowieso al weinig zien op de cursussen, merk ik soms wel dat ze iets terughoudender zijn wat betreft het reanimeren van vrouwen. Misschien is het ook een vorm van schaamte.’

Hij betwijfelt of zinvol is als er tijdens reanimatiecursussen verschillende soorten poppen worden gebruikt. ‘Er is al langer discussie over of we over moeten gaan op genderneutrale poppen, maar ik denk eerlijk gezegd niet dat het nodig is dat iedereen leert reanimeren op zowel een mannen- als vrouwenpop. Daarmee zou je namelijk ook verwarring kunnen creëren: je benadrukt dan juist het verschil, terwijl dat er helemaal niet is. Wel heb ik mezelf voorgenomen om meer alert te zijn op het signaleren van vragen bij cursisten over het reanimeren van vrouwen, ook als ze die vragen niet uit zichzelf durven te stellen.’

Voor meer artikelen klik hier

Littekens: hoe & wat?!

Sommige mensen zitten erg met hun littekens en vinden het ontsierend. Anderen omarmen ze, omdat zij hun verhaal vertellen. Als hartpatiënt(e) is de kans groot dat jij naar aanleiding van een ingreep, een litteken rijker bent. Maar wat is het? Young & Yearning vertelt.

Wat is het?

Een litteken is zichtbare en blijvende huidafwijking naar aanleiding van huidbeschadiging. Littekens zijn een onderdeel van het huidherstellende proces, de wondgenezing, en verschijnen wanneer de wond is genezen en de huid is hersteld. Het littekenweefsel bestaat grotendeels uit collageen, aangemaakt door lichaamseigen bindweefselcellen. Dankzij deze factoren sluit een wond.

Hoe ontstaat het?

Een permanente beschadiging van de tweede huidlaag, de lederhuid, zorgt voor het afsterven van huidcellen waarvoor in de plaats littekenweefsel ontstaat: een litteken. Een operatie, maar ook ongelukken en zelfs ziektes kunnen littekens veroorzaken. Hoe dieper de huidbeschadiging, des te langer de wondgenezing duurt en des te groter de kans op een litteken. De wondgenezing bestaat uit drie fases – de reactiefase, de regeneratiefase en de rijpingsfase – waarin eenvoudig gezegd de huid zich herstelt en het litteken wordt gevormd.

Zijn er risicofactoren?

Waar een wond is, is een kans op een litteken. Echter, bepaalde factoren verhogen de kans op littekens en zijn van invloed op littekenvorming. Leeftijd, genetische factoren en de plaats op het lichaam zijn voorbeelden daarvan, maar ook de oorzaak van de wond en of er sprake is van een infectie of complicaties.

En klachten?

Alvorens een litteken zich volledig heeft gevormd (een proces van ruim twee jaar!), kan pijn, jeuk of irritatie van het litteken optreden. Gedurende deze periode kan het litteken groter en dikker, of harder worden. Als het litteken eenmaal is afgevlakt – de benaming voor een ‘gehuisvest’ litteken – dan hoort de (donker)rode kleur te zijn verdwenen. Interessant weetje: littekens zijn niet alleen cosmetisch storend. Sommige mensen ervaren bewegingsbeperkingen, anderen hebben heuse littekenpijn doordat een zenuwtak bekneld of beschadigd is. Hierdoor ontstaat chronische pijn in en rondom het litteken.

Indien de klachten blijven?

Wanneer een litteken niet uit zichzelf afvlakt en vervaagt, kan actie worden ondernomen. Afhankelijk van de aard (het type en de omvang), zijn verschillende behandelingen mogelijk. Zelfs voor littekens ouder dan twee jaar. Maar de vuistregel is: hoe sneller, hoe beter. De behandelingen zijn gericht op huidverbetering waardoor littekens minder zichtbaar worden. Littekenmassage, licht- of cryotherapie en laserbehandelingen zijn enkele voorbeelden, net zoals peelings, corticosteroïden- en fillerinjecties, maar ook lipofilling, subcisie en chirurgische verwijdering. Verder vinden er behandelingen plaats met druktherapie, siliconen-gel en siliconenpleisters. Good to know: laatstgenoemden zijn geen hele heftige behandelingen.

Nog even over wondverzorging…

Onder het mom van ‘beter voorkomen dan genezen’, is het van belang om zo snel mogelijk te beginnen met wondverzorging voordat het daadwerkelijke litteken ontstaat. Wondverzorging bestaat uit het aanbrengen van een vochtherstellend smeersel om de nieuwe te vormen huid, het litteken, te versoepelen. Let wel, de wond dient gesloten te zijn. Twijfel je? Vraag om advies bij de specialist. Vind jij het een grote stap om naar de dermatoloog te gaan? De stap naar een huidtherapeut is in vergelijking met een dermatoloog laagdrempeliger. Huidtherapeuten kunnen veelal jouw vragen beantwoorden en behandelingen uitvoeren.

Note to yourself: (medische) bewijzen en beweringen over de effectiviteit van smeersels en behandelingen met betrekking tot littekens verschillen

Feiten en fabels over de huid en littekens

  • Guess what? De huid is het grootste orgaan van het lichaam.
  • Daarnaast groeit het snel! Per minuut verliest een mens ruim 30.000 huidcellen. Drie keer raden waar zij belanden? Toch maar even afstoffen en stofzuigen.
  • De huid is niet overal even dik.
  • Op de oogleden is de huid het dunst en onderop de voeten is de huid het dikst.
  • Over dun gesproken: hoe ouder, hoe dunner de huid. Vandaar de ‘transparante’ huid bij ouderen.
  • Maar de huid wordt niet alleen dunner, de bloedvaten doen mee!
  • Door het verouderingsproces neemt de elasticiteit van de huid af en wordt de huid droger.
  • Lichaamsgewicht wordt onder andere bepaald door het gewicht van de huid. Deze bedraagt ruim 15% van het lichaamsgewicht.
  • Dankzij de huid wordt mede de lichaamstemperatuur op peil gehouden.
  • Warm? De bloedvaten verwijden waardoor via de huid de warmte het lichaam verlaat.
  • Koud? De bloedvaten trekken samen.
  • Op littekens groeit geen haar door verandering in het collageen. Hierdoor verschilt een litteken van de rest van de huid.
  • Een litteken is gevoeliger voor UV-straling waardoor de kans op verbranding (en in het ergste geval huidkanker) toeneemt. Smeren dus!
  • Vers litteken? Blijf uit de zon! Toch de zon in? Bedek de wond of het litteken.
  • Toch nog even over UV-straling… littekens of niet, gebruik dagelijks een crème met SPF (zonbescherming). Hierdoor worden onder andere nieuwe littekens voorkomen en wordt het donkerder en zichtbaarder worden van bestaande (acne)littekens tegengegaan.

Voor meer artikelen klik hier

Leef langer door goed je tanden te poetsen!

Veel mensen weten niet dat ze serieuze problemen met hart en vaten kunnen krijgen als ze hun tanden slecht poetsen en een bezoek aan de tandarts zoveel mogelijk uitstellen. Hoe dat precies zit, legt tandarts Heleen Janssen uit. Ze ziet al bijna twintig jaar gebitten van mensen voorbij komen. En soms zijn deze in deplorabele staat. Heleen is tandarts bij Tandartspraktijk Maas en Waal in Ewijk, een dorpspraktijk met extra affiniteit met het behandelen van angstige patiënten en kinderen. In de praktijk is een speciaal opgeleide assistente werkzaam, die mensen begeleidt met tandvleesproblemen. In samenspraak met de tandarts kunnen patiënten soms zelfs doorverwezen worden via hun huisarts naar de specialist omdat de conditie van het tandvlees doet vermoeden dat er ook gezondheidsproblemen zijn. Want slecht onderhouden tanden kunnen ernstige atherosclerose (slagaderverkalking) veroorzaken, legt ze uit. We stelden haar enkele vragen.

Hoe kan te weinig poetsen zorgen voor een verhoogde kans op hartziekte?

In de mond zijn heel veel bacteriën aanwezig. Wanneer er te weinig gepoetst wordt, blijft er tandplak achter en raakt het tandvlees ontstoken. Ontstoken tandvlees is meer doorbloed, en dat zorgt er voor dat deze bacteriën (en de bijproducten die ze maken, zogenaamde toxines) in de bloedbaan terecht kunnen komen. Gevolg is dat de bacteriën zich elders in het lichaam kunnen nestelen (bijvoorbeeld op de hartkleppen) en daar weer voor problemen kunnen zorgen. Ook zorgen de toxines voor ontstekingen elders.

Hoe is men hier achter gekomen?

Duitse onderzoekers hielden in 2006 een groot patiënt-controleonderzoek. Daarin vergeleken ze 263 patiënten die een hartinfarct hadden gehad met een controlegroep van 526 mensen die geen hartinfarct hadden gehad, maar die in mindere mate ook cardiovasculaire risicofactoren hadden zoals hypertensie (hoge bloeddruk). Mensen die een hartinfarct hadden gehad bleken significant meer gebitsproblemen te hebben. Daarbij kan gedacht worden aan diepe pockets en missende of loszittende tanden. Bij mensen die geen hartinfarct hadden gehad, kwam dit vele malen minder voor.

Wat is tandplak precies en hoe is het te herkennen?

Tandplak bestaat eigenlijk gewoon uit voedselresten die op de tanden achterblijven na het eten. Tandplak kun je zien als een dun wit-gelig laagje, dat zich met name bij de tandvleesrand ophoopt. Als dit lange tijd blijft zitten wordt het tandsteen.

En die kan gaan ontsteken?

Ja. Je hebt twee soorten ontstekingen. De lichte gingivitis, waarbij nog geen schade aan het tandvlees is aangericht. Deze is omkeerbaar. Daarnaast heb je de zware tandvleesontsteking, parodontitis. Dan is er schade aan het tandvlees, soms zelfs in het bot. In de diepere ruimtes tussen tand en tandvlees, in de zogenaamde pockets, tieren de bacteriën welig in een zuurstofarme omgeving en zorgen voor schade in de bloedbanen. In dat geval moet je zeker vier keer per jaar naar de tandarts om de dieper gelegen ruimtes van tandsteen te ontdoen. Hier is professionele reiniging dringend nodig!

Zijn tandplak en tandvleesontstekingen te voorkomen?

Ja, door goed te poetsen, minimaal twee keer per dag gedurende twee minuten per keer en door elke dag de ruimtes tussen de tanden en kiezen te reinigen met bij voorkeur ragers (kleine borsteltjes, te koop in verschillende maten). Hiermee kun je zeker tandplak en tandvleesontsteking voorkomen. Je verwijdert dan dagelijks alle tandplak met de (grootste hoeveelheid) schadelijke bacteriën, zodat deze niet de kans krijgen om het tandvlees te laten ontsteken.

Zijn tandplak en tandvleesontstekingen erfelijk?

Tandplak is niet erfelijk. Met poetsen en tussen de tanden reinigen is deze tandplak eenvoudig te voorkomen. Soms is er wel een erfelijke aanleg voor het krijgen van ernstige tandvleesontsteking. Dat betekent dat bij de ene patiënt meer schadelijke (paro)bacteriën aanwezig zijn dan bij een ander. Hierdoor is de kans op tandvleesontsteking groter. Maar dat betekent niet dat als je vader of moeder al vroeg een kunstgebit had omdat hij/zij altijd tandvleesontsteking had, jij dan ook vroeg een kunstgebit krijgt. Je kunt dit in grote mate zelf beïnvloeden.

Welke mensen lopen extra risico?

Onze mond is de spiegel van onze gezondheid. Ziektes kunnen daarom hun weerslag hebben in de mond. Je hoort vaak terug dat mensen niet weten dat hun tandproblemen kunnen wijzen op andere lichamelijke problemen. Zo is er een verhoogd risico voor hartpatiënten, diabetici, en mensen met hoge bloeddruk. Ik heb al meerdere malen iemand ter controle op suikerziekte naar de huisarts gestuurd omdat ik aan het gebit zag dat de tanden achteruit gingen.

Hoe komt het dat zo weinig mensen weten dat slecht poetsen voor vaatproblemen kan zorgen?

Inderdaad, het is vaak onbekend bij mensen. Er mag wat mij betreft meer voorlichting komen. Je moet niet alleen aan het aanzien van je gebit denken, of aan het goed kunnen kauwen. Een slecht onderhouden gebit is een serieus probleem. Daar zijn veel mensen zich niet van bewust!

Voor meer artikelen klik hier